Het was vreselijk dat Louis zo moest lijden. Luke en Michael waren net pas teruggekomen van Louis, ik wist gewoon dat ze hem hadden mishandeld. Het was afschuwelijk. Ik moest Louis helpen, maar hoe? En One Direction had ook nog niets laten merken, ook niet via de pers.
'Ik moet even een wandelingetje maken,' zei ik toen tegen Luke. Hij keek me aan met diezelfde harde blik als wanneer hij over Louis praatte. Haatte hij mij nu ook ? Nu ik had laten blijken dat ik het niet eens was met het plan?
'Is goed. We willen vanavond een film kijken, dus blijf je niet te lang weg?'
'Nee, ik ben snel terug.' Ik was misselijk. Ik wist dat de friet Louis goed had gedaan, maar wat als hij me had verraden? Of als Luke erachter kwam dat ik Louis beschermde en normaal eten gaf? Werd ik dan uit de band gekickt?
De frisse lucht buiten het hotel deed me ontzettend goed. Ik ging steeds sneller lopen, naar het houten hutje in the middle of nowhere waar we Louis hadden verstopt. Ik moest iets doen. Iets waardoor One Direction op het goede spoor kwam. Ik kon ze moeilijk bellen en zeggen dat we hem hadden ontvoerd, toch? Hoewel, misschien was het de enige manier. Of ik liet Louis bellen... Dat was een beter plan. Zo zouden ze weten dat Louis nog steeds leefde en dat we - in elk geval ik - geen kwade bedoelingen hadden.
Ongeduldig rammelde ik aan het slot. Ik kreeg het amper open door mijn koude en trillende handen. Ik hijgde van het rennen. Ik was steeds nerveuzer geworden. Het was de tweede keer al dat ik Louis opzocht, wat zou hij wel niet denken?

Hij schrok zichtbaar toen ik het licht aandeed. Het flikkerde even - zou het peertje kapotgaan? Ik had er bewust voor gekozen om geen bivakmuts op te zetten. Zo zou hij misschien doorkrijgen dat wij het waren: 5SOS. Hij moest me herkennen. Misschien zou hij zo ook de link leggen tussen Luke, die zo hardhandig was geweest. En ik moest Louis ook vertellen dat ik het er absoluut niet mee eens was geweest, met het hele plan.
'Louis?'
Hij leek te slapen, maar nu deed hij zijn ogen open. Hij lag opgerold als een bolletje, in een hoekje van de koude kamer. Hij had wallen onder zijn ogen, door slaapgebrek. Bovendien zag hij er enorm mager uit en er zat bloed op zijn lichaam. Het stonk naar kots. Had Luke hem zo hard geslagen dat hij moest kotsen?
'W-wat? Ashton?'
Zijn stem klonk niet meer als de oude Louis. Hij was bang, doodsbang. Hij klonk als iemand die de dood onder ogen had gezien, en zelfs had geaccepteerd. Maar hij ging niet dood, dat mocht niet. Ik ging ervoor zorgen dat hij niet doodging.

'Misschien een stomme vraag, maar... Hoe gaat het?'
Het duurde even voor hij antwoord gaf. 'Hoe zie ik eruit?'
Ik liep rood aan. Inderdaad, een dwaze vraag. Hij zag er vreselijk uit. 'Heb je gekotst?' fluisterde ik en hij knikte. 'Ze hebben me zo hard geslagen... Ashton, ik wil weg...'
'Weet ik, Louis...' Ik ging naast hem zitten en hielp hem rechtop te gaan zitten. 'Ik, ehm...' Ik keek recht in zijn ogen. Van mijn voornemen om hem de band te laten bellen, kwam niets meer. Ik was het vergeten, op slag. Even had ik een blackout, door zijn prachtige gezicht, dat ondanks zijn toestand toch mooi was.

Ik was verliefd.

'Wat?'
Zonder te weten wat ik deed, bewoog ik mijn rechterhand naar hem toe. Hij dook bijna weg, bang om geslagen te worden. Maar ik had mijn hand in zijn nek gelegd en had hem dichter naar me toe getrokken. Ik zoende hem. Niet op zijn mond, maar op zijn voorhoofd. Een zachte, tedere zoen.
Daarna drukte ik zijn hoofd tegen mijn borst en sloot zijn lichaam in mijn armen. Gesnik welde op uit zijn keel. Was liefde alles wat hij nodig had? Ik wist niet hoe hij op mijn kus ging reageren, maar dat boeide me even niet. Hij moest weten dat het goed kwam, dat ik aan zijn kant stond.
'Sorry,' mompelde ik. 'Van alles. Het spijt me.'
Daarna pakte ik mijn mobiel uit mijn zak. Handig maakte ik de touwen op zijn rug los, die zijn polsen bij elkaar hielden. Vervolgens gaf ik hem mijn telefoon. 'Ik wil dat je de band belt.'
'W-wat?'
'Bel One Direction. Zeg dat 5SOS je heeft ontvoerd. Maar dat je in elk geval iemand hebt die aan jouw kant staat.'
Hij keek me met ogen zo groot als schoteltjes aan.
'Nou? Wil je soms niet weg?'
Met trillende handen toetste hij een nummer in. Tranen liepen nog over zijn wangen. Ik veegde ze zachtjes weg met een papieren zakdoekje. In zijn ogen zag ik een sprankje hoop. Hij geloofde me. Hij vertrouwde me. Dat was stap één. Nu nog zorgen dat hij hier weg kwam, zonder dat ik uit 5SOS gekickt werd.
De telefoon ging over. Het duurde lang voor er opgenomen werd. Maar uiteindelijk hoorden we een stem aan de andere kant.
'Hallo?' zei Louis. 'Harry?'

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen