Level 20
Reyan keek naar de glanzende satijnen stof van de dure jurk in de etalage, waarvan het groene lijfje was afgezet met versieringen van goud en een dun gouden koord het korset bijeen knoop. Er stonden geen prijzen bij, want de mensen die het konden betalen zouden niet naar de prijs vragen en de mensen die het niet konden betalen, zouden niet eens naar de jurk kijken.
'Zou je goed staan,’ zei Ardin, ‘past mooi bij je ogen.’
Reyan grinnikte en gaf hem een por met zijn elleboog. Hij keek over zijn schouder, naar Fay en Sohra die op een afstandje op een bankje zaten en een stuk brood braken. Kyrin stond naast hen, verhuld in de schaduwen van een boom. Het was tegen het einde van de middag. Het plein voor de winkels was rustig - het perfecte moment voor een inbraak. Reyan controleerde de omgeving en toen alle omstanders het plein hadden verlaten, kuchte hij twee keer. Toen hij weer over zijn schouder keek, was Kyrin verdwenen. Hij wist niet zeker hoe lang het meisje haar dierlijke vorm kon volhouden, als het maar lang genoeg was. Hij zocht naar een dierlijke belichaming van Kyrin bij de ingang, maar ze had zich waarschijnlijk zo klein gemaakt dat ze gemakkelijk onopvallend binnen kon glippen. Pas toen gekrijs van de receptioniste de stilte doorbrak, had hij enig vermoeden welk dier ze gekozen had. ‘Een muis! Er loopt een muis!’
Ardin grinnikte. ‘Ik denk dat ik mijn centen erop durf te zetten dat ze die vrouw opzettelijk heeft laten schrikken.’
Dat zou Reyan niet verbazen. ‘En dat terwijl ze zelf best op een muis lijkt.’ Hij keek over zijn schouders naar de twee meisjes op het bankje en knikte. ‘Laten we gaan.’
Sohra rekte zich uit, waarna ze richting de trap liepen die langs de bergwand verder omhoog rees. Reyan en Ardin volgden en ze liepen verder omhoog. Zeker twintig meter voordat ze de bovenste treden zouden bereiken, verscheen aan de zijkant een smal steegje. Onopvallend als je niet wist waar je moest kijken, onzichtbaar voor iedereen beneden. Voor de versleten houten poortdeur bleef hij staan. Hij reikte in zijn zak en propte stukjes wol in zijn oren, daarna draaide hij zich om en bood de anderen de rest van de wol. ‘Klaar?’
Reyan zette zich schrap en duwde zijn schouder tegen de dikke deur. Knarsend schoof het hout over de stenen. Het was niet voor niets dat de deur uit zulk zwaar en dik hout was gefabriceerd. Zodra hij de poort doorliep, werd hij verwelkomd door het kabaal van ratelende kettingen en werkleiders die hun instructies boven het rauwe geratel uitschreeuwden. Door de overweldigende herrie die plotseling de eerdere stilte doorbrak bleef hij even staan. Zelfs met zijn oren dichtgestopt was het niet prettig. Hij begreep wel dat de lokale Warlocks hun magie inzette om de dempingsspreuk die de steeg omkapselde in werking te houden.
De steeg, die tussen twee dikke muren werd geklemd, stond bekend als de Overgang: een smalle ruimte tussen de lagere ringen en het paleis waar door middel van hijssystemen de hoogste ringen mee werden voorzien van levenswaren. Reyan kon zich niet voorstellen hoe het moest zijn om hier te werken, gevangen tussen hoge muren met alleen de blauwe lucht boven je en stof en herrie om je heen. Veel van de mannen waren al doof of gebruikte oorstoppers om zich tegen het geluid te beschermen. Het voelde beklemmend, alsof hij geen kant op kon.
Aan zijn andere zijde waren kleine gebouwen in de rotswand uitgehouwen, die werden gebruikt als opslagplaatsen, werkruimtes of zitplaatsen voor rustende werklieden. Die laatste zaten rechtop tegen de muren onder kleine afdakjes, om net de warme zonnestralen van de dalende zon op te vangen. Hij liep verder richting de hoge kraan die aan de rand van de rotswand verankerd zat. Daarnaast bevond zich een groot wiel, vergelijkbaar met een ankerlier op een oud schip. Gespierde, zwetende mannen draaiden aan het wiel om de ketting omhoog te hijsen
Reyan had het takelen zelf nooit in werking gezien, maar was verrast over het goed gecoördineerde proces. Hij verwachtte dat er magie aan te pas kwam, maar niets was minder waar. De arbeiders gebruikten een ingenieus systeem om de goederen naar de hogere ringen te verplaatsen. Grote houten paletten, beladen met kratten voedsel, wijn en andere handelswaren, waden met stevige touwen bij elkaar vastgebonden. Deze touwen waren aan een zware haak bevestigd, die op zijn beurt aan een robuuste ijzeren ketting hing, zo dik als de arm van een volwassen kerel.
Maar dit was natuurlijk niet waarvoor ze hier waren, hoe indrukwekkend Reyan het ook vond. In de dikke muur zat een enkele houten deur, bedekt met mos en klimop van het groen buiten de muur. Vanaf het plein beneden was de deur amper zichtbaar, zelfs als je wist waar je moest kijken, maar dat bood hen dan juist een goed verborgen plek met uitzicht op het Gildehuis. Hij glipte de deur door die uitkwam op een klein houten plateau. Fay knielde naast hem neer. Er was maar net ruimte voor hen tweeën en dan had hij het geluk dat Fay het evenwicht van een acrobate had, waardoor hij meer ruimte kon innemen om zich staande te houden. Sohra en Ardin bleven voor de deur staan zodat ze niet gestoord zouden worden. Reyan haalde de stukjes wol weer uit zijn oren en genoot een moment van de stilte buiten de Overgang. ‘Daar is het Gildehuis.’ Reyan wees naar beneden naar het imposante vierkante gebouw. De meeste ramen waren nog gesloten en bij degene die open waren, zag hij geen Kyrin.
‘Misschien zit ze aan de andere kant?’ opperde Fay, maar Reyan schudde zijn hoofd. ‘Ze weet dat ze aan de achterkant moet zijn. We zullen moeten wachten.’
Minuten verstreken, terwijl Reyan met een been bungelend over het hout naar de neerdalende zon keek. ‘Ik ben bij mijn ouders langs gaan,' zei hij en Fay keek hem aan. ‘Niet binnen geweest, hoor,’ zei hij voordat ze verder kon vragen. ‘Ik zag mijn moeder en Meralinde. Ik verschool me in de bosjes.. als een lafaard.'
Een zweem van een glimlach gleed over haar lippen. ‘We zijn hier niet met een voor hen acceptabele reden,’ zei Fay, ‘Het is geen schande ze te ontwijken als je er niet klaar voor bent om hen onder ogen te komen.’
'Het zou niet moeten,’ vond hij, ‘alleen omdat ik niets bereikt heb?’
'Donder op hoor!’ Ze gaf hem een duw, maar niet hard genoeg om zijn evenwicht te verliezen op het al smalle plateau. 'Hoezo, niets bereikt? Je hebt een eigen Party onder je bewind gekregen. Dat krijgt niet elke Grimmer hoor. Zelfs jouw vader was enkel een lid in zijn jonge jaren. Je hebt al meer bereikt dan hij op jouw leeftijd, dus stamp dat even goed in die overdenkende kop van je.’ Ze wreef haar vuist over zijn kruin, waardoor de huid eronder begon te branden. Reyan pakte haar pols beet en duwde haar lachend van zich af. ‘Oké, oké. Ga alsjeblieft weer zitten voordat je valt.’
Fay gniffelde en ging weer zitten. Ze wierp een blik op het gebouw, maar er was nog geen spoor van Kyrin.
'En jij dan?’ vroeg Reyan op zijn beurt, ‘maak jij je daar weleens zorgen over?’
Fay zuchtte. ‘Natuurlijk, maar mijn vader is een stuk minder streng. Het enige waar hij zich zorgen om maakt is of hij überhaupt nog een dochter heeft.’ Dat bedoelde ze niet letterlijk, wist Reyan, maar ze had geen contact meer met haar vader sinds ze geslaagd was, omdat hij het hele jaar dat Fay bij Reyan was zeer dure en extravagante cadeaus naar Reyans loft bleef sturen in de hoop haar liefde terug te kopen. Alsof Fay zomaar zou vergeten wat hij haar moeder had aangedaan. Fay had alles op straat gemikt op het moment dat het werd bezorgd. Daardoor stonden er geregeld bedelaars onder zijn raam te wachten totdat het raam weer open zou vliegen.
'Als hij nou edelstenen kettingen had opgestuurd, dan hadden we tenminste nog wat te verkopen,’ mopperde Fay. ‘Wat heb ik nou aan drie dezelfde bontjassen?'
‘Ik denk dat die bedelaar er anders heel blij mee was.’
‘Dat is dan nog het enige voordeel.’
Ze wachtten nog wat langer, maar er ging geen enkel raam open. Het leek de twee aan de andere kant van de deur ook op te vallen, want de deur schoof op een klier en het helse kabaal boorde zich door Reyans gehoorgang. ‘Waarom duurt het zo lang?’
‘Weet ik veel,’ snauwde Reyan terug naar Sohra, ‘misschien vondt ze een stuk kaas onderweg, ofzo.’
Sohra schoof de deur wat verder open en perste zich door de gleuf. De neus van haar schoenen schopte Reyan tegen zijn achterste toen ze de deur achter zich dichtklapte. ‘Pas op zeg. Straks val ik nog.’
‘Zanik niet zo.’ Ze keek over hem heen naar het Gildehuis, haar ogen vernauwd. Door het licht van de ondergaande zon leken haar rode lokken haast vlammen die dansten in de wind. ‘Ik zie d’r niet.’
‘Dat is juist het probleem,’ zei Fay zachtjes, ‘zelfs als Kyrin de Gildemeester niet had gevonden, dan was ze allang een raam uitgevlogen. Er is iets niet in de haak.
Sohra knikte en haalde de boog van haar rug. ‘Dan gaan we zelf kijken.’ Reyan keek met een ruk naar haar op. Ze haalde een van de pijlen uit haar koker - een met een ijzeren lus aan het einde - en klikte er met een klein haakje een stevig maar dun touw aan vast. Ze trok de rode band los die ze om haar middel droeg en drukte het in Reyans handen. ‘Jij houd die kant vast, Fay de andere kant. Ik heb ruimte nodig.’
Reyan en Fay keken elkaar aan terwijl Sohra op de rand van het houten schot ging staan, de band drukte tegen haar rug. ‘Laat me niet vallen.’
Reyan positioneerde zich toen Sohra in de band leunde en haar boog strak trok. De pijl raakte met een doffe klap het stevige hout achter hen en Reyan trok aan de band om Sohra weer overeind te krijgen. Hij dook opzij toen Sohra haar boog weer strak trok en een tweede pijl - met het andere uiteinde van het touw - richting het dak van het Gildehuis schoot. ‘In de roos.’
Sohra bonkte met haar vuist tegen de deur. ‘Ardin, we gaan!’ De deur ging op een kier en Ardin stak zijn hoofd door de opening. ‘Waarheen?’
Sohra zwaaide de rode band om het touw, wikkelde de uiteinden om haar handen en keek over haar schouders. ‘Gaan jullie mee?’ Ze zuchtte terwijl ze zich richting het Gildehuis draaide. ‘Man, dit heb ik lang niet gedaan.’ Ze zette zich af en roetsjte met een rotvaart richting het dak. Haar voeten raakten de dakpannen en ze zwaaide. Reyan keek Fay aan. ‘Vrouwen eerst?’
Ze grinnikte en haalde de bijl los van haar riem. Fay gebruikte de band aan de bijl net als Sohra, terwijl het gevaarte vlak naast haar hoofd bungelde. Reyan slikte. Fay had er te veel vertrouwen in dat die bijl haar hoofd niet ineens van haar romp zou snijden. Hij keek toe hoe ook zij richting Sohra gleed en op het dak belandde. Daarna activeert hij zijn vuist. Hij greep het touw vast en ging op de rand van het houten schot staan. Hij ademde een keer diep in en liet zich er vanaf glijden. In een moordend tempo kwam het dak dichterbij en Reyan zette zich schrap. Toen zijn voeten bij de rand van het dak kwamen, liet hij los en tuimelde over het dak. Zijn knieën raakten de harde dakpannen en toen hij een poging waagde zijn bovenlichaam op te vangen, graafde zijn mechanische vuist zo hard in de dakpannen dat er een aantal kapotbroken.
‘Verdorie, Reyan,’ mopperde Sohra, terwijl ze de band weer om haar middel bond. Haar ogen speurde het plein af. ‘Straks worden we nog betrapt.’
Reyan veegde zijn zere knieën af en ging weer staan. ‘Gaat het?’ vroeg Fay hem en hij knikte. ‘Ik ben niet gemaakt om te vliegen.’ Hij keek op naar het schot waar Ardin nog stond. Hij leek geen aanstalte te maken om ook te komen. In plaats daarvan trok hij de pijl met een ruk uit de deur.
‘Die spierbundel van me vindt wel een andere weg.’ Sohra grijnsde en zwaaide naar haar vriend, alvorens ze het touw met de pijl binnenhaalde en in haar koker propte.
‘Laten we het hoogste raam zoeken. Het liefst een doodlopende gang,’ opperde Reyan en de meisjes knikten instemmend. Aan de oostkant - ongeveer anderhalf meter onder hen - vonden ze een raam dat op een kier stond. De houten vensterbank was smal, maar Reyan gokte erop dat Fay daar haar evenwicht wel op kon houden. ‘Ik heb een plan, maar het moet snel,’ zei hij tegen Fay, ‘ik zorg voor een krachtveld zodat jij je af kan zetten en op de vensterbank kan komen. Vanaf daar kun jij het raam openen. Daarna volgen wij.’
Sohra stond met haar armen over elkaar en wierp een blik omlaag. ‘Zie jij hoe smal die vensterbank is, of ben ik de enige?
‘Ga me nou niet vertellen dat je hoogtevrees hebt, Sohra,’ zei Fay met een grijns. Ze trok haar wenkbrauwen kort op en keek de roodhaar uitdagend aan. Sohra richtte haar wijsvinger naar Fay. Haar mondhoek gekruld. ‘Nog een woord en ik duw je van dit dak.’
Reyan zuchtte. ‘Dames, focus.’ Fay gniffelde en liep naar de rand van het dak. Reyan trok een flesje mana van zijn riem en goot deze achterin zijn keel. Het zou vervelend zijn als ik ineens zonder zat. Het lege flesje zette hij naast zich neer op een van de dakpannen. Hij keek Fay aan. ‘Klaar voor?’
Fay knikte vastberaden. Reyan balde zijn vuist en verzamelde het beetje mana dat hij nodig had. Warmte gloeide in zijn binnenste voordat hij het naar zijn vuist zondt en een krachtveld naast het raam creëerde. Nog geen seconde erna liet Fay zich van het dak vallen en liet Reyan het krachtveld los.
‘Fay?’ Sohra keek over de rand van het dak.
‘Allemachtig, dit is smal,’ mopperde Fay van beneden. Reyan ging op zijn knieën zitten en stak zijn hoofd over de rand van het dak. Fay zat met een voet op de vensterbank en de ander gestrekt tegen de muur om zichzelf klem te zetten. Ze pielde aan het raam en duwde hem uiteindelijk open. Ze keek omhoog. ‘Jouw beurt,’ zei ze tegen Sohra en ze rolde naar binnen.
Reyan keek haar aan. ‘Jij hebt het makkelijker. Zet je gewoon af tegen het krachtveld en spring naar binnen. Eitje.’
‘Ik weet wel wat ik moet doen, hoor,’ zei Sohra snibbig en Reyan hield zijn handen ontwapenend op. Er klonk gefluit van beneden. Reyan boog zich over de rand van het dak en zag Ardin beneden naar hen zwaaien. Fay tak ook haar hoofd uit het raam en keek Reyan aan. 'Hoe krijgen we hem boven dan?'
'Doe wat je net deed, maar lager op de grond. Met wat geluk red ik die sprong.' Ardin was misschien de enige die kracht genoeg had in zijn benen om dat te redden. Toch maakte Reyan zich wel zorgen om de vensterbank.
'Dan ga ik eerst,' riep Sohra naar beneden, 'dan kan ik Fay helpen jou omhoog te trekken.'
'Dan gaan we allemaal eerst,' besloot Reyan. 'We kunnen het niet riskeren dat die vensterbank afbrokkelt door zijn impact.' Hij activeerde zijn vuist weer en toen zijn krachtveld onder het raam ontstond, sprong Sohra in een rechte lijn van het dak. Reyan hoorde gestommel en keek gauw over de rand. Hij zag Sohra’s lichaam niet beneden op de grond liggen, dus het zal wel hebben gewerkt. Hij maakte voor zichzelf een krachtveld, ademde een keer diep in en sprong naar beneden. Zijn voeten raakten het krachtveld alsof ze de grond raakten en hij zette zich af en sprong door het open raam. Met een koprol belandde hij op het rode tapijt en stond weer op. Zijn hart raasde door zijn borst en hij blies een hap lucht uit. ‘Dat ging vrij vlot.’
Hij draaide zich weer om naar het raam. Ardin stond al klaar, een paar meter van de muur vandaan om een aanloop te nemen. Reyan activeerde zijn vuist en creëerde een krachtveld vlak onder het laagste raam. Hij concentreerde zich, voelde Ardins laars op de buitenste laag en blies het krachtveld op, waardoor Ardin werd gelanceerd. Ardin greep met zin stevige handschoenen het raamkozijn beet en Reyan greep hem met zijn handschoen vast. Sohra pakte zijn andere arm en samen trokken ze hem de gang in.
Hijgend kwam Ardin overeind en blies een hap lucht uit. 'Je had me wel even mogen waarschuwen. Ik schrok van je krachtveld.'
Reyan lachte en klopte hem op de schouder. 'Dat bedacht ik me ook spontaan. Ik had niet gewild dat je tegen de muur klapte.' Hij keek even om zich heen naar de lege gang. ‘Laten we Kyrin gaan zoeken, maar pas op waar je staat. Ik zou het vervelend vinden als we ineens op haar stappen.’
Sohra grinnikte en liep de gang door. De meeste deuren waren gesloten. Waarschijnlijk omdat de werknemers al naar huis waren. Reyan rammelde aan een van de deurknoppen, maar deze gaf niet mee.
‘We kunnen een deur inbeuken?’ opperde Ardin, maar Fay schudde haar hoofd. ‘Als ze dicht zitten, dan was Kyrin daar vast ook nooit binnen gekomen.’
‘Dus we gaan ze dan allemaal maar af?’ vroeg Sohra, ‘Elke verdieping?’
‘Ik denk het.’ Voordat Reyan zich kon omdraaien, ging een van de deuren aan het einde van de hal krakend op een kier.
Een rilling schoot over Reyans lichaam en hij stond meteen op scherp. Muisstil sloop hij dichterbij en Sohra en Fay volgden. Reyan schoof de deur verder open. Het licht van de gang scheen de verduisterde kamer in. Waar dikke rode gordijnen de ramen hadden bedenkt en de zon buitensloten, zat Kyrin op de grond met haar handen achter haar rug gebonden. Ze keek hen aan en grijnsde, maar haar ogen glimlachte niet mee. ‘Hé, jongens.’
'Zou je goed staan,’ zei Ardin, ‘past mooi bij je ogen.’
Reyan grinnikte en gaf hem een por met zijn elleboog. Hij keek over zijn schouder, naar Fay en Sohra die op een afstandje op een bankje zaten en een stuk brood braken. Kyrin stond naast hen, verhuld in de schaduwen van een boom. Het was tegen het einde van de middag. Het plein voor de winkels was rustig - het perfecte moment voor een inbraak. Reyan controleerde de omgeving en toen alle omstanders het plein hadden verlaten, kuchte hij twee keer. Toen hij weer over zijn schouder keek, was Kyrin verdwenen. Hij wist niet zeker hoe lang het meisje haar dierlijke vorm kon volhouden, als het maar lang genoeg was. Hij zocht naar een dierlijke belichaming van Kyrin bij de ingang, maar ze had zich waarschijnlijk zo klein gemaakt dat ze gemakkelijk onopvallend binnen kon glippen. Pas toen gekrijs van de receptioniste de stilte doorbrak, had hij enig vermoeden welk dier ze gekozen had. ‘Een muis! Er loopt een muis!’
Ardin grinnikte. ‘Ik denk dat ik mijn centen erop durf te zetten dat ze die vrouw opzettelijk heeft laten schrikken.’
Dat zou Reyan niet verbazen. ‘En dat terwijl ze zelf best op een muis lijkt.’ Hij keek over zijn schouders naar de twee meisjes op het bankje en knikte. ‘Laten we gaan.’
Sohra rekte zich uit, waarna ze richting de trap liepen die langs de bergwand verder omhoog rees. Reyan en Ardin volgden en ze liepen verder omhoog. Zeker twintig meter voordat ze de bovenste treden zouden bereiken, verscheen aan de zijkant een smal steegje. Onopvallend als je niet wist waar je moest kijken, onzichtbaar voor iedereen beneden. Voor de versleten houten poortdeur bleef hij staan. Hij reikte in zijn zak en propte stukjes wol in zijn oren, daarna draaide hij zich om en bood de anderen de rest van de wol. ‘Klaar?’
Reyan zette zich schrap en duwde zijn schouder tegen de dikke deur. Knarsend schoof het hout over de stenen. Het was niet voor niets dat de deur uit zulk zwaar en dik hout was gefabriceerd. Zodra hij de poort doorliep, werd hij verwelkomd door het kabaal van ratelende kettingen en werkleiders die hun instructies boven het rauwe geratel uitschreeuwden. Door de overweldigende herrie die plotseling de eerdere stilte doorbrak bleef hij even staan. Zelfs met zijn oren dichtgestopt was het niet prettig. Hij begreep wel dat de lokale Warlocks hun magie inzette om de dempingsspreuk die de steeg omkapselde in werking te houden.
De steeg, die tussen twee dikke muren werd geklemd, stond bekend als de Overgang: een smalle ruimte tussen de lagere ringen en het paleis waar door middel van hijssystemen de hoogste ringen mee werden voorzien van levenswaren. Reyan kon zich niet voorstellen hoe het moest zijn om hier te werken, gevangen tussen hoge muren met alleen de blauwe lucht boven je en stof en herrie om je heen. Veel van de mannen waren al doof of gebruikte oorstoppers om zich tegen het geluid te beschermen. Het voelde beklemmend, alsof hij geen kant op kon.
Aan zijn andere zijde waren kleine gebouwen in de rotswand uitgehouwen, die werden gebruikt als opslagplaatsen, werkruimtes of zitplaatsen voor rustende werklieden. Die laatste zaten rechtop tegen de muren onder kleine afdakjes, om net de warme zonnestralen van de dalende zon op te vangen. Hij liep verder richting de hoge kraan die aan de rand van de rotswand verankerd zat. Daarnaast bevond zich een groot wiel, vergelijkbaar met een ankerlier op een oud schip. Gespierde, zwetende mannen draaiden aan het wiel om de ketting omhoog te hijsen
Reyan had het takelen zelf nooit in werking gezien, maar was verrast over het goed gecoördineerde proces. Hij verwachtte dat er magie aan te pas kwam, maar niets was minder waar. De arbeiders gebruikten een ingenieus systeem om de goederen naar de hogere ringen te verplaatsen. Grote houten paletten, beladen met kratten voedsel, wijn en andere handelswaren, waden met stevige touwen bij elkaar vastgebonden. Deze touwen waren aan een zware haak bevestigd, die op zijn beurt aan een robuuste ijzeren ketting hing, zo dik als de arm van een volwassen kerel.
Maar dit was natuurlijk niet waarvoor ze hier waren, hoe indrukwekkend Reyan het ook vond. In de dikke muur zat een enkele houten deur, bedekt met mos en klimop van het groen buiten de muur. Vanaf het plein beneden was de deur amper zichtbaar, zelfs als je wist waar je moest kijken, maar dat bood hen dan juist een goed verborgen plek met uitzicht op het Gildehuis. Hij glipte de deur door die uitkwam op een klein houten plateau. Fay knielde naast hem neer. Er was maar net ruimte voor hen tweeën en dan had hij het geluk dat Fay het evenwicht van een acrobate had, waardoor hij meer ruimte kon innemen om zich staande te houden. Sohra en Ardin bleven voor de deur staan zodat ze niet gestoord zouden worden. Reyan haalde de stukjes wol weer uit zijn oren en genoot een moment van de stilte buiten de Overgang. ‘Daar is het Gildehuis.’ Reyan wees naar beneden naar het imposante vierkante gebouw. De meeste ramen waren nog gesloten en bij degene die open waren, zag hij geen Kyrin.
