Valentina Emily DuPont

Ik word deze keer op een andere manier wakker. Er zit geen zwarte geest naast mijn bed, noch mijn zuster en er komt ook geen horde aan doktors en zusters mijn kamer binnen gelopen. Maar desondanks is het minstens zo vervelend.
      Ik kan mijn lichaam niet bewegen. Mijn vingertoppen, tenen en oogleden zijn allemaal niet in beweging te krijgen, maar toch ben ik bij bewustzijn. Bijbewustzijn in het donker. Alles om me heen kan ik horen en voelen, maar niets bewegen.
      Het vaste ritme van het gepiep van de monitor die mijn hartslag meet is duidelijk te horen en ik voel de buisjes in mijn neus die me extra zuurstof toedienen. Ik hoor de monitor zelfs zo luid, dat het bijna zeer doet. Ik probeer me af te sluiten van de monitor en op iets anders te concentreren.
      Het eerste wat mijn gehoorgangen binnendringt is een gesprek tussen twee personen. Het klinkt veel zachter en harmonieuzer dan het gepiep van de monitor, dus probeer ik me op het gesprek te focussen.
      ‘Het is geregeld, Rosalie, je zou dit moeten begrijpen,’ zegt de ene stem. Ik herken de stem, het is zo perfect dat ik gelijk aan dokter Cullen moet denken, wat moet betekenen dat ik nog steeds in het ziekenhuis lig.
      ‘Ik kan dit niet begrijpen,’ antwoordt de andere stem, ongetwijfeld de stem van Rosalie, een stuk gemener. Ondanks dat de toon waarop ze spreekt niet mooi zou moeten klinken, klinkt de stem als engelengezang. Boos engelengezang dan wel, en ik vraag me af wat ze niet kan begrijpen.
      ‘Ik kan haar niet zien,’ mengt een nieuwe stem zich in het gesprek. De stem klinkt als belletjes en een stuk hoger dan de stem van Rosalie, maar net zo mooi.
      ‘Zie,’ kaatst de stem van Rosalie direct. ‘Het is onvoorspelbaar.’
      ‘Dat wilde ik niet zeggen,’ antwoordt de hogere stem direct. ‘Wat ik bedoelde is dat ze iets is waar ik niet bekend mee ben.’
      Ik vraag me af over wie ze zo’n hevige discussie hebben en waarom ze dat in vredesnaam doen in mijn ziekenhuiskamer. Ik ben misschien nog wel half bewusteloos, maar dat betekent nog niet dat er zomaar vreemde mensen mijn kamer in en uit mogen lopen zonder toestemming.
      ‘Ze hoort jullie,’ zegt een nieuwe, mannelijke stem. De stem is diep en heeft een toon van beslistheid.
      Onopgemerkt houd ik mijn adem in. Bedoelt de jongen mij? Ik luister ze misschien wel af, maar hoe kan hij dat weten? Bovendien is het hun eigen schuld. Dan moet je maar niet op mijn kamer iets gaan overleggen wat ik niet mag horen.
      Langzaam probeer ik mijn ogen te openen. In eerste instantie is mijn zicht vaag en waterig van het vocht in mijn ogen, maar dan als alles vorm begint te nemen zijn er twee dingen ineens heel duidelijk. Dit is niet een standaard ziekenhuiskamer en er is niemand in de kamer behalve ik en mijn luide monitor.

Reageer (4)

  • Butterflygirl

    Oh my god hahahahaha

    6 jaar geleden
  • LarryNiam

    ohhh spannend ik ben benieuwd:)
    snel verder<3

    6 jaar geleden
  • AroonCat

    Hebben ze haar gewoon meegenomen of wat? En wat werd ze in het vorige hoofdstuk nou opeens ingespoten? huhhh

    6 jaar geleden
  • Chantilly

    Ben benieuwd hoe dit zich gaat ontwikkelen..

    6 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen