Pauze
Het geschreeuw vervaagd. Zonder iets te zeggen ga ik weg, naar buiten. Het is ijskoud, ik heb ook geen jas aangetrokken terwijl het winter is. Ik loop, loop en loop tot ik bij een meertje kom. Ik ga in het koude goud gele zand zitten, terwijl ik kijk naar het net niet bevroren water, Er vliegt een vliegtuig langs, daarna is het stil. Langzaam dwaal ik af in mijn gedachten. soms vraag ik me af waarom mijn leven zo is.
Ik staar naar de eendjes die in het water spartelen. Het liefst zou ik nu in het water springen en nooit meer boven komen.
Ik trek mijn schoenen en sokken uit en sta op. Langzaam zet ik mijn ene voet in het water, het is ijskoud. Toch zet ik mijn andere voet erbij. Even sta ik stil, maar dan doe ik langzaam een stap naar voren. Terwijl de kou mijn lichaam binnen dringt loop ik stap voor stap verder. Als het water aan mijn middel is stop ik. Ik voel het water bijten, bijten van de kou. Ik voel dat mijn benen beginnen te trillen, trillen van de kou. Ik voel mijn lippen blauw worden van de kou... Toch loop ik verder veel trager dan eerst.
Als het water tot aan mijn kin reikt stop ik. Ik voel de pijnscheuten door mijn lichaam gaan. Mijn gedachtes zeggen dat ik terug moet. Maar ik luister er niet naar, ik luister nergens meer naar. Vanaf nu hoef ik nergens meer naar te luisteren. Dan hoor ik in de verte een bekende stem naar me schreeuwen. Het word harder, en bozer. Er komen nog meer stemmen bij. "Geen geschreeuw of wat dan ook meer voor mij" fluister ik met mijn bevroren stem. Dan doe ik mijn ogen dicht, stop ik met ademen en zak ik met mijn hoofd onder water......
Er zijn nog geen reacties.