6.9
Aurora
“Het is fijn om u te ontmoeten.” Mijn opvoeding niet vergetend glimlach ik naar Silvan. Hij probeert me op mijn gemak te stellen en dat werkt een klein beetje. Al doet het me niet vergeten dat ik de zogenoemde leidster van de rijders ga ontmoeten. Het is overduidelijk dat zij Michaël heeft opgedragen naar de ceremonie te komen. Daar is geen twijfel over mogelijk.
“Je mag me tutoyeren, prinses. Wij rijders staan niet zo op de formaliteiten.”
“Oh.” Blozend staar ik naar mijn voeten. Meteen besef ik me weer dat ik een broek aanheb. “Michaël?” Ik fluister zachtjes. In de hoop dat Silvan me niet hoort. “Mijn benen.”
“Wat is daarmee, liefje?”
“Ze zijn ze zien.”
“Waar maak je je zorgen om, prinses?” Silvan heeft ons duidelijk toch gehoord en buigt zich dichterbij. “Maak je geen zorgen. Niemand kijkt op van een paar benen.”
“Ja..Maar..Ik..” Vernederd door het gestamel en over het feit dat Silvan het heeft opgevangen kijk ik naar mijn voeten en hou mijn mond verder dicht.
“Liefje?”
Mijn opvoeding weer herinnerend plak ik een glimlach op mijn gezicht. “Het gaat goed, Mica.”
“Arida en Nekhbet zijn niet ver weg meer. Heeft Michaël al iets over hen verteld?”
Na even nadenken schud ik mijn hoofd en ga iets dichter bij Michaël lopen.
“Dat heeft ze graag.” Silvan grijnst ontspannen mijn kant op. “Ik ben benieuwd wat je van haar vindt. Jij hebt al een streepje voor bij haar. Ze is dol op sterke vrouwen.”
Sterk… Zo voel ik me helemaal niet en dat zal Arida ook snel zien. Ik ben niet sterk. Helemaal niet. De leidster van de rijders zal snel zien dat ik niet ben wat ze denkt. Ik ben het niet waard.
Dat ben je wel, Aurora.
Salazar is niet eens hier in de buurt, maar ik hoor hem luid en duidelijk in mijn hoofd.
Hoe weet je dat zo zeker? Zelfs in gedachten klinkt mijn stem kleintjes. Kan je me niet op komen halen?
Je bent het waard, omdat ik het wist toen ik je zag. Ga naar Arida, Rorie
Hij wil me dus niet ophalen. Nu loop ik helemaal achter op Arida. Ik ben bezweet, stink en heb een broek aan. Mijn haar zit allang niet meer en ik weet dat ik smerig ben. Het enige voordeel wat ik zou kunnen hebben is mijn rang. Maar bij de rijders ben ik de nieuweling. Daar helpt vast de status van prinses niets tegen. Het enige wat ik nog heb is mijn zelfbeheersing, die me is aangeleerd.
Na een diepe ademteug recht ik mijn rug en duw mijn schouders naar achter. Je bent wat je laat zien. En ik ben dan wel een nieuwe rijder en ik zie er niet op mijn best uit. Ik blijf ook een prinses en sta onofficieel derde in de lijn van macht in Aldinia. Officieel zevende. Ik kan dit overleven door te geloven in mijn status. Het enige wat ik heb om me hier doorheen te slaan.
Er zijn nog geen reacties.