Hoofdstuk 20 - Party Prep
Onder het eten kwam er een bijzonder gespreksonderwerp aan bod.
"Goed, Alex, ik weet niet hoe je dit hebt geflikt, maar je bent uitgenodigd voor een Capitoolfeest, samen met vijf andere tributen," zei Derk, wiens mond onder de tomatensaus zat van - hoe ironisch - de tweede lasagne die ik die dag at.
Wat? Waarom ik? Ik was een van de minst interessantste tributen van dit jaar. Misschien hield het Capitool van me omdat ik getrokken werd als meisje. Of misschien ook niet, en was het gewoon volledig toevallig. Het maakte me niet uit, want ik zag Beth naast me en ze zag er best jaloers uit, en dat deed me goed. Één keer was ik niet de jaloerse persoon. Alex 1 - Beth 0.
Maar toen voelde ik me gemeen, en nam die gedachte terug. Dat had mijn moeder me vroeger geleerd.
"Het feest begint over drie kwartier, maar we gaan proberen om je deze keer niet te laat te laten zijn, dus we gaan zo meteen weg."
"Zo meteen? Maar-" Maar… Ik wilde Flynn nog zien.
"Geen gemaar, dit is je enige kans op sponsors." Derk had een punt, dus ik gaf mijn Flynn-plannen op. Er kwam een Avox - oftewel een Capitoolslaaf - binnen, in zijn handen een raar zwart ding. Ik had geen idee wat het was.
"Ah, kijk, daar is je pak." Was dat een pak? Het leek eerder op een grote zak, en ik ging geen zak dragen. Toen bedacht ik me dat het pak waarschijnlijk ín de zak zat.
"Goed, aandoen. Je hebt tien minuten, want we willen dat je er een half uur te vroeg bent." Een half uur? Dan stond ik daar maar, helemaal niks te doen. Een half uur lang! In dat half uur had ik nog minstens vier keer in elkaar geslagen kunnen worden door May.
Oké dat was een slechte vergelijking.
"Maar-" Ik werd ruw onderbroken door Derk.
"Dan had je maar niet zo laat op moeten staan. Dit is je straf!" En bedankt. Ik wilde ze wijzen op het feit dat ze me ook eerder wakker hadden kunnen maken, maar ik kreeg er geen tijd voor; Sophie duwde het pak in mijn handen en duwde me mijn kamer in, om om te kleden. Wat een heerlijke mentoren had ik toch. Ze waren niet eens trots dat ik straks naar het capitoolfeest mocht! Hét feestbeest van District 5, zo zou ik bekend staan. Als ik niet zo’n sukkel was.
In mijn kamer stond ik met de grote zak in mijn handen, niet wetend wat ik moest doen. Hoe kreeg ik het pak überhaupt eruit? Zat er niet ergens een rits? Een gat? Desnoods een scheur? Ik had het gevoel dat het langer ging duren om het pak te pakken te krijgen dan om het aan te doen.
Na vijf van de tien minuten die ik had gekregen kwam ik erachter dat er een rits was. Dat scheelde wel, want ik was al aan het overwegen om het ding met mijn tanden open te scheuren. Het was een simpel zwart pak, niet heel veel speciaals.
Ik probeerde de broek aan te trekken waarbij ik bijna viel, omdat ik op één been door mijn kamer aan het hinkelen was. Daarna realiseerde ik me pas dat ik de broek verkeerd om had. Ik was hopeloos.
Met veel te veel moeite had ik de broek eindelijk aangedaan, maar toen moest de rest nog.
Ik kreeg - tot ieders verbazing - het overhemd best snel aan, en toen ging het jasje ook best gemakkelijk. Ik keek naar een stukje langdradig stof, wat op het eerste gezicht op een stropdas leek, maar het had een andere vorm en ik had geen idee wat het voor moest stellen, het was het enige wat ik nog aan moest doen, maar ik had geen idee hoe, dus liet ik het maar heel zielig op de grond liggen.
De deur ging even open en ik weet niet wie het deed, maar er kwamen twee zwarte schoenen de kamer in gevlogen, die bij het pak hoorden. Als ik ze niet ontweken had zouden ze tegen mijn hoofd gekomen zijn, hoewel ik niet wist of dat de bedoeling was van degene die gooide. Ik schreeuwde nog snel "Bedankt!" naar de mysterieuze schoenenwerper en deed de schoenen toen aan.
Meerdere pogingen om mijn veters eindelijk gestrikt te krijgen later gleed mijn blik weer naar het zielige stukje stof op de grond, en ik besloot het mee te nemen naar Sophie, Derk en Beth, misschien wisten zij er iets meer van.
Ik liep mijn kamer uit, op weg naar mijn mentoren, maar ik kreeg niet de reactie die ik wilde toen ik binnenkwam: Sophie begroef haar gezicht in haar handen en Derk zag eruit alsof hij alle hoop voor de wereld opgegeven had. Bethany stond er maar een beetje bij, lachend, en ik had geen idee waarom, tot ik naar beneden keek. Ik had mijn jasje binnenstebuiten aangedaan, en mijn hoofd werd binnen enkele seconden zo rood als een tomaat. Ik had door mijn liefde voor aardbeien willen zeggen dat ik zo rood werd als een aardbei. Maar dat deed ik niet. Liefde had me al zoveel pijn gedaan.
Snel deed ik mijn jasje goed en liep ik naar Sophie toe.
"Wat is dit?" zei ik, doelend op het strookje zwarte stof in mijn hand. Sophie zuchtte, en het kon aan mij liggen maar volgens mij hoorde ik haar tijdens de zucht zachtjes "Hopeloos" zegen.
"Het is een vlinderdas, Alex. Zo’n strikje, voor om je nek. Dat staat netjes." Waarom vonden mensen het altijd zo leuk om me aan te spreken alsof ik een vijfjarige was?
"H-hoe doe ik hem om?" Daar kwam mijn rode kleur weer, en Sophie viel net als ik in herhaling; ze zuchtte voor de tweede keer in korte tijd.
"Kom hier." Gehoorzaam liep ik naar haar toe, en ik gaf het lapje stof wat een vlinderdas voor moest stellen aan haar. Ze knoopte het op magische wijze om mijn nek en binnen enkele seconden zat er een perfect gestrikte vlinderdas om mijn nek. Volgens mij was Sophie een heks, zo snel zou niemand het moeten kunnen doen. Ik ging haar in de gaten houden. Heksen kon je nooit vertrouwen.
"Goed. Ik weet niet hoe het je gelukt is, Alex, maar je bent laat. Je hebt twintig minuten gedaan over je pak aantrekken, en nu hebben we nog vijfentwintig minuten over om je daar te krijgen," zei Sophie, en het leek alsof ze haast had, hoewel vijfentwintig minuten me wel genoeg leek.
"Dat redden we toch wel? Waar is het?" We hadden een snelle lift, en ik dacht niet dat het heel erg lang duurde om er te komen. Ik was eigenlijk wel blij dat ik laat was; ik zou een half uur niets doen niet overleefd hebben.
"Vlak bij het station," zei Derk.
"Dat is dan toch makkelijk te redden?"
"Jou kennende…" Derk maakte zijn zin niet af, maar dat kon ook komen door de boze blik die ik hem gaf.
"Tijd om te gaan." Mijn mentoren liepen naar de lift. Ik had pas door dat ik dat ook moest doen toen Derk me wenkte om ook te komen. Hij keek niet om naar Bethany, en ik had medelijden met haar, maar aan de andere kant had ze wel de hele middag doorgebracht met ze, dus ik verdiende ook wel wat tijd.
Sophie drukte op het liftknopje en toen de lift aankwam liepen we met zijn drieën de lift in, zonder aandacht te schenken aan Beth. Toen ik me omdraaide besloot ik toch te glimlachen naar haar. Ik bedoelde het goed, maar aan de reactie van Beth te zien zag het er gemeen uit. Ze sloeg haar armen over elkaar en gaf me een boze blik.
Het was erg stil in de lift, en daar was ik wel blij mee; ik was al niet heel sociaal, maar in een lift waar ik ooit hevig gezoend was werden mijn sociale vaardigheden niet echt beter. Ik had er nare herinneringen aan. Zeker toen ik die dag ook nog in elkaar was geslagen door degene die me zoende in de lift.
Reageer (2)
Nu je nog kan4 jaar geledenEh Alex ze heeft gesnitcht bij je mentoren, volgens mij staat het 1-1 4 jaar geleden
Geef die jongen wat hoop
4 jaar geledenAlex 3 - Beth 1
4 jaar geledenVoor hem telt elk punt voor drie (compensatie)
kijk hier kan ik achter staan
4 jaar geleden