Foto bij Versgemaaid gras

Catch a falling star and put it in your pocket
Save if for a rainy day
Catch a falling star and put it in your pocket
Never let it fade away

Het was een warme dag in augustus. Hoewel het al volop zomer was, leken dit de eerste zonnestralen die in Engeland doorbraken. Overal waren tekenen van ontluiking te zien: de heiden waren paarser dan gewoonlijk, de bloesems aan de bomen veranderden in vruchten en in het water zwommen zachtgele kuikentjes achter moedereend aan.
Ver van die ontluikende natuur zat Hermelien Griffel met haar vriendin op een terras in Londen. Ze schudde haar bos bruin haar naar achter en stak haar neus richting de zon, alsof ze de zonnestralen wilde vangen en bewaren voor een dag waarop ze ze meer nodig zou hebben dan vandaag. De twee dames waren al blij genoeg dat ze er even alleen uit mochten. Ze waren goed op weg naar echte volwassenheid, dachten ze.
Hermelien nipte van haar glas en stak haar hand in haar tas, gravend naar het voorwerp dat ze al snel vond. De rode, fluwelen kaft van ‘De hopeloze heks’ paste bij haar gelakte nagels. Ze sloeg het open op de pagina waar een gehavende bladwijzer uit stak. Haar ogen dansten langs de regels, terwijl ze elk woord opnam, alsof ze het voor een toets uit haar hoofd zou moeten kennen.
‘Hermie, kun je dat boek niet een keer wegleggen? We zitten hier samen, weet je nog?’ zei haar vriendin na een poos.
‘Het spijt me, Verona,’ zei Hermelien terwijl ze het boek weer weglegde. ‘Ik ga er soms een beetje in op.’
‘Soms?’
‘Oké, ik ga er altijd een beetje in op,’ gaf Hermelien toe.
‘Een beetje?’
Hermelien moest onwillekeurig lachen. ‘Je hebt gelijk. Ik kan het niet helpen. Het zijn fascinerende boeken. Je zou ze ook moeten lezen.’
Verona achtte en schudde haar hoofd. ‘Het lijkt me meer iets voor jou dan voor mij.’
Hermelien glimlachte verlegen. Ze tilde haar glas op en wilde nog een slok nemen toen ze aan de overkant van de straat een groepje mensen zag dat zich vreemd gedroeg. Ze leken ergens op te wachten en keken nerveus om zich heen, terwijl ze af en toe aan hun kleren plukten. Ze hadden allemaal rood haar en aangezien Hermelien wist hoe zeldzaam dat was dacht ze dat het wel familie moest zijn. Er was een jongen van ongeveer haar leeftijd en twee iets oudere identieke jongens. Er was nog een jongen van een jaar of vijftien en een volwassen man, die ze ervan verdacht de vader te zijn.
Met een klap zette ze haar glas terug op de tafel – iets te hard, waardoor de inhoud over de rand heen gutste. Het trok de aandacht van het stel aan de overkant. Ze glimlachte verlegen en de roodharigen draaiden hun gezichten weer weg. Allemaal, behalve de jongen van haar leeftijd. Hij lachte terug.
Een roodharige vrouw – vermoedelijk de moeder – kwam aangehobbeld met haar dochter, die duidelijk jonger was dan de rest. Haar huid was bleek.
‘Waar kijk je naar?’ vroeg Verona. Hermelien keek op en zag dat ze een leeg glas op tafel zette.
‘Niets,’ loog ze, zonder er over na te denken. Toen ze weer keek was de familie verdwenen.
‘Zullen we gaan,’ vroeg Verona terwijl ze al aanstalten maakte om op ze staan. Hermelien knikte instemmend en dronk haar glas in één teug leeg voor ze opstond. Ze legde twee kleine muntjes op tafel, als fooi van het geld dat haar ouders haar gegeven hadden, en liep tevreden weg, haar arm in die van haar ‘volwassen’ vriendin gehaakt.
Ze liepen hun lot tegemoet richting de weilanden, waar ze lagen tot de zon zakte. De geur van versgemaaid gras doordrong Hermeliens neusgaten en ze zwoer plechtig dat ze dit moment nooit zou vergeten.

Reageer (10)

  • Oblivisci

    Geweldig!

    1 decennium geleden
  • Cami

    Wow, wat schrijf jij goed zeg!

    1 decennium geleden
  • Aerys

    Aboooo. (flower)

    1 decennium geleden
  • Jisung

    Klinkt leuk, ik neem abo :D
    Snel verder! <3

    1 decennium geleden
  • Cloelia

    Wauw!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen