Foto bij Chapter 4. A heartbeat

Setiap kali ia pergi mati lagi.

Everytime she dies again.

Opeens voelde ze het. Ze voelde hem. Een hartslag. Een hartslag die smeekte om haar aandacht. Een hartslag die haar liet weten dat ze niet alleen was. De bron van haar herinneringen. Ze richtte zich op de bron. De hartslag werd direct duidelijker en ze wilde er naar toe. Ze wilde het voelen, het horen. Maar ze kon het niet. Haar lichaam leek er niet te zijn. Alleen haar geest. Plotseling werd de hartslag zwakker. Het meisje probeerde wanhopig terug te keren. Het gevoel werd zwakker en zwakker, totdat het wegstierf. Nieuwe gevoelens verschenen. Gemis, eenzaamheid en woede. Woede voor hetgeen dat de hartslag liet stoppen. En het gemis en de eenzaamheid, alsof het haar van binnen opvrat.

~

Vanuit de verte kwam het geluid. Hard gegil. Onmiddellijk sprong hij overeind, klaar om ernaartoe te rennen. Om haar te helpen. Hij werd tegengehouden door zijn vrienden. 'Het komt goed,' stelde Sam hem gerust, maar het hielp niet. Nog een gil. Dit keer gemengd met angst. 'Ik moet erheen,' schreeuwde hij woest. Voordat zijn vrienden iets konden doen, scheurde hij uit zijn vel. De wolf in hem nam zijn gedachten over. Hij moest haar redden. Ze mocht geen pijn lijden. Hij had haar nooit met die bloedzuigers mee moeten laten gaan. Het was allemaal zijn schuld. De bloedzuigers hoorden hem al aankomen, maar hij was razendsnel. Hij sprong de eerste op zijn rug, zonder te weten wie het was. Een dierlijke, woeste grom kwam uit zijn keel omhoog. Hij keek verdwaasd op om te kijken waar ze was. Ze lag te spartelen in de armen van de kleinste parasiet. Langzaam werd ze rustiger. 'Edward, neem haar mee,' zei de hoogblonde vampier. Er verscheen een vieze grijns op het gezicht van de bloedzuiger, die hij er maar al te graag af zou meppen. En ze was weer weg. Hij probeerde achter haar aan te gaan, maar werd tegengehouden door de rest van de groep. Verwoed begon hij om zich heen te bijten. Hij hoorde zijn vrienden in zijn hoofd. Ze probeerden hem te kalmeren, maar hij negeerde ze. Hij zou bij haar komen. Opeens voelde hij hoe twee sterke kaken hem in zijn nekvel grepen en hem tegen een boom aan gooiden. Hij piepte, maar herstelde zich snel. Hij rende op zijn onverwachte tegenstander af om hem aan te vallen. Maar hij werd opnieuw aangevallen. Toen merkte hij pas op dat het zijn vrienden waren. Zijn bloedeigen broeders. Ze pinden hem vast op de grond. Hij gromde, piepte en blafte wat hij kon, maar ze lieten hem niet los. De parasieten verdwenen. Zijn broeders ketenden hem vast, zodat hij niet meer kon aanvallen. Hun ogen stonden verdrietig, maar hij zag het niet door de waas rond zijn ogen. De drang om haar te zien was groter dan ooit.

Reageer (2)

  • Orlagh

    Ga je nog verder?(huil)

    1 decennium geleden
  • xoxPrisxox

    super mooi geschreven!
    ik neem abo!
    snel verder(H)

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen