'Zara, kleine moordenaar, ik houdt van je.' fluisterde ik zacht en legde haar neer naast haar stervende moeder.

Zara's pov:
Ik deed mijn ogen open, en gelijk hoorde ik dat tweede stemmetje weer in mijn hoofd, die rustige, aardige stem. 'He he, eindelijk wakker? Duurde lang genoeg. Moet je nu gelijk naar Doordem toe?' 'Ja' dacht ik terug. 'Eigenlijk wel, maar ik ga niet, geen zin in. Ik ga naar het gras toe, rondrennen, liggen. Doen alsof ik vlieg.' 'En echt vliegen' zei de stem plagend. Of was het mijn stem? Verzon ik het maar? Nee. Iedereen had dat vast, maar niemand durfde het te vertellen. De stem was nooit vervelend, of gemeen. Een soort zus, een soort geweldige zus die altijd bij mij was.
Ik stapte de deur uit, links lag het bos, rechts het uitgestrekte grasveld, waar het gras nu bijna tot de twee meter rijkte, fantastisch om je in te verstoppen en om in te spelen. Maar er zaten op sommige plekken wel slangen. Giftige slangen die ongevaarlijk waren zolang je wist hoe je met ze om ging. Verder stond er nog de schuur, recht voor mij die mij aan het uizicht van de bergen verderop vernam. Vanachteren, waar het brandhout lag, kon je makkelijk op het dak klimmen, best wel handig als Doordem weer eens wou oefenen met vechten, net zoals het gras. ik rende er naartoe. Het gras was zo hoog dat het mij helemaal verschool, ik had een pad, een pad waar ik op kon rennen, ik wist elk hobbeltje en steentje op het pad zonder zelfs naar de grond te kijken. op het pad waren ook nooit slangen. Ergens achter mij ging de deur open 'He! waar denk jij dat je heen gaat? Wij moeten oefenen! He kom terug!' Doordem rende achter mij aan. Ik ging sneller en sneller. Achter mij hoorde ik Doordem ook het 'graspad' op gaan, hij ging een stuk minder snel dan ik, hij kende het pad ook veel minder goed. Mijn pad. Maar hij had ook veel langere benen, hij was groter en ouder. Ik begon te sprinten, hier was de hobbel. daar was de bocht. En daar achter die sprieten stopte het pad even. Uitkijken voor slangen! Ik was veel sneller, het voelde geweldig om zo door het gras heen te racen. Ik kwam bij de open plek. Daar aan de overkant was het vervolg pad, veel minder goed uitgesleten maar duidelijk te zien. Ik rende langs de ronde steen en de... Op eens viel ik, ik struikelde ergens overheen... huh? Dat gebeurde nooit, ik draaide mij om, waar was ik overheen gestuikeld? Ik zat op mijn knieen, het gras bedekte mij al helemaal. Daar lag de ronde steen. ik wist zeker dat die er de dag daarvoor niet gelegen had, nee die had twee meter verderop gelegen... Hoe? 'Ha. Daar ben je. Waarom ren jij toch altijd weg?'

Reageer (3)

  • ShadowNight

    verder

    1 decennium geleden
  • Allysae

    snel verder

    1 decennium geleden
  • xSandra

    verdur :Y)
    het doet me beetje denken aan eragon xd

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen