02

Langzaam word ik wakker, een vluchtige blik op mijn wekker vertelde me dat het half zes was. Ik kreunde, over drie uur moest ik richting school.
De school was wel relaxed het begon om half tien, ik moest vroeger vertrekken aangezien ik de school nog moest vinden en dan nog naar de balie, rooster doornemen enz. daar was ik wel even mee bezig.
Buiten floot er een vogeltje, langzaam stond ik op en keek uit het raam.
Op de den, die zowat tegen het raam aanstond, zat een vogeltje me brutaal aan te kijken. Ik grinnikte, 'Ook goede morgen, jij ziet er een stuk vrolijker uit dan ik me voel.' Droomde ik of knikte het vogeltje met zijn kopje, snel wreef ik in mijn ogen. Nee blijkbaar niet, ik zwaaide het vogeltje gedag, die antwoordde door met zijn vleugel op en neer te bewegen, en liep zachtjes naar beneden.
'Zo, jij bent er vroeg uit.' Mijn moeder stond in de keuken, brood te smeren.
'Dat kan ik ook zeggen.' Was mijn sympathieke antwoord,
'Ik heb je brood al gemaakt.' Verbluft stond ik in de opening.
'O... nou...eh... bedankt.' stotterde ik, ze liep naar de koelkast en haalde er de melk uit.
'Zit wel goed, haal jij even je vader uit. We kunnen net zo goed nu al gaan eten.' Ik wou de deur uit lopen toen ik nog iet bedacht.
'Waar gaan jullie werken eigenlijk?' Mijn moeder keek peinzen uit het raam.
'Eh, papa zou gaan werken bij de plaatselijke politie en ik ga als assistent werken in het ziekenhuis.' Dat kon ik verwachten, het verbaasde me dat mijn ouders zo snel een baan konden vinden.
Ik kreeg een déjà-vu gevoel, dit leek verdacht veel op de Twilight saga alleen mijn moeder was Carlisle en mijn vader was Charlie.
Ik moest lachen door mijn gedachten.
'Ga je me die grap ook nog vertellen.' Hoorde ik mijn moeder zeggen,
'Nee, niks ik ga papa wakker maken.' ik wachtte het antwoord niet af en rende al naar de slaapkamer.
'Goede morgen, het zonnetje is al op tijd om op te staan.' Ik nam een aanloop en sprong boven op mijn vader.
'Morgen, het is nog midden in de nacht.' Ik lachte,
'We gaan eten! Ga je nu mee.' Zuchtend stond hij op,
'Ik kom er aan.'