Hoofdstuk 19 - Boze Mentoren
Flynn. Flynn. Flynn! Dat bleef door mijn hoofd dwalen, zelfs toen hij al vertrokken was. Nee, niet dwalen, het sprintte rondjes in mijn brein. Alsof het de Olympische Verliefdheidsspelen waren.
Die middag had ik mijn lasagne voor Flynn gemaakt, terwijl ik hem zo’n twee of drie keer vroeg of hij het echt wel zeker wist met mij. Want ik was het maar. Je moet iemand wel van te voren inlichten over waar hij aan begint. Maar hij lachte het altijd weg, en beantwoordde al mijn twijfels met affectie, dus al snel waren die twijfels verdwenen. En het was leuk om te zien dat hij met volle teugen genoot van mijn lasagne. Hij was stil, dus ik raakte bezorgd en dacht dat hij het niet lekker vond. Maar wel dus. Hij had gewoon geen woorden, en stamelde even later dat hij nog nooit een betere lasagne had gegeten. En vooral omdat het die van mij was, wat me weer deed blozen.
Toen mijn mentoren met de rechterlift naar de verdieping kwamen, schoof ik Flynn snel de linkerlift in. De liften waren van glas, dus er was een reële kans dat mijn mentoren hem nog hadden gezien, maar dat was gelukkig niet het geval.
Het was inmiddels zes uur ‘s avonds, en ik vroeg me af waarom het zo lang had geduurd voor mijn mentoren en Beth terug waren. Waren ze zo lang bij de training geweest? En waarom waren zij niet op de ziekenboeg met me? Hadden ze één of ander strategisch overleg over de Spelen? Want dan had ik toch echt het gevoel dat ik daar bij had moeten zijn.
“Alex, wat heb jij nu in vredesnaam uitgehaald?” Ik besloot stil te blijven over Flynn. Dat was een verhaal voor een andere dag. Het liefst voor nooit.
“W-wat?” Onschuld veinzen was altijd het beste plan op dit soort momenten. Stotteren echter niet. Toch verstopte ik mijn in verband gewikkelde pols nonchalant achter mijn rug.
“Beth heeft het ons verteld.” Bitch. “Hoe heb je het voor elkaar gekregen in elkaar geslagen te worden door een Beroeps.” Beth kwam hoog te staan op het lijstje van vuile verraders in mijn leven. Het was een lijst van één, maar dat maakt niet uit.
“N-nou. Kijk, eigenlijk is het best wel grappig. Snap je.” Ik sprak de volgende woorden uit in één ademteug, en had daarmee het record voor snelste prater ooit verbroken. “Ik had gezoend met May en toen gebeurde er dingen en dat waren geen goede dingen en toen was ze boos en toen was ik bewusteloos?” Het was stil. “Verrassing!” Het was nog steeds stil.
Mijn poging er een leuke stemming in te gooien was faliekant gefaald.
“Alex, nu moet je even goed luisteren, ik heb een tip voor je,” sprak Derk.
“Vertel.” Oh oh. Dat klonk brutaal. Ik hoopte dat Derk dat niet opmerkte; hij hield niet zo van brutale zestienjarige jongens die Alex heetten.
“Doe dat alsjeblieft niet.” Derk zuchtte alsof alle hoop die hij nog voor mij had met die zucht naar buiten was gegaan. “Blijf alsjeblieft gewoon uit de buurt van de Beroeps, en al helemaal als je deze dingen gaat doen.”
“Oké,” zei ik, als een verslagen kleuter die net heeft geleerd dat hij niet op muren mocht tekenen. “Het spijt me.”
“Het is oké. Maar gewoon niet doen. Vanaf morgen ga je terug de training in, en we verwachten dat je extra je best doet, aangezien je al een hele dag mist.” Sophie had aan de ene kant een punt. Aan de andere kant had ze ook geen punt, want hoe zeer ik ook mijn best deed, zo’n training ging mij niet helpen. Een dag minder of meer zou niks uithalen. Dat wisten zij, dat wist ik, en dat wist heel Panem.
“I- is May morgen bij de training?” vroeg ik.
“Vast,” reageerde Sophie. Daar was ik het volkomen niet mee eens. Ik wist dat we de Hongerspelen ingingen, maar het kon toch niet zo zijn dat het als legaal werd beschouwen dat May mij in elkaar had geslagen? En als het wel legaal was: húh?
“Oké, snel vraagje: waarom wil je me dood?”
Sophie zuchtte. “Ik wil je niet dood, Alex. Ik ben je mentor.” Sophie zuchte nu voor een tweede keer. “Maar zo maak je ons het gewoon heel lastig. Kijk gewoon uit, oké? We gaan nu trouwens eten.” Oh, eten… De lasagne die ik had gemaakt voor Flynn stond nog in de keuken. Samen met onze borden. Oh oh.
“Ik ga heel even naar de wc,” mompelde ik, terwijl ik naar de keuken liep.
Beth grinnikte, en riep me achterna: “Die is de andere kant op, sukkel!”
“Dat weet ik!” Snel schoof ik de lasagne en de borden de prullenbak in. Het Capitool was rijk genoeg. Die konden vast wel nieuwe borden betalen.
Reageer (2)
Ja, fair. Dat was echt wel lullig
Mens, zeur niet zo. Het heeft hem een bodyguard opgeleverd. Kijk, niet helemaal slecht 4 jaar geleden
Perfect! Flynn is geen echte beroeps
Arme borden. 4 jaar geleden