Bijtend sarcasme
Bijtend sarcasme
Soms een lievelingsbezigheid, meestal iets wat ik probeer te verbergen. Natuurlijk, het is niet aardig, maar het is heel vermakelijk. Niet alleen voel je je er beter van, het is ook gewoon ontzettend grappig. Vooral wanneer je je helemaal doodergert aan dingen waaraan je je niet zou moeten en niet zou mogen ergeren.
De wereld is helemaal, in elk opzicht gebaseerd op verwachtingen. De weersverwachting, de verwachtingen op de beurs, ja, zelfs trends worden verwacht. Waar denk je dat het volkomen nutteloze beroep van de “Trendwatcher” vandaan komt? Dat lijkt me zo’n gemakkelijk beroep, op je luie reet blijven zitten en kijken… wat verandert er? Hmm, vandaag niets. Wacht even, dan ga ik koffie halen. Ha, lekker, nu weer verder met kijken. Wacht even, heb ik IETS GEMIST?
Ja, zo gaat dat, want als er een verandering gaande is, heb je het praktisch nooit door. Pas als het weer voorbij is en je er met vermoeide ogen op terugkijkt, merk je op dat er iets anders is. Het is net als haar dat groeit of kindertjes die opgroeien. Je staat erbij en kijkt er naar (haha, kidwatcher) en ineens denk je “HEE, DIT IS MIJN KIND NIET”. Je pakt er foto’s bij en die bevestigen wat je zegt: het kind dat naast je staat is anders dan het kind dat een maand geleden naast je stond, korter haar, weet je wel. Helaas kom je vervolgens tot de teleurstellende conclusie dat het wel degelijk je kind is.
Heb ik mijn punt al duidelijk gemaakt? Trendwatcher is een stom beroep.
Okay, movin’ on. Bijtend sarcasme. Het is een tikje cynischer dan ironie, maar minder cynisch dan cynisme. Cynisme bijt niet zozeer zoals sarcasme dat doet (als sinaasappelsap in een gescheurde lip), het is als zoutzuur dat je óplóst. Ga onder een zoutzuurdouche staan, zet de kraan open en poef: cynisme. Jammer dat je er zelf niet meer bij bent. Maar goed, cynisme kan ook een leuke bezigheid zijn, jammer dat het zo dodelijk is. Daarom houden we ons bij bijtend sarcasme, een hondje dat lief begint (ach, wat een schattige puppy), maar dan ineens verandert in een buldog. Het is als een ontzettend romantische film en eindigt met de tragische dood van je lievelingspersonage. Het kan ook een sluipmoordenaar zijn, die rustig, stilletjes, van achteren naar je toe komt geslopen, een mens in de hand, een leren handschoen om de andere, wanneer je rustig achter je computer zit en een verhaaltje schrijft over bijtend cynisme – of nee, het is sarcasme. Wacht even, ik buk even om mijn pen weer op te rapen.
Aha, als ik achter me kijk, zie ik dat de sluipmoordenaar alweer in mijn fantasie is opgelost. Ik moet mijn cynisme op hem af hebben gestuurd.
Wanneer bijtend sarcasme niet op prijs is gesteld, is bij elke gelegenheid waarop je nieuwe mensen ontmoet die je in de toekomst waarschijnlijk veel vaker tegen zal komen. Ik noem een voorbeeld: je bent op een leuk feestje, hartstikke gezellig allemaal (wauw, hapjes!), en je wordt voorgesteld aan de nieuwe vriend van je vriendin. En het eerste wat je denkt wanneer je hem ziet: wauw, een nerd van de bovenste plank. En dan laten we uiteraard buiten beschouwing dat je dat in wezen zelf ook bent. De nerd steekt je enthousiast zijn hand toe met een grote grijns op zijn nog-net-niet- helemaal met puisten bedekte gezicht en je aarzelt even om je hand in de zijne te leggen (dat doet me aan Belle en het Beest denken: dat kleine elegant pootje in zijn enorme berenbeestenklauw). Je vriendin kijkt je vol verwachting aan (wat denk je ervan?) en terwijl je je pootje voorzichtig losmaakt van zijn langvingerige klauw, glimlach je een bibberig glimlachje (zag je dat?). Uiteraard wordt een antwoord als “Meid, is het je weer gelukt de stomste uit te kiezen?” of “Hee, er zit ketchup op je wang, o nee, het is je acne” niet op prijs gesteld. Dus laat je je kaken stijf worden van je krakende lach en verzeker je je vriendin ervan dat het geweldig is om hem eindelijk eens te ontmot en dat je het inderdaad een leuk feestje is en dat je vriendin zo veel over hem verteld heeft en hoe hij ook al weer heette? O ja, Willem en dat dat zo’n leuke naam is, vooral als je geschiedenis studeert en je dwaalt een beetje af, houd maar op.
Als je onder familie of vrienden bent die je niet al te graag wilt houden, kan je je bijtende sarcasme de vrije loop laten. Heeft tante een nieuwe hoed? “Wauw, die past goed bij de wrat op uw neus, u weet wel, qua kleur” Is de overbuurjongen betrapt op graffiti spuiten? “Laat die jongen toch, wees blij dat hij zijn artistieke ‘kunsten’ niet meer op het douchegordijn spui- o, jullie wisten dat niet? Ja, hij heeft het hele douchegordijn vol gekladderd, neem me niet kwalijk.”
Bijtend sarcasme is niet mijn expertise noch is dat artikelen schrijven die mensen aanspreken. Het kan dus zo zijn dat ik een hoop onzin op een computerbeeldscherm heb geschreven, maar met plezier, onthoud dat, met plezier. Frustraties van je afschrijven is geweldig.
Verwacht geen literaire hoogstandjes van mij. Verwacht enkel korte stukjes om mezelf mee te vermaken en later terug te lezen wanneer ik oud ben zodat ik mezelf uit kan lachen onder het genot van een wijntje en wat kippenlevertjes die ik tegen die tijd vast wel lust ook al haat ik die dingen nu maar wat maakte dat ook uit.
Bij wijze van afsluiting, bied ik u een vaarwel en wens u een fijne dag. Let op waar u loopt. Dank u.
Dank voor het lezen
Reageer (1)
Hihi
1 decennium geleden