06
Een libel kwam langs vliegen, haar doorzichtige vleugels gingen op en neer zodat haar lichaam in de lucht bleef hangen.
Maar niks is wat het lijkt, het lichaam van het apparaatje glom zilverachtig in het licht. Ze zoeken de andere, besefte ik met een schok.
'Ga, verder. Nu wil ik het weten ook.' Dat meisje, Vixen, keek mijn kant op
'Eh, Vixen. Wil je het verhaal nog horen of niet?' Zei Anné, zachtjes begon ze te vertellen.
Dat verhaal kon ik me nog herinneren
Het was midden in de zomer, maar toch was het spek glad. Ik liep naar school toen er een auto om de hoek kwam scheuren. De bestuurde trapte op de rem, maar hij gleed door richting de gepareerde auto's en mij.
In dit lichaam kon ik niet onder de auto door. Nog drie meter tijd om na te denken had ik niet.
Ik rende op de auto af en liet mezelf onder uitvallen. vlak voor de onderkant begon mijn omtrekken te vervagen.
Als ik onder de auto vandaan komt raakt mijn punt oor nog net het koude asfalt, ik ga terug naar mijn mensen vorm. Niemand had het gezien, hoopte ik. Over de gevolgen kon ik niet nadenken.
Mensen rond ons heen begonnen te gillen, in de auto waar hij tegen op gebost was zat gelukkig niemand en de bestuurder was tegen het glas aan geslagen met z'n slaap, die was even van de wereld. Snel rende ik naar de bestuurder, ik trok hem uit te auto voor die in de fik vloog.
'Gaat het?' Violetta en Elza kwamen aan rennen.
'Hoe kwam je zo snel weg? Ik dacht dat die auto je vol zou raken!'
'Eh, goed timen.' Zei ik met een glimlach, snel verzon ik er nog iets achteraan.
'Ik ben alleen met mijn hoofd op de grond geknald, en ik heb nu koppijn.' Ze trapten er in
'Ach, liefje. Weet je wat, ga maar naar huis. Ik zal tegen Flader zeggen dat je weg bent. Ik knikte dankbaar, je kon die juf alles wijsmaken.
'Doei!'
Reageer (1)
yeeey
1 decennium geleden