Foto bij 038

April Norah Baker

Als ik bij mijn blauwe Renault Megane aankom, zie ik dat May al op me staat te wachten. Ze slaat haar armen over elkaar en kijkt me met wiebelende wenkbrauwen aan. Blijkbaar was Embry’s groepje niet de enige die ons in de gaten leek te houden.
      ‘Vroeg die jongen nou om je nummer?’ vraagt May met opgetrokken wenkbrauwen. Ze gooit haar blonde haren over haar schouder en wiebelt opnieuw met haar wenkbrauwen.
      Een zucht ontglipt aan mijn lippen en met rollende ogen open ik de auto. Ik ben blij als ik veilig in mijn auto zit, afgeschermd van de rest, maar die rust en vrede duurt niet lang, want een moment later zit mijn hyperactieve tweelingzus in de bijrijdersstoel.
      ‘Dus?’ dringt ze vragend aan.
      Nog een zucht rolt over mijn lippen en ik doe alsof ik geconcentreerd ben op het starten en wegkrijgen van de auto, maar als we eenmaal de weg oprijden, heb ik geen dekmantel of afleiding meer. Alleen de priemende blik van mijn zus en haar veel te enthousiaste stem.
      ‘Hij heet Collin,’ probeer ik zo nonchalant als mogelijk uit te leggen. ‘En we doen samen een scheikundeproject, dus als hij vragen heeft kan hij me een berichtje sturen.’
      ‘Ja ja,’ zegt May met rollende ogen. Ze zwiept haar haar over haar schouder en kijkt me aan alsof ik uit een ei kom. ‘Die jongen vindt je gewoon leuk.’
      ‘Wat?’ roep ik geschrokken uit. Mijn handen omklemmen het stuur en ongelovig kijk ik May aan. Mijn zus lijkt sterk overtuigd van haar zaak, waardoor ik in lachen uitbarst. ‘Zijn stem sloeg over en ik lachte hem uit. Hij vindt me echt niet leuk!’
      ‘Oh ja wel hoor,’ houdt Mai stug vol. ‘Ik zag het aan zijn ogen.’
      Dit zorgt ervoor dat ik alleen nog maar harder moet lachen, terwijl ik verontwaardigt mijn hoofd schud. Jongens vinden mij niet leuk, de aandacht gaat altijd naar May. Helaas voor de jongens dat ze lesbisch is.
      ‘Je stond op een paar meter afstand,’ lach ik spottend. ‘Er is geen mogelijkheid dat jij de blik in zijn ogen heb kunnen zien.’
      ‘Oh, die heb ik zeker wel gezien en hij was zeker onder de indruk van je,’ zegt May. Ze knikt haar eigen woorden bij, honderd procent overtuigt van zichzelf.
      Ik rol met mijn ogen en een opgeluchte zucht rolt over mijn lippen. Dankzij May’s woorden is het ineens een stuk duidelijker geworden en het is absoluut niet wat zij denkt. ‘Ja, hij was onder de indruk van mijn kennis, gekkie.’
      May rolt met haar ogen en geeft me een duw. Het is niet hard genoeg om me om te laten vallen, maar wel hard genoeg dat ik haar kant op kijk. Ze probeert me doordringend aan te kijken, terwijl ze ook een gezichtsuitdrukking die zegt je-bent-nog-dommer-dan-je-lijkt zegt. ‘Lieve, lieve, lieve, tweelingzus, luister nu goed naar mij.’
      ‘Oké, ik luister,’ gniffel ik onder mijn adem. Er is geen mogelijkheid dat May mijn statement kan veranderen, want dat is gewoon wat het was. Haar op hol geslagen fantasieën horen thuis in een sprookjesboek.
      ‘Je bent ontzettend slim en sportief en mooi. Letterlijk beauty and the brains in één, maar soms ben je gewoon echt een beetje dom,’ begint mijn zus haar o zo vriendelijke speech.
      Ik rol met mijn ogen en wil tegen haar woorden in gaan, maar ik bijt op mijn tong om mijn woorden in te slikken. Als ik er nu ook nog eens tegenin ga, dan krijg ik helemaal de wind van voren. Iets waar ik geen zin in heb.
      ‘Hij was onder de indruk van jou. Niet van je kennis, of misschien ook wel, maar duidelijk van jou. Hij werd knalrood en ik mag dan misschien wel lesbisch zijn, ik heb meer kennis van jongens dan jij, zusje lief.’
      Ik rol geërgerd met mijn ogen en ik wil er opnieuw tegen ingaan, maar May geeft me niet eens de mogelijkheid.
      ‘Trouwens, we moeten hier afslaan, we gaan naar het strand,' zegt ze zonder een greintje stress.
      Ik bijt geërgerd op mijn lip en gooi op het laatste moment het stuur om, om nog op tijd de afslag te maken. Gelukkig rijdt er voor de rest geen verkeer, want als er een politiewagen had gereden, had ik sowieso een boete gekregen.
      Geïrriteerd kijk ik May aan, die me met een glunderende grijns aankijkt, alsof ze iets weet dat ik niet weet. Ze kijkt van haar telefoonscherm naar het uitzicht van het strand en ik geef haar een duw.
      ‘Wat?’ vraagt ze onschuldig.
      ‘Ten eerste, had je die afslag een paar minuten of op z’n minst seconden eerder aan kunnen geven?’ begin ik met rollende ogen, mijn irritaties al weer wegebbend. Ik parkeer de auto en ga vervolgens verder. ‘Ten tweede, wat doen we hier?’
      ‘Oh wees niet zo’n mietje, in minder dan tien seconden ben je me ontzettend dankbaar!’ giechelt May enthousiast. Ze klapt vrolijk in haar handen en langzaam begin ik een beetje in paniek te raken. Als May zo enthousiast is, betekent dat meestal niets goed. Meestal betekent het dat ze een date voor me geregeld heb, waarbij ik uiteindelijk naar de jongen moet gaan om hem teleur te stellen.
      ‘Wat bedoel je?’ zeg ik in paniek. ‘Minder dan tien-’
      Precies op dat moment wordt mijn portier opengemaakt en in minder dan een fractie van een seconde heb ik me omgedraaid en kijk ik recht in een paar grijsgroene ogen.
      Voor een seconde ben ik zo verbaast dat ik niet anders kan dan de jongen aangapen. Ik word overspoelt door herinneringen van meer dan tien jaar geleden en ik voel hoe mijn mond open en dicht gaat, alsof ik een vis op het droge ben. Mijn hart begint harder te kloppen en een golf van vreugde overspoelt me.
      ‘Kom op, April, ik weet dat ik ontzettend knap ben, maar je hebt al meer dan tien jaar gehad om daar aan te wennen,’ zegt de jongen quasi arrogant. Hij haalt zijn hand door zijn bruine haren en geeft me een plagende knipoog.
      Ik ontwaak eindelijk uit mijn trans en in minder dan een paar seconde spring ik tegen de jongen op. Ik wikkel mijn benen om zijn middel en verstop mijn hoofd in zijn nek.
      ‘Jem, wat doe je in vredesnaam in dit godvergeten plaatsje?’

Reageer (1)

  • LarryNiam

    Oh my who is jem?
    Love it<3

    6 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen