Virus-spanning-deel 2
Pascal word wakker in een witte kamer, in een wit bed, met een witte pyjama en witte deuren. Vaag ziet hij een man in zijn ooghoek lopen, hij wil zijn hoofd omdraaien om te kijken maar voelt een harde tegenstand. Een ijzerbeugel houdt zijn hoofd vast op het kussen. Pascal wil vragen waar hij is maar het enige geluid dat uit zijn mond komt is een zacht gekreun. Dan begint er een apparaat te piepen en draait de man in het pak zich verbaasd om, als hij Pascal met zijn ogen open ziet liggen. Verschijnt er een verbaasde uitdrukking op zijn gezicht, dan draait hij zich om en rent de deur uit. Geen twintig seconden later komt hij terug met achter zich een man in een wit pak, de man lacht naar hem en maakt zijn hoofd los. 'Wat is je naam?' vraagt hij. Als Pascal wil antwoorden komt er weer alleen een gekreun uit zijn mond. 'Je hoeft alleen maar ja of nee te knikken op deze vraag, weet je je eigen naam nog?' Pascal wil ja knikken maart realiseert zich dan dat hij het eigenlijk helemaal niet weet. Met een geschokte uitdrukking op zijn gezicht schudt hij nee. 'Dat dacht ik al.' De mannen overleggen met elkaar en werpen af en toe een blik op Pascal. Met een zucht wend de man die eerder ook tegen hem had gesproken zich naar Pascal. 'Helaas hebben we geen goed nieuws voor je,' Zegt de man. 'Je bent besmet met het Azov virus, een dodelijk virus maar nog geen middel tegen bekend is. Maar we hebben ook goed nieuws, want je bent sterker dan de anderen die besmet zijn. Je bent namelijk de eerste die een Azov-aanval heeft overleefd.' Dan lopen de mannen weg en laten een verwarde Pascal achter.
Als Pascal wakker word staat er een vrouw naar hem te kijken. 'Ik ben Julia.' stelt ze zich voor. 'Ik zal je helpen met je geheugen terug krijgen en te verwerken wat je net hebt gehoord. Pascal knikt. 'Maar het eerste wat we gaan doen is je weer laten praten.' Aan het eind van de oefening is hij genoeg opgeknapt om weer normale zinnen te kunnen spreken. 'Nu gaan we je geheugen even wat opfrissen, probeer eens aan je basisschool te denken.' Pascal denkt diep na n probeert zich voor de geest te halen hoe zijn basisschool eruit zag. 'Het was een school met blauwe muren.' Zegt Pascal aarzelend. Julia knikt dat hij verder moet gaan. 'En ik hoor kinderen een naam roepen, iets met een P. Volgens mij roepen ze Pascal.' zegt hij verrukt. 'Ben ik dat?' vraagt hij. Julia knikt en zegt. 'Je doet het goed, er is niet heel veel van je geheugen verloren gegaan, probeer nu eens aan je tweede jaar van de middelbare school te denken.' Pascal denkt diep na en begint te lachen. Daar hadden we mevrouw de Lange die maar 1, 6 meter was.' Julia knikt en stuurt het nog wat hoger op. Tot ze bij de dag aankomen waarop Pascal met het virus de wereld uitroeide. 'Toen heb ik het virus gemaakt, op een spel.' Verbaasd kijkt Julia hem aan, Pascal legt alles uit en als hij klaar is loopt Julia weg. Ze verklaart me voor gek. Denkt Pascal, het verbaasd hem dan ook als ze terug komt. 'Er zijn een paar mensen naar je huis gegaan om te kijken of ze het middel tegen het virus kunnen vinden in het geheugen van je spel.' Pascal knikt dat hij het begrijpt en legt zijn hoofd op bed neer. Dan valt hij in slaap, met de gedachten aan het tegenmiddel in zijn hoofd.
Als Pascal wakker word ligt hij niet meer in de witte kamer, maar in zijn eigen kamer. Verbaasd tilt hij zijn hoofd op, hij voelt zich vol energie en niet meer ziek. Zijn ouders zitten op een stoel naast het bed. Zodra ze hem wakker ziet vliegt zijn moeder hem om de nek. 'Ik heb je zo gemist!' Snikt ze. 'Ik jou ook mam, en jou ook pap. Maar wat is er gebeurd?' Pascals moeder vertelt dat ze het tegenmiddel op zijn computer hadden gevonden en die meteen hebben gemaakt. Dat het hem werd toegediend en dat hij toen twee weken in coma heeft gelegen. 'Twee maanden!' Roept Pascal, maar al mijn livestream kijkers dan?' Hij vliegt uit bed en gaat achter zijn computer zitten. Acht uur, denkt hij. Precies op tijd voor een livestream!
Er zijn nog geen reacties.