CHAPTIRE CINQ
Valentina Emily DuPont
'Bedankt voor het rijden, pap,' bedank ik Alexander zachtjes. Alexander is mijn vader en hoewel ik het vertik om hem in mijn hoofd 'pap' te noemen, weet ik dat hij pislink kan worden als ik hem Alexander noem. Het is zijn echter zijn eigen schuld, dan had hij maar niet vreemd moeten gaan met zijn eigen secretaresse, in ons huis, waar ik het kon horen.
'Val dood, Alexander,' snauwt mijn zus woedend. Ze stapt de auto uit en gooit het portier met een harde klap dicht. Voor twee jaar is ze niet naar school geweest en toen ze erachter kwam dat Alexander en mam haar in hadden geschreven, brak hel uit. Nog erger dan toen ze erachter kwam dat ze geen alcohol en drugs zou kunnen krijgen.
Wat rustiger dan mijn zus verlaat ik de auto en het moment dat ik het portier gesloten heb, rijdt mijn vader weg. Tot mijn ergernis kijkt iedereen me direct aan en ongemakkelijk bijt ik op mijn lip. Ik voel hoe mijn wangen rood beginnen te worden en hoe ik langzaam begin te verstenen. Mijn hand gaat naar mijn zak, klaar om mijn inhalator te pakken als het nodig is, terwijl ik mezelf tot orde probeer te roepen. Ik kan niet hier en nu op mijn eerste dag een astma- of paniekaanval krijgen.
'Hé, Emily!'
De harde kreet zorgt ervoor dat ik uit mijn trance kom en nog een beetje trillend kijk ik naar Serena. Ze gebaart dat ik naar haar moet komen, maar ze staat met een enorme groep aan jongeren die duidelijk allemaal minstens een jaar ouder zijn dan ik. En dan zeggen ze nog wel dat ik niet in zeven sloten tegelijk loop.
Ik grijp mijn tas als een soort steun beet, terwijl ik zo zelfverzekerd als mogelijk op het groepje afstap. Serena slaat direct haar arm om mijn schouders en een beetje verlegen leun ik in haar omhelzing. Ik heb eigenlijk nooit vrienden gehad en mijn familie is niet zo van het persoonlijk contact, dus ik ben dit allesbehalve gewend.
'Jongens dit is Emily, Emily dit zijn Jared en Kim.' Serena wijst naar een enorm klef koppel en ik moet mijn best doen om niet mijn neus op te trekken. 'En dat zijn Thorn, Embry, Cass en Paul.' Thorn en Embry lijken druk bezig te zijn met een discussie over iets, en Cass lijkt aandachtig te luisteren en Paul staart aandachtig naar Cass. 'En dan heb je nog Seth, Quil, Brady en Collin, je zal ongetwijfeld een paar lessen met hun hebben.'
Ik glimlach verlegen. 'Hoi,' mompel ik stilletjes. Ik word altijd enorm nerveus van grote groepen.
'Hé, ik ben Seth,' glimlacht de jongen tegenover mij. Zijn ravenzwarte haren zitten wild en zijn ogen twinkelen van plezier. Zijn babyface maakt hem ongelofelijk schattig, waardoor ik een beetje nerveus word om zijn hand aan te pakken.
'Ouch,' zeg ik geschrokken als de aanraking van Seth mijn hand haast lijkt te verschroeien. Nerveus kijk ik naar de palm van mijn hand, die een paar rode vlekken laat zien, die al net zo snel weer verdwijnen. Wat in vredesnaam krijgen we nou?
'Oh, sorry, dat was niet mijn bedoeling,' biedt Seth direct zijn excuses aan.
Ik kijk verward op, recht in de lichtbruine ogen van Seth. Direct vergeet ik de verdwenen vlekken op mijn hand en is het enige wat ik nog kan zien Seth.
Reageer (3)
Wat verbrand ze zijn hand nou aan hem!? Hahahahaha
6 jaar geledenZelfs zonder dat is ie ongelofelijk schattig, snel verder 6 jaar geleden
Cuteeeeeeeeeee!
6 jaar geleden