A ranger/traitor 36
Er gingen enkele weken voorbij. Miko raakte langzaam aan gewend aan het leven van een leerling-jager. Het vroeg opstaan en laat gaan slapen en in de tussentijd oefenen, klusjes opknappen en oefenen leverde geen problemen meer op. Zijn pijlen raakte vaker de doelen die op verschillende afstanden stonden. Hetzelfde voor de messen. Hij kon Will al langer dan een slag van zich af houden. Hij werd ook niet binnen de drie tellen opgemerkt als hij probeerde te sluipen. Ook zijn andere lessen gingen goed. Hij begon zelfs te genieten van het galopperen en Zoef werd zijn beste vriend. Miko was volmaakt gelukkig, maar mooie liedjes duren niet lang…
Het was midden in de nacht toen er hard op de deur geklopt werd. Miko schoot wakker. Zonder te wachten tot iemand open deed, kwam de nachtelijke bezoeker binnen. Miko greep naar zijn wapens die naast zijn bed lagen. Een vijand zou niet kloppen, maar een vriend kwam niet midden in de nacht en wachtte voor de deur.
“Halt. Wat doe jij hier?”, hoorde Miko Will zeggen.
“Slecht nieuws brengen, vrees ik.” Miko kwam naast zijn leraar staan. Als Halt het bericht persoonlijk afleverde, moest het wel heel ernstig zijn.
“Drie van de onzen worden vermist”, zei Halt somber. Will trok bleek weg.
“Wie?”
“Nick, Will Asterss en Maartenson.” Will sloot zijn ogen. Miko wist ondertussen dat het korps van grijze jagers een hechte groep was. Het moest dus een zware klap zijn voor ieder van hen.
“Enig idee wat er met hen gebeurd is?”, vroeg Will uiteindelijk. Halt schudde zijn hoofd.
“Nee, maar daarom vermoeden we dat er een verband is met Harrison. Daar zijn we ook niet veel wijzer uit geworden.” De naam kwam Miko bekend voor, maar het duurde even voor hij hem thuis kon brengen. Dat was de jager uit de brief die Miko had gelezen en door zijn verdwijning was Will een tijd naar Noordam gemoeten. Het verbaasde hem echter te horen dat het weinig succes had gehad. Het was tenslotte Will geweest!
“Harrison was vermoord, denk je dat…”, zei Will. Halt knikte.
“Het lijkt er op, al hebben we gaan bewijs.” Miko wist niet wat hij hoorde. Een grijze jager vermoord? Waarschijnlijk zelfs vier! Hoe kon dat? De grijze jagers waren misschien niet bij iedereen geliefd, maar er was geen enkele reden om hen een kwaad hart toe te dragen en zeker niet om hen uit de weg te ruimen. Ze hadden Araluen meer dan eens van de ondergang gered!
“Bij Harrison zijn de aanvallers vermoedelijk langs de zee gevlucht. De lenen van Nick, Will Asterss en Maartenson liggen ook aan de kust”, zei Will.
“Dat weten we, maar we kunnen niet langs de hele kust wachtlopen. Dan hadden we vijfhonderd jagers nodig en momenteel zijn we met vijftig als je de laatstejaars, Crowley en mij meetelt. ” Ondanks alles verscheen er een triest glimlachje rond Wills lippen.
“Geen rustige oude dag dus voor jullie?”
“Ik denk dat we niet veel keus hebben.”
Reageer (8)
Nee niet goed niet goed
1 decennium geledenWel goed stukje snel veder !!!
VERDER!!!!
1 decennium geledenIk moet weten wat er aan de hand is!!!
jagers vermoord?, nee, dat is vrezelijk, hopelijk woorde dader snel gevonden, en hopelijk zijn de andere nog in leven
1 decennium geleden