Hoewel de tuin weinig indrukwekkend was, leek mijn hart enkele keren over te slaan toen Simone de deur geopend had. Het was een wit huis met slechts één verdieping. Het herinnerde me een beetje aan een stacaravan. “Dit is dan mijn huis” glimlachte Bill’s moeder. Ik moest verschrikkelijk veel moeite doen om niet met wijd opengesperde ogen naar het gebouw te kijken. Nog nooit had zoiets armoedigs zo veel indruk op me gemaakt.

Ze opende de voordeur en ik durfde niet te kijken. Tegelijk stond ik mijn gezicht enorm te forceren zodat ik niet al te nerveus overkwam. “Kom binnen!” Ik stapte over de drempel op de deurmat. Ik voelde me een indringer toen ik mijn voeten veegde.

Het rook apart. Zoet, maar aangenaam. Geen bedwelmende geur zoals van wierrook, maar precies goed. Bill rook vast net zo. Het was eigenlijk precies zoals ik het me voorgesteld had.

Scotty rende de woonkamer binnen. Ik trok een beetje stuntelig mijn jas uit. “Lust je wat te drinken?” Ik was bang dat ik geen slok naar binnen zou kunnen krijgen, maar het leek me onbeleefd het aanbod af te wijzen. “Heeft u cappuccino?” Fout. Hoe durfde ik het om niet gewoon om thee of koffie om cappuccino te vragen? “Natuurlijk. Suiker?” Ik durfde geen ja te zeggen omdat ze me dan misschien wel hebberig zou vinden.

Toen ik eenmaal met een gloeiende kop cappuccino op de bank zat kon ik niet anders dan naar de fotolijstjes kijken die overal in de kamer verspreid stonden. Die foto’s… Ik was trots dat ik niet de drang voelde om er stiekem een mee te nemen en voor veel geld te verkopen. Hoe kwam het überhaupt in me op?

“Zijn dat uw zoons?” vroeg ik voorzichtig, met een schijnheiliger gezicht dan ik vermoedde te kunnen trekken. “Ja. Ken je ze?” Ik keek met een schuin hoofd naar een foto van Bill en Tom. Ze moesten daar een jaar of 13 zijn geweest, Bill had kort haar maar droeg geen make-up. Hij zag eruit als tijdens zijn optreden bij Starsearch. “Ik weet het niet… Ze komen me bekend voor, maar waarom zou ik ze kennen? Ik kom niet uit de buurt…” Simone glimlachte. “Zegt de naam Tokio Hotel je iets?” Ik deed alsof ik stomverbaasd was. “Tokio Hotel? Ja, die ken ik wel. Wacht… Zij horen bij die band, niet?” Ik zette grote ogen op. “Jawel. Maar je bent niet toevallig een fan?” Ik keek een beetje beschuldigd. “Een fan? Nee. Ik heb niets tegen ze, maar ik zou mezelf geen fan noemen. Heb natuurlijk wel eens iets van ze gehoord enzo.” Simone leek een beetje opgelucht als verdrietig tegelijk toen ze even weg leek te dromen bij de foto. Het leek me geen goed moment om over haar kinderen te praten. “Nu weet ik meteen waarom de naam Loitsche me zo bekend voor kwam! Maar eh…” Ik begon over iets anders.

Gordon kwam om half 6 thuis. Stom genoeg vond ik hem op een of andere manier een aantrekkelijke man. Hij was Bill’s stiefvader. Oh mijn god.

Hij keek verbaasd toen hij een 16-jarig meisje bij Simone op de bank zag zitten. Ik keek hem een beetje hulpeloos aan toen Bill’s moeder opstond om hem een kus te geven. “Wie is dat?” Hij keek in mijn richting. Ik kwam naar hem toe en stelde me voor. Een beetje wantrouwig knikte hij. “Kan ik even met je praten?” Hij wenkte Simone mee de kamer uit. Ik bleef alleen achter. Alleen op de bank waar Bill vast uren op had gezeten. Waarop hij tv had gekeken. Waarop hij misschien wel met een deken had gelegen als hij ziek was. Help.

Mijn ogen zochten naar sporen van Bill, maar buiten de foto’s die in de kamer stonden was er niet veel dat echt naar hem verwees. Geen werkstukken van school, geen schoenen of tassen of kleding. Natuurlijk niet. Hij had alles vast meegenomen.

Misschien had hij wel uit deze mok gedronken.

Het koppel kwam terug de woonkamer in en Gordon’s blik was veranderd. Hij glimlachte vriendelijk. “Nederlands, dus?” Ik knikte opgelucht. “Wat doe je dan hier in Noord-Oost Duitsland, als ik vragen mag?”

“Ik had enorme problemen thuis en ben weggelopen” antwoordde ik met een stalen gezicht. “Ik dacht; Loitsche is een dorp waarvan niemand ooit op het idee zou komen me te zoeken. Dus ja, die keuze was snel gemaakt.” Ik klonk best geloofwaardig, al zei ik het zelf. “Je bent weggelopen?” Gordon keek een beetje geschrokken. “Krijgen wij hier dan geen problemen mee?” Ik haalde mijn schouders op. “Ach, mochten er problemen komen dan weten jullie van niets.” Simone grinnikte. “Heb je al een slaapplaats voor vannacht?” Ik verslikte me. “Ja. Nee.”

“Dat dacht ik al. Blijf vannacht maar lekker hier.”

Ik mocht in Bill’s huis blijven slapen. Oh mijn god.

Het was gezellig die avond. Ik kreeg heerlijk avondeten (Simone had Bill’s lievelingsmaaltijd voor me gemaakt; ik moest ‘het écht eens proeven’) en nadat ik had meegeholpen met de afwas keken we met z’n drieën samen een film. Ik merkte hoe gemakkelijk het me afging om de Duits nagesynchroniseerde krimi te volgen. Ik was tenslotte al een tijdje in Duitsland en ook het spreken ging nu al haast zonder na te denken. Ik vond het heerlijk.

Ik had chocomel gekregen. En een deken omdat ik het koud had. En pantoffels. Ik kon zonder moeite begrijpen waarom Bill zo aan zijn moeder gehecht was; ze was een schat. Nog nooit had ik iemand ontmoet die zo veel moeite voor me deed en me als zo’n goede vriend behandelde. Dat het uitgerekend Bill’s moeder was maakte het natuurlijk nog meer bijzonder…


“Ik ga maar eens mijn bed in, ik weet niet wat jij doet?” vroeg Gordon terwijl hij Simone aankeek. Zij knikte instemmend. “Ik ga ook, het is al laat.” Een beetje hulpeloos keek ik beide mensen aan. Simone merkte het waarschijnlijk. “Ik heb Bill’s bed voor je opgemaakt. Ik wijs het je zo wel even.”

Wat voor haar als een doodgewone zin had geklonken was voor mij reden genoeg om niet te willen gaan slapen. Ik heb Bill’s bed voor je opgemaakt.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen