Hoofdstuk 18
2 bleekrode katten flitsten door het woud. Dan zag je ze wel, dan weer niet. Goudsbloem! Wacht! Riep Zandstorm naar Goudsbloem, die minstens 5 meter voor lag. In een flits rende Goudsbloem nog, en toen stond ze meteen doodstil. Wat is er? Vroeg ze. Zandstorm kwam hijgend bij haar staan. Niet zo snel, ik heb net prooi op, anders krijg ik steek. Zandstorm hoestte. Oke, neem maar een voorsprong, dan rust ik even uit, miauwde Goudsbloem geïrriteerd. Ze had het nog niet gezegt of de bleekrode poes vloog al weg. Pfff...... nu rent ze ineens zo snel, mompelde Goudsbloem, en rende nu ook weg achter Zandstorm aan. Kom je nog? Zandstorm draaide haar kop en keek waar Goudsbloem bleef. Jaha, ik kom al, siste Goudsbloem. Net was jij degene die achterbleef hoor. Er klonk humor in haar stem en haar ogen fonkelden. Ik zal je eens iets laten zien! Schreeuwde Goudsbloem naar voren, en ze schoot als een pijl uit een boog weg achter Zandstorm aan. De 2 toekomstige leiders hadden inmiddels het hoogland bereikt, van de WindClan. Ik hoop maar dat ze ons doorlaten, murmelde Zandstorm. Goudsbloem was ook weer bij. Vast wel, miauwde ze geruststellend. Ze keken elkaar aan. Denk jij wat ik denk? Aarzelde Zandstorm. Denk je over wie onze commandant wordt? Mauwde Goudsbloem. Ja, wie vindt jij geschikt? Ehhhh..... Stropels, of Vuurpels, of Roodstaart? Stelde Goudsbloem voor. Wat vindt jij? Vroeg ze Zandstorm. Ehh... Loofpoel zou wel goed zijn maar helaas is ze leerling medicijnkat, dus dat kan niet, zuchtte de bleekrode poes. In haar velgroene ogen was teleurstelling te lezen. Goudsbloem stopte, wenkte dat Zandstorm ook moest stoppen met rennen, en streek langs haar glanzende vacht. We vinden wel een andere commandant, zei ze troostend. Dat hoop ik maar, voegde ze er in stilte aan toe. Kom op, we moeten verder, mauwde Zandstorm, de zon gaat bijna onder. Je hebt gelijk, miauwde Goudsbloem en de 2 katten raceden verder door het hoogland op weg naar de Maansteen.
Er zijn nog geen reacties.