2.4
Michaël
Het dienstertje bloosde diep na mijn knipoog en grinnikend leunde ik achterover. Mijn tactiek leek niet echt te werken, maar ik was niet van plan om te zwichten voor de dreigende koning.
Een vrouw die verbazingwekkend veel op Aurora leek ving mijn blik en het was alsof ik een stomp in mijn maag kreeg. De kille stilte en de ijskoude dreiging konden me geen donder schelen, ik hoopte juist dat ik de koning zover kon krijgen om zijn zelfbeheersing te laten verliezen.
Als hij zich liet gaan kon ik er misschien achter komen wat hier aan de hand was.
Maar de blik van de vrouw was niet kwaad of kil of zelfs maar leeg. Ze staarde me smekend aan en leek nauwelijks zichtbaar haar hoofd te schudden.
Op dat moment drong Nyx ook weer door tot mijn gedachten. Ik weet niet precies wát je doet, Mica. Maar volgens Salazar maak je de prinses doodsbang.
Ik wierp een blik opzij en zag dat ze strak naar haar bord staarde. Ze had nauwelijks een hap gegeten en de hand waarmee ze haar vork vasthield trilde. Shit…
Als hij iets merkt… Laat het me dan weten vannacht. Ik ben vlak bij haar. Weet jij wat er aan de hand is?
Geen idee. Probeer gewoon aardig te zijn, Mica.
Met veel moeite was ik erin geslaagd de rest van de maaltijd mijn mond dicht te houden. Maar steeds als ik de koning naar me voelde kijken kon ik het niet laten en keek ik strak terug. Zijn ogen vonkten, maar steeds opnieuw was hij degene die zijn blik afwendde en niet ik.
Toen Aurora uiteindelijk opstond en zich excuseerde kwam ik haastig overeind. Ik zag een paar verraste en ongelovige gezichten, maar die negeerde ik. De prinses keek nog steeds omlaag en weigerde mijn blik te beantwoorden.
‘Mag ik met je mee lopen?’ Mijn vingers jeukten om haar kin op te tillen, maar ik onderdrukte het. ‘Ik vrees dat ik anders zou verdwalen.’
‘Natuurlijk. Ik zal u uw kamers wijzen.’ Ze boog naar de koning en begon langzaam voor me uit te lopen.
Hoe kon iemand zo stijf rechtop lopen? Waarom keek ze me niet aan?
Ik hield me in en pas nadat we een trap op waren gelopen die richting mijn kamer liep – mijn richtingsgevoel zou me nooit laten verdwalen, maar dat hoefde ik haar familie niet te vertellen – kon ik mezelf niet meer tegenhouden.
‘Prinses?’ Ik stak mijn hand uit, maar zodra ik haar arm raakte verstijfde ze. Ik liet hem weer naast mijn zij vallen. ‘Wil je misschien… heb je zin om misschien een stukje te wandelen? Wat praten?’
Langzaam keek ze naar me op en ik zag de tweestrijd in haar ogen. Waarschijnlijk zocht ze naar een beleefde manier om me af te wimpelen, maar tot mijn verrassing knikte ze.
Om te bewijzen dat ik wel manieren had bood ik haar mijn arm aan en zodra ze hem aan had genomen voerde ik haar mee in tegengestelde richting.
‘Weet u waar u heen gaat?’
‘De tuinen.’ Ik glimlachte ondeugend. ‘Mijn slechte richtingsgevoel was maar een excuus om met je mee te lopen, prinses.’
Er speelde een vaag lachje om haar lippen, maar ze zei niets. Zwijgend voerde ik haar mee naar buiten en voelde haar spieren bij elke stap even verstrakken. Misschien was ze moe. In plaats van verder te lopen koos ik een bankje onder een oude eik uit en liet haar daar zitten.
Zelf was ik te onrustig en bleef dus staan.
‘Ik wilde je wat vertellen.’ Toen ik haar aankeek zag ik tot mijn genoegen dat ze me met haar ogen nieuwsgierig volgde. ‘Nu Salazar je gekozen heeft ben je een rijder, Aurora. Je zult veel moeten leren en dat kost tijd. Ik ben gestuurd om je daarmee te helpen, om je te trainen. Ik ben van mening dat je daarvoor met me mee moet komen.’
‘Weg van hier?’ Er flitste iets in haar ogen, maar voordat ik er goed naar kon kijken was het alweer verdwenen.
‘Ja,’ beaamde ik. ‘Zelf heb ik mijn training gehad in de bergen. Er zijn daar een aantal oude grotten die nog gebruikt zijn door de rijders van vroeger. Niet zo luxe als het paleis, maar het voldoet. We zouden natuurlijk wat spullen voor je mee kunnen nemen.’
Er zijn nog geen reacties.