CAPITOLO CINQUANTATRES
||Cara Roseanne Cullen
De koude temperatuur die mijn lichaam terroriseert, lijkt langzaam te verdwijnen. Het begint in mijn vingertoppen en in de puntjes van mijn tenen. Het is een tintelend, warm gevoel die ervoor zorgt dat mijn lichaam voor even gevoelloos wordt. De pijn, die de afgelopen minuten of misschien wel uren mijn lichaam geteisterd heeft, verdwijnt voor even. De warmte verspreid zich van mijn vingertoppen, naar mijn vingers en handen en zo naar mijn armen. Van de puntjes van mijn tenen, naar mijn hele tenen, voeten en naar mijn benen. Het verspreidt zich door mijn hele lichaam en komt uiteindelijk in mijn hoofd, die mijn gedachten wazig maken. Het voelt alsof er een warm dekentje over mijn lichaam is gegooid en ik wil er dieper en dieper in kruipen.
Wacht.
Is dat niet hoe ze dood omschrijven in boeken en films? Eerst heb je het koud, dan niet. Dan heb je het warm en dan ga je dood. Of is dat alleen bij onderkoeling? Ben ik onderkoeld?
Dan neemt de warmte toe. Eerst is het oncomfortabel, maar uit te houden, maar dan verandert de sluimerende warmte in de hitte die ik altijd voel als ik mijn handen in de winter voor de open haard houd. Het voelt alsof ik vanbinnen uit in vlammen opga en ik kan de schreeuw, die ongetwijfeld aan mijn lippen ontglipt niet tegengaan. Alles voelt verbrand, maar ik ruik geen lucht die bevestigt dat ik aan het branden ben.
Wat is er gebeurd?
Ineens zie ik twee witte flitsen voor mijn netvlies en als een soort filmpje komt alles terug. De ring van Demetri, de manier waarop ik de weg op gerend ben, het gevoel van metaal tegen mijn kwetsbare lichaam en een stel koude handen die de mijne vasthouden.
Nee, dat laatste hoort er niet bij. Dat laatste gebeurt nu.
Ik herken de handen uit duizenden. Grof, van het harde werk, maar met een zacht randje dankzij wat hij is. De hardheid van zijn huid, alsof het van marmer gemaakt is en de koelte die nu sussend werkt. Ik stop met schreeuwen, of ben ik al eerder gestopt? Ik probeer me niet op de pijn te focussen, maar enkel en alleen op de handen van Demetri, die de mijne vasthouden alsof ik ieder moment mijn spullen kan pakken en vertrekken.
'Blijf, ze waardeert je lichaamstemperatuur,' hoor ik een stem zeggen. Het klinkt ver weg, maar ik kan overduidelijk de snauwende toon ontcijferen. Het gladde randje aan zijn stem betekent dat het Edward is, wat ook verklaart waarom hij weet wat ik denk.
'Ik heb ook koude handen,' mengt een nieuwe stem zich in het gesprek. Het is de stem van een meisje en nog gemener dan die van Edward. Het is de stem die Rosalie gebruikt als ze Jacob uitscheldt. 'Iedereen hier heeft koude handen.'
Ik probeer mezelf af te zonderen voor de stemmen, aangezien ze ervoor zorgen dat mijn lichaam zich niet alleen met vuur, maar ook met verwarring en verbazing vult. Ik weet nog steeds niet wat er precies gebeurd is en ik snap ook niet waarom Edward en Rosalie zo ontzettend gemeen klinken. Misschien zijn het wel mijn eigen oren die een spelletje met me spelen of brengt het vuur me in zo'n staat dat ik niet meer helder na kan denken. Over dat laatste hoef ik niet eens te twijfelen.
Het vuur...
Ineens schieten de verhalen van mijn vader, moeder en de rest me te binnen. Het brandende gevoel, alsof je in vuur op gaat. Het hoort allemaal tot de transformatie als vampier.
Mijn gosh, ik ben aan het veranderen.
Reageer (3)
Aaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaah.
6 jaar geledenGeweldig..
Roos bijt ze kop eraf.
Ed maak hem nog een kopje kleiner....
Mwhahahahahahahaha
Lol ik vind die laatste zin echt leuk hahahaha
6 jaar geledenSnel verderr
Die laatste zin haha
6 jaar geledenMaar onwijs goed geschreven!!!