CAPITOLO SESSANTACINQUE
||Cara Roseanne Cullen
Vaak vind ik dingen vanzelfsprekend. De liefde die ik krijg van mijn ouders, en de gave van Alice bijvoorbeeld. Dankzij haar sta ik nu niet te stotteren en te stamelen en kan ik niet tot de slechtste en meest ongracieuze vampier ooit vernoemd worden. In tegenstelling tot dat horrorverhaal, zit ik er eigenlijk vrij kalmpjes bij. Althans, ik hoop dat het er zo uitziet.
Na Alice's subtiele hint in het warenhuis vol dure merkkleding begonnen mijn hersenen te kraken en het duurde niet lang voordat ze met de conclusie kwamen dat Demetri me mee zou vragen op een date. En een speciale ook nog.
'Hoe kan je er toch altijd zo kalmpjes en cool bij zitten?' vraagt Demetri me met opgetrokken wenkbrauwen. Zijn vingertoppen strelen mijn arm en hoewel het contact minimaal is, kruipt er toch een rilling van mijn kruin tot de puntjes van mijn tenen. Demetri kan een effect op mensen hebbend dat illegaal zou moeten zijn.
Ik kijk op van mijn arm, die ik loom over zijn torso geslagen heb, en draai mijn hoofd van zijn schouder om hem in zijn ogen aan te kijken. Zijn mondhoeken krullen in een bijna onzichtbare glimlach en ik voel hoe een bom van vlinders in mijn dode lichaam afgaat.
'Geloof me als ik zeg dat ik niet altijd zo kalmpjes en cool ben,' mompel ik onder mijn adem. Ik kijk vanonder mijn wimpers naar zijn ademappel en ik vraag me af hoe. Gewoon hoe.
Hoe het lot ooit heeft kunnen besluiten om me tot over mijn oren verliefd te laten worden op een Griekse casanova die een groot deel van zijn onsterfelijke leven in Italië heeft gewoond, bij misschien wel de oudste Kouden. Hoe, als hij er niet geweest was, ik ontdekt zou zijn door de Volturi en afgemaakt, om een voorbeeld te zetten. Je speelt geen spelletjes met de Volturi.
'Je hebt mijn leven gered, wist je dat?' vraag ik met opgetrokken wenkbrauwen. Ik kijk Demetri recht in zijn honingbruine ogen aan en ik voel me weer een stukje dieper vallen. Mijn blik dwaalt naar zijn haren en ik kan de verleiding niet weerstaan. Zonder genade vinden mijn vingertoppen hun weg over Demetri's perfecte, granieten jukbeenderen, tot ze zijn haargrens vinden en ik zijn zijdezachte haren kan strelen. Ik ben misschien ijskoud, maar het voelt alsof er diep binnen in me een vuurtje smeult en bij ieder stukje of beetje contact wordt het vuur opgestookt. Ik kan het niet helpen om me af te vragen of anderen verliefdheid ook zo ervaren, of dat ik het gewoon zwaar te pakken heb. Scratch that, ik wéét dat ik het zwaar te pakken heb.
'Ik heb je leven zo goed als geëindigd, Cara,' fluistert Demetri zachtjes, maar ik kan het uiteraard prima verstaan. Net zoals ik het lichte gepur in zijn toon kan horen. 'Ik denk dat je vage geheugen dingen door elkaar gooit.'
Genietend kijk ik naar Demetri's gesloten ogen en zijn relaxte houding. Normaal is hij zo stijf, zo op zijn hoede, dat ik het als een privilege ervaar om hem zo kalm en rustig te zien. Zijn arm, die hij om mijn middel heeft geslagen en me op die manier tegen hem aan getrokken heeft, voelt natuurlijk en op de juiste plek. Alsof alles zo hoort te zijn.
Ik kan alleen maar hopen dat Demetri het op dezelfde manier ervaart.
'Nee, dat is niet waar,' antwoord ik zachtjes terug. Ik laat mijn blik afdwalen naar de sterrenhemel en onwillig krullen mijn mondhoeken in een glimlach. Dit is misschien wel een van de helderste en scherpste herinneringen die ik heb. 'Ik weet nog precies hoe je mij bij het raam ontdekte. Hoe Caius me af wilde maken, en Aro er vol overtuiging achterstond. Tot Marcus de band tussen ons bekend maakte... niet dat ik er wat van begreep... of begrijp, werkelijk... maar ik dwaal af. Conclusie, Demetri, je oh-'
Aandachtig volg ik Demetri's bewegingen, als hij zichzelf ineens omhoog duwt op zijn elleboog, mij met zijn andere arm ondersteunend. Hij kijkt me recht in mijn ogen aan en langzaam lijkt zijn voorhoofd dichterbij die van mij te komen. Als ik mens was geweest, dan zou ik honderd procent zeker mijn bewusteloosheid verloren hebben, maar mijn vampierenlichaam staat zulke zwakheden niet toe. Nee, ik moet langzaam afwachten hoe Demetri's gezicht dichter en dichter bij die van mij komt, tot ik zijn koude adem over mijn gezicht voel strelen. Het lijkt wel alsof hij wacht op het moment dat ik me terug trek.
Ik kan het niet aan.
In een moment van pure waanzin pak ik met beide handen zijn wangen beet en druk ik snel mijn lippen tegen die van hem. En het was het wachten meer dan waard. Demetri's lippen zijn, in tegenstelling tot zijn lichaam, zacht en warm en verwelkomend en bewegen synchroon met die van mij. Het voelt alsof mijn lichaam in vuur en vlam staat en zo dood voelt het helemaal niet.
'Ach, mijn liefste mensen, aanschouw wat een paar weken met een van de beste en keihardste soldaten kan doen,' zegt ineens een ijzige, maar in suiker verdoezelde stem. 'Liefde kan de sterkste geest nog onder de duim drukken.'
[Quote]Hellow guys, ik ben bang dat het updaten de komende week, maar ook maand wat slomer gaat, aangezien ik aankomende week niet alleen toetsweek heb, maar NaNo is ook weer begonnen c: Dus alvast mijn excuses hiervoor, maar laat het weten als je ook meedoet met nano
Reageer (3)
Ik gok dat het, zoals hier onder genoemd, de ouwe griezel Aro is, maar who knows. Ik ben in ieder geval héél nieuwsgierig.
6 jaar geledenVerklaar me voor gek, maar wat is NaNo? :')
Nano is eigenlijk nanowrimo en het staat voor national novel writing month en Dan probeer je zoveel mogelijk woorden voor je verhaal te schrijven in november het is pretty awesome en behoorlijk stressvol haha
6 jaar geledenOooeeeeh kus!! En ik denk dat het Jane is.
6 jaar geledenAro komt echt niet zelf (;
AAAAAAAAAAARRRROOOOOOOOOO
6 jaar geledenOmg!!!!!!!!! Zo mooi zo gaaf... En dan dat einde... Hallo.... Verder hoor!! Maar heel veel succes met je examens en met Nano xxx
6 jaar geledenWoeps verkeerde reactie veld
6 jaar geledenMwhahhahahahaha...
6 jaar geledenJane kan het zijn..
Misschien wel Felix die ze maatje mist..
Of zelfs Alec, hahahahaha die zie ik het ook nog wel doen..
Maar Aro, denk niet dat hij zo over zijn mensen zal spreken....