Hier izzie.

ik weet niet of ijzelvacht en Wilgvacht dierbare van Vuurhart zijn, maar ik kon niets anders bedenken, dit leek me het meest logische


Het persoon waar ik zogenaamd in zit is Wolkstaart. Ik schrijf dus vanuit Wolkstaart

Ik zag dat iedereen om zich heen keek.
We waren duidelijk iemand vergeten, maar wie?
Nee, daar had ik geen tijd voor.
Ik bleef alert voor mogelijke achtervolgers en vormde de achterhoede.
Ik snoof diep.
Het was stil in het woud.
Er was geen klein geurtje van prooi te bekennen.
Prooi werd schaars.
Opeens hoorde ik geritsel in de struiken achter me.
Ik gaf een brul en iedereen draaide om met opgezette haren.
Twee lichte kattenlijven kwamen de bosjes uit.
De èèn mooi wit en de ander heel lichtgrijs.
Ijzelvacht en Wilgvacht waren ons gevolgd!
"Wat doen jullie hier"? vroeg Vuurhart met nog steeds opgezette haren.
"We zijn jullie gevolgd", zei Wilgvacht vastbesloten.
"Waarom"?
Dat was Vuurhart weer.
Zijn haren waren gaan liggen.
"We geloven dat jij niet zoiets zou doen", zei Ijzelvacht.
"Jij was bovendien de kat die het meeste verdriet had over haar dood".
Wilgvacht liep ondertussen naar Witstorm en gaf hem een grote lik over zijn neus.
Ik glimlachte toen Vuurhart toestond dat ze mee reisden.
We zetten onze reis voort.
Waar we heen gingen?
Toen had niemand van ons een idee.
We hadden een nieuw onderkomen nodig om te slapen en te jagen.
En iedereen geloofde dat de Sterrenclan ons een goed einde zal schenken.

Reageer (1)

  • Leaticia

    Mooi geschreven

    8 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen