Hoofdstuk 4 - Naar de Trein
Ik had verwacht dat ik sneller gehaald zou worden om in de trein te stappen. Maar mijn ouders zijn minstens vijf minuten geleden (hoeveel precies weet ik niet, er hangt helaas geen goud omlijnde klok) al meegenomen door de Vredebewakers. En dat voelt als eeuwen.
Omdat ik niets beters te doen heb begin ik na te denken. Over de Spelen. Hoe corrupt het allemaal is. Ik had echt een goede toevoeging aan de samenleving kunnen zijn als je me een paar jaar en wat goede hulp gaf. Communiceren met andere mensen was niet mijn ding, maar ik deed wel mijn best. Misschien was er nog verbetering te vinden, ergens. Ooit. Voor de Hongerspelen werd er altijd gezegd dat de jeugd de toekomst was. Maar nu was er geen toekomst. Puur omdat een aantal gekken geëntertaind wilde worden.
Ik wilde de Spelen overal de schuld van geven. Maar ik wist dat mijn onuitgesproken gezeur er niets aan zou kunnen doen. Zelfs al sprak ik mijn gezeur wel uit. Wat zou er dan gebeuren? Wie hoort nou de mening van een zestienjarige hobbykok aan, en denkt “Nou ja, verrek! Hij heeft een punt! Laten we een rebellie starten!”
Eindelijk kwam de wortel de kamer binnen. Of nou, “de wortel”, officieel heet zo’n persoon een escort, en haar naam was Aurelia, maar dat kon me dus echt niet minder schelen.
“Schatje, we gaan nu naar de trein toe. Ga je mee?” Ik wilde een reactie geven maar mijn mond wilde dat niet, dus ik bleef stil. We haalden Beth op uit haar kamer, en haar ogen waren rood. Ze probeerde het te verbergen, maar het lukte haar niet helemaal. Zelfs zij was bang. Dat had ik niet verwacht van haar. Ze straalt met haar sterke lichaamshouding zelfvertrouwen uit. Dat was tijdens de Boete al duidelijk. Maar wat ik op dat moment, onderweg naar de trein, voor me zag was slechts een klein meisje. Ze was zeventien, maar haar blonde haren en bruine ogen toonden op dat moment niets meer dan kinderlijke onschuld en verdriet.
De trein was gestroomlijnd, zilver, en zag er enorm snel uit. Zelfs ik, die een trein obsessie had gehad toen ik vier was, was een beetje bang om in te stappen. Misschien was het hoe modern de trein was, maar misschien was het ook de bestemming. Mijn dood. Nou, ik hoefde niet per se te sterven. Als het heel erg goed uitpakte en iedereen die aan de spelen meedeed niks kon behalve koken zodat we een kookwedstrijd konden houden, had ik misschien een kans.
Ook deze trein had gouden lijntjes. Ik vroeg me af of ik ooit nog iets anders zou zien. Stel je voor dat het laatste wat ik zou zien in de Arena zo’n goud lijntje was! Getsie.
“Nou, hup, de trein in. Oh, wat spannend weer, hé? Love it!” riep de escort enthousiast.
Beth en ik zuchtten collectief, maar stapten toen in. Het was niet alsof we een keuze hadden. In de trein bleek een restaurant te zitten, met allemaal tafels, stoelen, en banken. Hoe dat in zo’n trein paste, wist ik ook niet. Van buiten zag hij er veel kleiner uit. Ik wilde naar een coupé rennen om mezelf daar de komende vijf uur op te sluiten, maar Beth pakte mijn arm voordat ik dat kon doen. Ze was spontaan intimiderend en de kinderlijke blik in haar ogen was nergens te vinden. Ik kreeg bijna een koude rilling. Maar de temperatuur in de trein was zo aangenaam dat dat niet mogelijk was.
Omdat ik mijn kansen op zelfisolatie niet groot schatte zakte ik neer op een van de banken aan een tafel, en Beth pakte een stoel. Ze ging tegenover me zitten.
“Dus, Alex. Laten we elkaar even leren kennen. Wel zo aardig, toch?” Wat is dit? Een spreekbeurt op de basisschool? Maar dan over mezelf? In mijn hoofd begon er een paniek, het beste afgebeeld door een brandend kantoor met 14 kleine Alexen die schreeuwend rondrenden.
“Ik, eh, ben Alex-”
“Goh,” onderbrak ze me. Nou zeg. Geef me een kans. Mijn sociale vaardigheden zijn al diep triest, en ik werd wel een beetje verrast met die vraag over mezelf.