‘Misschien zit ze aan de andere kant?’ opperde Fay, maar Reyan schudde zijn hoofd. ‘Ze weet dat ze aan de achterkant moet zijn. We zullen moeten wachten.’
Minuten verstreken, terwijl Reyan met een been bungelend over het hout naar de neerdalende zon keek. ‘Ik ben bij mijn ouders langs gaan,' zei hij en Fay keek hem aan. ‘Niet binnen geweest, hoor,’ zei hij voordat ze verder kon vragen. ‘Ik zag mijn moeder en Meralinde. Ik verschool me in de bosjes.. als een lafaard.'
Een zweem van een glimlach gleed over haar lippen. ‘We zijn hier niet met een voor hen acceptabele reden,’ zei Fay, ‘Het is geen schande ze te ontwijken als je er niet klaar voor bent om hen onder ogen te komen.’
'Het zou niet moeten,’ vond hij, ‘alleen omdat ik niets bereikt heb?’
'Donder op hoor!’ Ze gaf hem een duw, maar niet hard genoeg om zijn evenwicht te verliezen op het al smalle plateau. 'Hoezo, niets bereikt? Je hebt een eigen Party onder je bewind gekregen. Dat krijgt niet elke Grimmer hoor. Zelfs jouw vader was enkel een lid in zijn jonge jaren. Je hebt al meer bereikt dan hij op jouw leeftijd, dus stamp dat even goed in die overdenkende kop van je.’ Ze wreef haar vuist over zijn kruin, waardoor de huid eronder begon te branden. Reyan pakte haar pols beet en duwde haar lachend van zich af. ‘Oké, oké. Ga alsjeblieft weer zitten voordat je valt.’
Fay gniffelde en ging weer zitten. Ze wierp een blik op het gebouw, maar er was nog geen spoor van Kyrin.
'En jij dan?’ vroeg Reyan op zijn beurt, ‘maak jij je daar weleens zorgen over?’
Fay zuchtte. ‘Natuurlijk, maar mijn vader is een stuk minder streng. Het enige waar hij zich zorgen om maakt is of hij überhaupt nog een dochter heeft.’ Dat bedoelde ze niet letterlijk, wist Reyan, maar ze had geen contact meer met haar vader sinds ze geslaagd was, omdat hij het hele jaar dat Fay bij Reyan was zeer dure en extravagante cadeaus naar Reyans loft bleef sturen in de hoop haar liefde terug te kopen. Alsof Fay zomaar zou vergeten wat hij haar moeder had aangedaan. Fay had alles op straat gemikt op het moment dat het werd bezorgd. Daardoor stonden er geregeld bedelaars onder zijn raam te wachten totdat het raam weer open zou vliegen.
'Als hij nou edelstenen kettingen had opgestuurd, dan hadden we tenminste nog wat te verkopen,’ mopperde Fay. ‘Wat heb ik nou aan drie dezelfde bontjassen?'
‘Ik denk dat die bedelaar er anders heel blij mee was.’
‘Dat is dan nog het enige voordeel.’
Ze wachtten nog wat langer, maar er ging geen enkel raam open. Het leek de twee aan de andere kant van de deur ook op te vallen, want de deur schoof op een klier en het helse kabaal boorde zich door Reyans gehoorgang. ‘Waarom duurt het zo lang?’
‘Weet ik veel,’ snauwde Reyan terug naar Sohra, ‘misschien vondt ze een stuk kaas onderweg, ofzo.’
Sohra schoof de deur wat verder open en perste zich door de gleuf. De neus van haar schoenen schopte Reyan tegen zijn achterste toen ze de deur achter zich dichtklapte. ‘Pas op zeg. Straks val ik nog.’
‘Zanik niet zo.’ Ze keek over hem heen naar het Gildehuis, haar ogen vernauwd. Door het licht van de ondergaande zon leken haar rode lokken haast vlammen die dansten in de wind. ‘Ik zie d’r niet.’
‘Dat is juist het probleem,’ zei Fay zachtjes, ‘zelfs als Kyrin de Gildemeester niet had gevonden, dan was ze allang een raam uitgevlogen. Er is iets niet in de haak.
Sohra knikte en haalde de boog van haar rug. ‘Dan gaan we zelf kijken.’ Reyan keek met een ruk naar haar op. Ze haalde een van de pijlen uit haar koker - een met een ijzeren lus aan het einde - en klikte er met een klein haakje een stevig maar dun touw aan vast. Ze trok de rode band los die ze om haar middel droeg en drukte het in Reyans handen. ‘Jij houd die kant vast, Fay de andere kant. Ik heb ruimte nodig.’
Reyan en Fay keken elkaar aan terwijl Sohra op de rand van het houten schot ging staan, de band drukte tegen haar rug. ‘Laat me niet vallen.’
Reyan positioneerde zich toen Sohra in de band leunde en haar boog strak trok. De pijl raakte met een doffe klap het stevige hout achter hen en Reyan trok aan de band om Sohra weer overeind te krijgen. Hij dook opzij toen Sohra haar boog weer strak trok en een tweede pijl - met het andere uiteinde van het touw - richting het dak van het Gildehuis schoot. ‘In de roos.’
Sohra bonkte met haar vuist tegen de deur. ‘Ardin, we gaan!’ De deur ging op een kier en Ardin stak zijn hoofd door de opening. ‘Waarheen?’
Sohra zwaaide de rode band om het touw, wikkelde de uiteinden om haar handen en keek over haar schouders. ‘Gaan jullie mee?’ Ze zuchtte terwijl ze zich richting het Gildehuis draaide. ‘Man, dit heb ik lang niet gedaan.’ Ze zette zich af en roetsjte met een rotvaart richting het dak. Haar voeten raakten de dakpannen en ze zwaaide. Reyan keek Fay aan. ‘Vrouwen eerst?’
Ze grinnikte en haalde de bijl los van haar riem. Fay gebruikte de band aan de bijl net als Sohra, terwijl het gevaarte vlak naast haar hoofd bungelde. Reyan slikte. Fay had er te veel vertrouwen in dat die bijl haar hoofd niet ineens van haar romp zou snijden. Hij keek toe hoe ook zij richting Sohra gleed en op het dak belandde. Daarna activeert hij zijn vuist. Hij greep het touw vast en ging op de rand van het houten schot staan. Hij ademde een keer diep in en liet zich er vanaf glijden. In een moordend tempo kwam het dak dichterbij en Reyan zette zich schrap. Toen zijn voeten bij de rand van het dak kwamen, liet hij los en tuimelde over het dak. Zijn knieën raakten de harde dakpannen en toen hij een poging waagde zijn bovenlichaam op te vangen, graafde zijn mechanische vuist zo hard in de dakpannen dat er een aantal kapotbroken.
‘Verdorie, Reyan,’ mopperde Sohra, terwijl ze de band weer om haar middel bond. Haar ogen speurde het plein af. ‘Straks worden we nog betrapt.’
Reyan veegde zijn zere knieën af en ging weer staan. ‘Gaat het?’ vroeg Fay hem en hij knikte. ‘Ik ben niet gemaakt om te vliegen.’ Hij keek op naar het schot waar Ardin nog stond. Hij leek geen aanstalte te maken om ook te komen. In plaats daarvan trok hij de pijl met een ruk uit de deur.
‘Die spierbundel van me vindt wel een andere weg.’ Sohra grijnsde en zwaaide naar haar vriend, alvorens ze het touw met de pijl binnenhaalde en in haar koker propte.
‘Laten we het hoogste raam zoeken. Het liefst een doodlopende gang,’ opperde Reyan en de meisjes knikten instemmend. Aan de oostkant - ongeveer anderhalf meter onder hen - vonden ze een raam dat op een kier stond. De houten vensterbank was smal, maar Reyan gokte erop dat Fay daar haar evenwicht wel op kon houden. ‘Ik heb een plan, maar het moet snel,’ zei hij tegen Fay, ‘ik zorg voor een krachtveld zodat jij je af kan zetten en op de vensterbank kan komen. Vanaf daar kun jij het raam openen. Daarna volgen wij.’
Sohra stond met haar armen over elkaar en wierp een blik omlaag. ‘Zie jij hoe smal die vensterbank is, of ben ik de enige?
‘Ga me nou niet vertellen dat je hoogtevrees hebt, Sohra,’ zei Fay met een grijns. Ze trok haar wenkbrauwen kort op en keek de roodhaar uitdagend aan. Sohra richtte haar wijsvinger naar Fay. Haar mondhoek gekruld. ‘Nog een woord en ik duw je van dit dak.’
Reyan zuchtte. ‘Dames, focus.’ Fay gniffelde en liep naar de rand van het dak. Reyan trok een flesje mana van zijn riem en goot deze achterin zijn keel. Het zou vervelend zijn als ik ineens zonder zat. Het lege flesje zette hij naast zich neer op een van de dakpannen. Hij keek Fay aan. ‘Klaar voor?’
Fay knikte vastberaden. Reyan balde zijn vuist en verzamelde het beetje mana dat hij nodig had. Warmte gloeide in zijn binnenste voordat hij het naar zijn vuist zondt en een krachtveld naast het raam creëerde. Nog geen seconde erna liet Fay zich van het dak vallen en liet Reyan het krachtveld los.
‘Fay?’ Sohra keek over de rand van het dak.
