Foto bij 032 Eleanor

[Beetje spijtig dat er opnieuw 2 abo's minder zijn :( ik doe nochtans mijn best om een paar keer per week te schrijven. Maar dank aan iedereen die wel blijft lezen, gelukkig heb ik jullie nog ;D]

Langzaam word ik wakker van mijn droom, een verborgen herinnering. Ik had het dus altijd al geweten wie de dader was, ik kon het enkel niet boven halen door de vertroebelingsspreuk van mijn moeder. Thranduil, hij was diegene waar mijn moeder op verliefd was. Hoe zou alles geweest zijn, als ze met hem mocht trouwen? Ze zou zeker gelukkiger geweest zijn, zonder in angst voor mijn... Nee hij is mijn vader niet, dat besef ik nu ook. Ze wou het me wel zeggen, maar mijn zogenaamde vader kwam er steeds tussen. Nu begrijp ik waarom mijn moeder steeds in een andere kamer sliep, die daarna mijn slaapkamer werd. Waarom mijn niet echte vader het steeds verbood om over haar te praten, straffen uitdeelde aan mij en het dorp als we nog maar haar naam durfde uit te spreken en waarom moeder zich zo eenzaam voelde. Alles lijkt zo beter te kloppen, alsof ik net het missende stukje van een puzzel heb gevonden.
'Alles in orde?' Thranduil zit naast mijn bed neer, met daartegen een slapende dwerg. Mijn slapende dwerg, ook al weet ik een hele stuk uit mijn leven niet meer. Ik knik naar de man, niet wetend wat ik moet zeggen.
'Je herinneringen komen wel terug, geef het wat tijd. Je kan altijd met hun praten, hên vuin. Dat kan helpen om je herinneringen wat sneller terug te laten komen.' vertelt hij me, terwijl ik hem met grote ogen aan kijk. Hij heeft het net gezegd, mijn kind. Hij kijkt me verbaasd aan, maar hij glimlacht dan even. Ik sla mijn armen rond zijn midden en knuffel tegen hem aan.
'Jij bent het.' fluister ik, waarna zijn hand zacht over mijn haar wrijft. Zijn andere hand slaat hij om me heen, het voelt veilig aan en het lijkt zo vertrouwd.
'Je weet het. Je weet eindelijk terug welk onrecht jouw moeder is aangedaan en ook aan jou.' fluistert Thranduil terug naar me, tranen verlaten mijn ooghoeken en ik versterk mijn greep.
'Maar waarom wou je me dan aan Legolas verloven?' vraag ik hem verward. De hoge elven van de eerste Era hadden zelfs een huwelijk tussen broer en zus strikt verboden.
'Zodat ik je daar weg zou krijgen, maar door je toestand ging het moeilijk. Daarna overleed de koning van Ëandor en kwam jij plots op de troon te zitten. Legolas kwam hier regelmatig en daardoor drong ik niet verder aan.' legt hij me uit. Mijn tranen zijn langzaam gestopt, snel veeg ik ze weg en zet me weer recht in bed. Ik kijk opzij, naar de andere man die aanwezig is. Nog steeds ligt hij te slapen, het lijkt wel een vredige droom te zijn.
'Zijn naam is Thorin Oakenshield, koning onder de berg. Velen vrezen dat hij zal bezwijken onder de vloek van al het goud, maar ik denk dat het niet zal gebeuren. Er is iets in zijn leven die hij meer koestert dan alle schatten in Erebor en dat ben jij, Eleanor.' vertelt hij me, terwijl ik mijn ogen niet afwijk van Thorin. Bij het horen van zijn naam beweegt hij een beetje, maar blijft rustig slapen. Hij is niet onaantrekkelijk, zijn zwarte haren vertonen wat zilveren lokken, hij heeft de bouw van een echte dwerg en hij zit hier aan mijn bed, waar ik uit opmaak dat hij bezorgd is. Zijn ene hand ligt verder van zijn hoofd en voorzichtig leg ik er mijn hand op. De tintelingen, het versnellen van mijn hartslag en de drang om hem te kussen laten mij duidelijk merken dat deze man diegene is die een plaats in mijn hart heeft verovert. Thorin, zijn naam klinkt zo bekend en toch lijk ik er geen herinneringen van te hebben.

Voorzichtig ben ik uit bed gestapt, om Thorin niet wakker te maken. Samen met Thranduil ga ik naar beneden, het is me opgevallen dat ik deze plek niet ken.
'Dit is Erebor, Thorin stond erop dat je mee hier kwam. Nu ik zie dat het al wat beter met je gaat, zal ik je hier veilig in de handen van de dwergen laten.' vertelt hij me, waardoor ik wil protesteren. Nu ik mijn echte vader bij me heb, wil ik hem niet zomaar weg laten gaan.
'Ik moet naar Mirkwoord, Eleanor. Ik heb daar mijn verplichtingen, als koning. Legolas zal snel terug hier zijn, daarna kunnen jullie samen terug keren bij mij.' onderbreekt hij mijn gedachten en ik kijk naar hem. Ergens wil ik hier niet weg, alsof mijn gedachten en hart vertellen dat ik hier thuis hoor.
'Of je blijft hier en komt af en toe bij ons op bezoek.' zegt hij, als hij mijn blik opgemerkt heeft. Ik glimlach meteen en geef hem een knuffel.
'Daar ben je.' klinkt een vermoeide stem. Ik draai me om en zien Thorin staan, hij wrijft nog even in zijn ogen. Ik stap naar hem toe, neem hem vast in een omhelzing en even wete hij niet wat te doen. Hij knuffelt me vervolgens terug, met zijn ene hand dat door mijn haren gaan. Ik leg mijn hoofd op zijn schouder en laat mijn ogen even dicht. Wat voelt dit toch zo vertrouwd, maar toch ook wat raar.
'Kom, ik denk dat de anderen wel in de eetruimte zullen zijn.' zegt hij, waarna ik me uit zijn omhelzing haal. Ik kijk hem glimlachend aan, om vervolgens achter hem verder te stappen naar een enorme zaal iets verderop.
Als we er zijn, kijken de anderen even naar ons op. Een iets dikkere dwerg komt onze kant op en duwt een bord met eten in de handen van Thorin en mij. Ook Thranduil krijgt van een andere dwerg wat eten in de handen geduwt en we gaan bij de rest aan tafel zitten. Wat bestek ligt er al aan tafel, dus kan ik al beginnen met eten. Ik prik wat van het eten op mijn vork, waarna ik de brok in mijn mond duw. Langzaam kauw ik en tot mijn verbazing smaakt het heerlijk.

Reageer (3)

  • Ringwraith

    HIJ IS NIET ONAANTREKKELIJK?
    Hij is het heetst van heel midden aarde, kind.

    1 decennium geleden
  • Vibes

    Ik wel ook een slapende Dwerg, maar liever in mijn bed dan naast.

    1 decennium geleden
  • Allysae

    ahwwww
    snel verder

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen