Z&S 11
“Sst”, Tansy omhelsde haar vriendin. “Het spijt me voor je, Sybelle. Ik kan er nu niets aan doen, maar als ik de kans krijg, zal ik proberen hen te helpen.”
“Echt? Maar, maar het zijn Viholi’s en jij bent de prinses van Siipi en…”
“Jij bent mijn zielsgenote, het is je familie”, zei Tansy. “Als ze niet achter koning Constant staan, heb ik geen reden hen te haten.”
“Bedankt”, fluisterde Sybelle opgelucht.
“Maar, Sybelle… Ik moet je één ding vragen. Vertel op Siipi aan niemand, maar dan ook echt niemand, dat we zielsgenoten zijn. Er zijn bepaalde wetten rond en, nou ja… Het zou heel wat problemen veroorzaken. Ik zal het wel aan mijn ouders zeggen, maar aan niemand anders."
“Oké”, zei Sybelle zacht. “Ik ben toch maar een gevangene, ik doe wat je vraagt.”
“Sybelle, ik weet dat het zo zal zijn in Siipi, dat het niet anders kan. Maar weet alsjeblieft dat je voor mij veel meer bent.” Tansy keek Sybelle smekend aan.
“Ik weet het, Tansy”, fluisterde Sybelle. “Het is oké, ik vertrouw je. Zielsgenoten kunnen toch niet anders?” Ze glimlachte even. Tansy keek haar opgelucht aan.
De wachters liepen heen en weer. Tansy en Sybelle keken elkaar aan. Het was zover.
“Prinses Tansy Berniece Chelsie Clare Brasher en haar gevangenen”, werd er omgeroepen. De grote deuren van de troonzaal gingen open en met opgeheven hoofd liep Tansy naar binnen, gevolgd door Lilou en Sybelle, die nog steeds aan elkaar geboeid waren, en een aantal wachters.
Reageer (1)
woooooow die naam! die is lang!
1 decennium geleden