Hoofdstuk 2

Op de foto stonden drie meisjes met een staart een was ik en de andere was me zusje maar wie was die derde. Ik besloot het medaillon om mij hals te doen. En wat er toen gebeurde. Het blauwe kristal begon licht te geven. En vaag genoeg kende ik dat blauwe licht. Waar herkende ik dat ook alweer van. Ik kon er nu even niet op komen. Ik liep naar boven om te kijken of daar toevallig mij moeder was maar nee helemaal niks alleen een paar onozele kriebels op de muur. Ik liep naar buiten en wandelde nog even door het dorp. Ik vroeg me af waar iedereen was. Zouden ze zijn gevlucht en zo niet wat zou er dan zijn gebeurd ? Plots hoorde ik iets ik wist bijna zeker dat dat het geluid was van een geknakte tak. Ik liep verder met mijn handen in me zakken nadenkend over waar ik dat licht van herkende.
Ik hoorde weer iets. Het leek wel een voetstap, ik keek om en hoorde gekleter van een prullenbak. Nu wist ik het zeker iemand volgde mij. Ik liep in de richting van waar het geluid vandaan kwam. Het leek mij van achter de hoek van een wit gebouw te komen. Ik liep er langzaam naar toe.
Ik hoorde iemand weg rennen. Ik keek om de hoeken voor ik het wist rende ik er achteraan. Toen ik dichterbij was greep ik zijn schouder en draaide hem om.