Hoofdstuk 53 - Bestemming bereikt
Anderhalf uur en vele discussies ("Volgens mij moeten we die kant op!"
"Strak plan, die gang waar we nog geen drie seconden geleden uitkwamen?") later kwamen we aan in een grote ruimte met stalactieten en stalagmieten (ik had geen idee welk van de twee welke was; ik hield ze nooit uit elkaar) en een groot meer, omringd door zand. Het zand was zwart en in de verte zag ik een klein hutje. Ik wilde erheen gaan, maar het leek me een slecht idee om wéér een kleine kamer in te gaan met May en Flynn, voor het geval dat hij ook dicht ging. Ik was bijna claustrofobisch geworden door deze twee.
"Eindelijk!" Flynn leek ook blij om eindelijk iets meer te zien dan grijze gangen. “Iets nieuws.”
“Goed, gelukkig is het nieuw. Ik had bar weinig zin in een confrontatie met wat psychologisch terroriserende mutilanten,” reageerde May. Een goede toevoeging aan het gesprek.
"Denken jullie dat dit water drinkbaar is?" vroeg ik willekeurig. Geen goede toevoeging aan welk gesprek dan ook.
"Ik zou het niet weten," antwoordde Flynn.
"Dan moeten we het uit gaan vinden, nietwaar?” May huppelde de ruimte verder in, maar ik had zo mijn twijfels over haar uitspraak. Nou… Ik hield persoonlijk niet van goor water en was dus ook vooral niet van plan het gewoon in mijn mond te stoppen om uit te vinden of het drinkwater zou zijn. “Laten we eerst rondkijken," opperde May, die inmiddels vijf meter van ons vandaan stond en toen pas door had dat haar bondgenoten haar niet volgden.
"Oké, goed plan," zei Flynn gapend en mijn ogen vielen op de donkere kringen onder zijn ogen. Hij zag er echt heel moe uit. Het arme kind. Hij was ouder. Maar toch, het arme kind.
"Heb je vannacht überhaupt geslapen, Flynn?" In mijn stem klonk mijn bezorgdheid door.
"Nee." Zijn stem was klein en zacht. Hij klonk zo breekbaar. Mijn hart smolt en mijn vader-modus schakelde in.
"Zodra we een veilige plek gevonden hebben en weten of dit water drinkbaar is of niet, ga jij slapen," begon ik streng. "Je hebt rust nodig."
"Ja, meester," zei Flynn lachend. Gatver. Ik zei net dan zelf wel dat mijn vader-modus inschakelde maar meester vond ik toch een beetje verontrustend. Nadat ik zorgvuldig had gecontroleerd of hij daar niet gewond was, gaf ik lachend Flynn een stoot op zijn schouder. May was echter heel ergens anders mee bezig: "Jongens, volgens mij hebben we gezelschap." Ik volgde haar blik en zag een jongen staan. Hij had een blauw shirt aan en even later herkende ik hem; het was Parveen.
"O, dat is Parveen. Die doet geen vlieg kwaad. Hij zou letterlijk nog liever een vlieg onderzoeken en er een verslag over schrijven. Vrijwillig." Ik dacht terug aan de tijd die ik met May, Florian en Aderyn op het dak had gespendeerd. Daar was Parveen ook bij, al stond hij een eind verderop bij de lift. “Als je toevallig nog wil weten hoe regen werkt, dan is dit je man.”
“Ik dacht dat ik je man was?” vroeg Flynn grappend. May leek gelijk zo geïrriteerd dat ze naar zijn schoenen zou willen spugen als dat sociaal geaccepteerd zou worden. Maar dat werd het niet, dus deed ze het ook niet.
"Ik- uh. Ja. Ja, hoor. Eh… Ik hoopte altijd eigenlijk wel op een beter aanzoek dan dit maar dit is ook oké…” reageerde ik, duidelijk van mijn stuk gebracht. Niet op een slechte manier, nee. Maar toch.
Reageer (3)
PARVEEEN
IK HOU VAN PARVEEN
#STANPARVEEN 4 jaar geleden
Cuties
4 jaar geledenAwh Alex wat een cutie
Oh my gosh
YEAH PARVEEN de legend met de robot 4 jaar geleden