‘Allemachtig, dit is smal,’ mopperde Fay van beneden. Reyan ging op zijn knieën zitten en stak zijn hoofd over de rand van het dak. Fay zat met een voet op de vensterbank en de ander gestrekt tegen de muur om zichzelf klem te zetten. Ze pielde aan het raam en duwde hem uiteindelijk open. Ze keek omhoog. ‘Jouw beurt,’ zei ze tegen Sohra en ze rolde naar binnen.
Reyan keek haar aan. ‘Jij hebt het makkelijker. Zet je gewoon af tegen het krachtveld en spring naar binnen. Eitje.’
‘Ik weet wel wat ik moet doen, hoor,’ zei Sohra snibbig en Reyan hield zijn handen ontwapenend op. Er klonk gefluit van beneden. Reyan boog zich over de rand van het dak en zag Ardin beneden naar hen zwaaien. Fay tak ook haar hoofd uit het raam en keek Reyan aan. 'Hoe krijgen we hem boven dan?'
'Doe wat je net deed, maar lager op de grond. Met wat geluk red ik die sprong.' Ardin was misschien de enige die kracht genoeg had in zijn benen om dat te redden. Toch maakte Reyan zich wel zorgen om de vensterbank.
'Dan ga ik eerst,' riep Sohra naar beneden, 'dan kan ik Fay helpen jou omhoog te trekken.'
'Dan gaan we allemaal eerst,' besloot Reyan. 'We kunnen het niet riskeren dat die vensterbank afbrokkelt door zijn impact.' Hij activeerde zijn vuist weer en toen zijn krachtveld onder het raam ontstond, sprong Sohra in een rechte lijn van het dak. Reyan hoorde gestommel en keek gauw over de rand. Hij zag Sohra’s lichaam niet beneden op de grond liggen, dus het zal wel hebben gewerkt. Hij maakte voor zichzelf een krachtveld, ademde een keer diep in en sprong naar beneden. Zijn voeten raakten het krachtveld alsof ze de grond raakten en hij zette zich af en sprong door het open raam. Met een koprol belandde hij op het rode tapijt en stond weer op. Zijn hart raasde door zijn borst en hij blies een hap lucht uit. ‘Dat ging vrij vlot.’
Hij draaide zich weer om naar het raam. Ardin stond al klaar, een paar meter van de muur vandaan om een aanloop te nemen. Reyan activeerde zijn vuist en creëerde een krachtveld vlak onder het laagste raam. Hij concentreerde zich, voelde Ardins laars op de buitenste laag en blies het krachtveld op, waardoor Ardin werd gelanceerd. Ardin greep met zin stevige handschoenen het raamkozijn beet en Reyan greep hem met zijn handschoen vast. Sohra pakte zijn andere arm en samen trokken ze hem de gang in.
Hijgend kwam Ardin overeind en blies een hap lucht uit. 'Je had me wel even mogen waarschuwen. Ik schrok van je krachtveld.'
Reyan lachte en klopte hem op de schouder. 'Dat bedacht ik me ook spontaan. Ik had niet gewild dat je tegen de muur klapte.' Hij keek even om zich heen naar de lege gang. ‘Laten we Kyrin gaan zoeken, maar pas op waar je staat. Ik zou het vervelend vinden als we ineens op haar stappen.’
Sohra grinnikte en liep de gang door. De meeste deuren waren gesloten. Waarschijnlijk omdat de werknemers al naar huis waren. Reyan rammelde aan een van de deurknoppen, maar deze gaf niet mee.
‘We kunnen een deur inbeuken?’ opperde Ardin, maar Fay schudde haar hoofd. ‘Als ze dicht zitten, dan was Kyrin daar vast ook nooit binnen gekomen.’
‘Dus we gaan ze dan allemaal maar af?’ vroeg Sohra, ‘Elke verdieping?’
‘Ik denk het.’ Voordat Reyan zich kon omdraaien, ging een van de deuren aan het einde van de hal krakend op een kier.
Een rilling schoot over Reyans lichaam en hij stond meteen op scherp. Muisstil sloop hij dichterbij en Sohra en Fay volgden. Reyan schoof de deur verder open. Het licht van de gang scheen de verduisterde kamer in. Waar dikke rode gordijnen de ramen hadden bedenkt en de zon buitensloten, zat Kyrin op de grond met haar handen achter haar rug gebonden. Ze keek hen aan en grijnsde, maar haar ogen glimlachte niet mee. ‘Hé, jongens.’
Reageer (1)
Hahaha nice einde!
5 maanden geledenIk weet trouwens niet precies meer wat ze hier willen gaan doen dus misschien kun je dat nog eens mentionen?
Is dat een Quizlet dingetje? Omdat er tijd tussen de hoofdstukken zit. Maar vast voor de herhaling: hun doel was de Gildemeester zelf aanspreken ipv wachten op het eeuwigdurende proces!
5 maanden geledenJa zou goed kunnen hoor! Al zit er volgens mij wel meer dan een hoofdstuk tussen (want ik las er drie :p)
5 maanden geledenMaar wat wilden ze ook alweer bespreken? Dat van die Bloodhuffs?
Yes dat klopt!
5 maanden geledenAhh okee (:
5 maanden geleden