Hoofdstuk 7
De vrouw vraagt :’Lieve kindertjes, naar Roosendaal kan ik jullie niet brengen. Ik kan jullie wel naar Breda brengen. Is dat ook goed?` Jessica zegt :’Ja hoor, dat is heel aardig van u. De vrouw zegt tegen haar zoon :’Florian, we gaan langs Breda om 2 kindjes heen te brengen.` Florian knikt. De vrouw zegt :’Stap maar in.` Als we zijn ingestapt gaat de auto rijden.
De vrouw zegt :’Hi, ik ben Emelie en dit is mijn zoontje Florian.` Florian vraagt :’Hoe heten jullie?` Ik zeg :’Ik ben Robbie en dat is Jessica.` De vrouw zegt :'Hallo Robbie, hallo Jessica.` Na anderhalf uur zijn we in Breda. Jessica geeft haar een euromuntje (haar laatste euro) maar die neemt de vrouw niet aan. Zwaaiend en lachend rijden Florian en Emelie weg.
Jessica zegt :'Ik ga vragen of iemand ons dichterbij ka brengen. Als jij het daar niet mee eens bent zeg het dan gerust Robbie Linden.` Ik zeg :'Je hoeft mijn achternaam er niet bij te zeggen, Jessica Flower.` Jessica schreeuwt nijdig :'Gaan we nu ruziemaken, Robbie Linden!` Ze kijkt me boos aan. Ze zegt rustig schreeuwt woest :'Ik ga wel weg, als je dat zo graag wilt, Robbie Linden!` Jessica loopt weg.
Reageer (1)
leuke kleuren
2 jaar geleden