02
Ik ren door het bos, sirenes klinken in de verte. Honden blaffen.
Angstig kijk ik rond, een drietal bomen hielden een oude eik overeind.
Snel klim ik er in, ik hoor mensen dichter bij komen.
Ik spring door naar de volgende serie bomen. Veel bomen staan dicht bij elkaar, als ik zo door ga raken de honden mijn spoor bijster.
Ik hoor de bladen van een helikopter boven me, hopelijk kunnen ze me door de bomen niet zien. Mensen schreeuwen, een zoeklicht verblint me. Snel druk ik me tegen de bast van de boom aan. Langzaam vliegt de helikopter boven me, opgelucht haal ik adem. Ik hervat mijn tocht door de bomen.
Ik ben net twintig meter verder, achter me begint een hond te blaffen.
'We zijn haar kwijt,' Zegt een barse stem,
'Kreng, ik had naar de commisaris moeten luisteren.' Hoor ik Jack zeggen.
De voetstappen storven weg, ik ging weer verder.
Na een uur spring ik naar beneden, tot mijn verbazing begon het te sneeuwen.
Een dun wit laagje vormt zich op de grond.
Snel doe ik mijn capuchon op. Ik kijk om me heen, ik kan me niet herrineren dat er een open veld op de kaart stond.
Even denken, het werd al donker... dan kan ik het beste gaan overnachten.
Ik loop naar de rand van het veld, het is niet slim als ik op de grond ga slapen, daarom klim ik maar weer in de bomen.
Ik kruip helemaal in mijn jas, probeer te slapen, hou ik me voor.
Na voor mij een uur lig ik nog steeds voor me uit te staren.
Ik kan niet geloven dat ik mijn familie kwijt ben, tranen slopen over mijn wangen. Ik veeg ze weg voor ze bevroren.
Eindelijk sluiten mijn ogen, ik zak weg in een droomloze slaap.
Reageer (2)
mooi(H)
1 decennium geledensnel verder!!!!!
abo!!!
geweldig
1 decennium geleden