“Ik probeer een verhaal te vertellen, maar goed.” Ik rolde met mijn ogen. Miles en ik hadden genoeg gesprekken gehad waar ik sarcastisch als de pest kon zijn, dus dat durf ik soms nog wel. Over Miles gesproken - goed onderwerp. “Ik heb een tweelingbroer Miles-”
“Is hij wél knap?” onderbrak ze me alweer. Au, die zit. Wat moet ik met dit mens? Ik had nog zo gehoopt dat we een normale verhouding konden hebben. Waar zij mij beschermde in de Arena, enzo. Je moet strategisch blijven denken. Maar ik moest het nog niet opgeven. Ik kon het nog proberen.
“Pardon?”
“Ik hoopte gewoon dat jullie twee eiig waren. Dat hij er heel anders uitzag, enzo. Maar door deze reactie kan ik beter uitgaan van niet, lijkt me.” Jemig, wat een rotmens. Ik had toch beter gelijk weg kunnen lopen. Wie heeft er nou tweede kansen nodig? Onthoud, Alex: geen tweede kansen meer voor mensen zoals Beth.
“Ja, we zijn eeneiig. Kan ik nu weg? Hier heb ik echt geen zin in.” Als blikken konden doden was District 5 dood. En een gedeelte van District 6 ook.
“Sorry, het kwam er wat bot uit. Ik ben gewoon gewend overal een reactie op te moeten geven, weet je? Trek het je alsjeblieft niet aan. Ik ga proberen aardiger te doen. Het is gewoon raar nu.” Ah, woorden die een keer logisch zijn. Daar houd ik van. Onthoud, Alex: mensen zoals Beth verdienen blijkbaar wel derde kansen. Ik glimlachte naar haar “Heb je toevallig nog talenten die te pas gaan komen in de arena?” vroeg ze.
Het antwoord was nee. Ik was niet de beste in vechten. Oké, misschien kon je zelfs zeggen dat ik er heel slecht in was, omdat ik nauwelijks oefende. Ik had niet bijzonder veel armspieren. Toen schoot me iets te binnen.
“Oh! Ik… Eh… Kook soms. Dat is iets… Toch?” Beth keek me met één opgetrokken wenkbrauw aan. Ik wilde dat ik dat kon, één wenkbrauw optrekken. Ik kon er twee optrekken! Dat is iets, toch?
“Ja, want dat helpt je zeker in de arena,” zei ze sarcastisch.
“En jij dan? Ik ga er niet van uit dat jij een vechtersbaas bent.”
“Tja, als je iemand die goed kan messenwerpen, speerwerpen en boogschieten een ‘vechtersbaas’ noemt, voldoe ik toch echt aan je eisen.” Fuck. Het was leuk geprobeerd maar zij kon duidelijk wel nuttige dingen. We keken elkaar even aan, zonder nog iets te zeggen, en ik besloot het op te geven.
“Ik ga maar weer. Dat was heel gezellig.” Ook ik klonk nu immens sarcastisch. Pak aan, Beth! Wat jij kan, kan ik ook. Ik wachtte geen antwoord af en liep verder de trein in. Als ik heel eerlijk ben, voelde dat heel cool. Als in zo’n film, met explosies in de achtergrond. Maar voor iedereen die niet mij was, was het beeld minder gaaf. De korte, blonde jongen die door een rijdende trein liep, en daardoor nog wel eens uit balans werd gehaald.
Ik liep naar links, maar natuurlijk waren daar niet de slaapvertrekken, maar de keukens. Heel ongemakkelijk liep ik - weer langs Beth - naar de andere kant van de trein, waar wél slaapvertrekken waren. Mijn zelfvertrouwen en daarmee ook de denkbeeldige explosies in de achtergrond waren gelijk weer verdwenen. Ik koos de kamer uit waar mijn naam op stond. Nou wilde ik niet beweren dat ik bijzonder slim was, maar je kan niet zeggen dat die keuze onlogisch was. Ik zag daar een bed en zodra ik erop was geploft viel ik in slaap
Reageer (4)
MASTER!! CHEF!! AU!!
4 jaar geledenIM SO READY FOR THIS
4 jaar geledenkatniss could never 4 jaar geleden
(hoeveel precies weet ik niet, er hangt helaas geen goud omlijnde klok)
4 jaar geledenOh, wauw!
Stel je voor dat het laatste wat ik zou zien in de Arena zo’n goud lijntje was! Getsie.
Nachtmerrie!
“Ik hoopte gewoon dat jullie twee eiig waren. Dat hij er heel anders uitzag, enzo. Maar door deze reactie kan ik beter uitgaan van niet, lijkt
Auw! Dat kan Flynn beter niet horen.
Beth keek me met één opgetrokken wenkbrauw aan. Ik wilde dat ik dat kon, één wenkbrauw optrekken. Ik kon er twee optrekken! Dat is iets, toch?
Dat gevoel ken ik.
Ik weet het, het is nogal stom om jaloers te zijn op iemand uit een boek
Je kunt je maar ergens druk over maken
Anything you can do, I can do better 4 jaar geleden