Foto bij Chapter 2

Fiona's POV
Voorzichtig bestudeer ik de wond op mijn voorhoofd. Deze zal moeilijker te verbergen zijn dan normaal. Het bloedt als een gek. Niets helpt. Met een zucht bind ik maar een grijze sjaal om mijn hoofd. Beter dan niets. Vader wil mijn wonden nooit zien. Het herinnert hem aan mijn moeder. Zuchtend denk ik terug aan de dag dat ik het vergat.

Ik loop de woonkamer in om vaders bord op te ruimen. Ik had net pas voor hem gekookt, maar hij had het binnen drie minuten weggewerkt. Ik loop naar de bank waar zijn bord en tevens ook hijzelf ligt. Ik pak het bord, slalom om hem heen en loop terug naar de keuken. Ineens hoor ik de bulderende stem van mijn vader achter me. Ik draai me langzaam om, bang voor wat ik te zien zou krijgen. Ik kijk recht in het furieuze gezicht van mijn vader. Zijn blik staat vol walging en haat.
'Stomme trut, waarom heb je de wonden niet bedekt? Ik wil jouw vieze gebreken niet zien! Bedek die dingen! Nu!', schreeuwt hij zo hard in mijn oor dat ik een hoge piep hoor.


Het doet me eraan herinneren dat ik nodig het eten moet gaan maken. Snel loop ik naar beneden. Vader zal zo wel thuiskomen van zijn werk. Hij geneest mensen zegt hij. Vroeger wist ik nooit waar hij al die pilletjes en poedertjes waarmee hij zijn zakken vulde en vertrok. Totdat ik ooit zijn klerenkast opruimde en door de achterwand viel. Daar ontdekte ik een kamer met allemaal kruidige planten. En een enorme kast met poedertjes en pilletjes. Ik snapte niet precies wat het allemaal was, dan bedenk ik iets anders. Ik word meegesleurd in de herinnering terwijl ik de net geschilde aardappelen in de pan schuif.

Vader was een tijdje de deur uit voor zaken en het huishouden was helemaal gedaan. Ik verveelde me al een tijdje. Opeens kwam er een gedachte in me op: de TV! Hoe lang was het niet al geleden sinds ik voor het laatst TV heb gekeken? Niet meer sinds zíj nog leefde. Ik verlangde ernaar om de gekleurde beelden in me op te kunnen nemen en de aangename geluiden in mijn oorgangen te kunnen verwelkomen. Ik wist dat het niet mocht. Vader zou woedend zijn als hij me zou betrappen, maar op dat moment kon het me niet schelen. Ik ging op de bank zitten en pakte de afstandsbediening, die standaard op de linkerleuning lag voor mijn vader. Ik liet mijn vingers over de knoppen glijden en stopte boven het aan-knopje. Zou ik het wel of niet doen? Mijn verlangende en nieuwsgierige kant nam meteen de beslissing voor me. Het beeld voor me ging aan en ik zag dat het journaal op was. Het verbaasde me dat mijn vader toch nog iets normaals kijkt. Ik zag een rij met openstaande doosjes en zakjes. Ik zag verschillende pillen in de doosjes zitten en de zakjes bevatten wit poeder. Dit leek erg op het spul wat mijn vader ook verkocht. Drugs.
De presentatrice begon te vertellen: 'Vanmorgen is een 22-jarige man dood aangetroffen in zijn appartement. Zijn bezorgde ouders waren hem gaan opzoeken nadat ze 2 weken niks van hem hadden gehoord. Bij aantreffing van het bewegingloze lichaam hebben ze meteen de politie ingeschakeld. Na een autopsie is gebleken dat het om een overdosis drugs gaat. Het is niet bekend of dit opzettelijk is geweest.'


Een overdosis. Ik gooi het groentemes neer en ren naar mijn vaders kamer. Zorgvuldig schuif ik de kleren opzij en kruip de kast in. Ik duw een paar keer hard tegen de achterwand, totdat hij meegeeft. Snel glip ik tussen de spleet die ontstaan is door. Ik loop vlug langs de planten. De kast is niet op slot. Wat raar is aangezien medicijnen toch gevaarlijk kunnen zijn. Natuurlijk ga ik mijn vader niet vermoorden, maar hem in slaap krijgen hiermee moet lukken. Mijn vader leert me nooit iets. Alles wat ik weet heb ik geleerd van mijn moeder, maar zij is er niet meer. Ik gris een zakje met wit poeder van een stapel en doe de kast zorgvuldig dicht. Ik stop het zakje onder mijn kleren en zorg dat ik nergens sporen achterlaat. Plotseling hoor ik de auto het grint oprijden. Ik pers mezelf terug de kast in en trek de spleet dicht. Zo. Niets meer van te zien. Snel schuif ik de kleren terug en ren naar beneden. Ik zie dat de aardappelen koken en zet snel het vuur laag. Op dat moment komt mijn vader binnen.
'Ah, je bent nog bezig. Schiet op! Ik wil eten! Snap dan dat ik een hele dag hard heb gewerkt!'
'Ja, vader.'
'En breng me iets te drinken.'
'Natuurlijk. Ik zal het meteen doen, vader.' Ik pak een groot glas en schenk een van de scherp ruikende dranken in. Zonder een woord te zeggen pakt hij het aan en ploft op de bank. Terug in de keuken besluit ik mijn plan meteen uit te voeren. Ik schep de aardappelen, groenten en het vlees op een bord. Dan pak ik een groot glas en vul het met water. Ik haal het zakje poeder onder mijn kleren vandaan en kieper het in het glas. Ik roer er even door met een lepel en voilà, perfect gecamoufleerd. Ik zet het bord, het glas en bestek op een dienblad en loop snel naar de woonkamer, langs de amper gebruikte eetkamer. Ik zet het dienblad neer op de salontafel.
'Alstublieft, vader.'
'Ja, ja. We weten het.' Ik pak het lege drankglas en zet het in de keuken. Zoals iedere avond zal mijn vader een kwartier doen over zijn eerste portie en dan om een tweede vragen en in de tussentijd het glas water achterover kwakken. Ik heb dus een kwartier om wat klaar te leggen. Ik loop snel de trap op. Ik trek een versleten, donkere joggingbroek uit mijn kast, waar toch bijna niets in ligt, en een zwart hemdje. Als ik daadwerkelijk naar buiten ga is dat natuurlijk te koud. Misschien heeft vader nog iets. Ik ruk zijn kast open en pak een dikke donkerblauwe trui. Veel te groot. Ik trek hem nog niet aan maar loop naar beneden en leg hem in een keukenkastje.
'Tiffany! Ik wil wel wat meer dan zo'n klein mondje!'
'Ik kom al, vader!' Ik haat het als hij me Tiffany noemt. Ik noem mezelf het liefste Fiona. Al is dat mijn tweede naam. Ik pak een nieuw bord en een nieuw glas met schoon water. Nu hopen dat hij de verandering van kleren niet opmerkt. Ik ga dit gewoon echt doen. Na 17 jaar! Mijn hart klopt als een bezetene terwijl ik het eten neerzet. Ik pak het andere bord en het -tot mijn voldoening- lege glas en breng het naar de keuken. Nu wachten. Ik pak het vest en wacht totdat ik niets meer hoor dan het gedempte geluid van de tv. Dan loop ik zo stil mogelijk naar de keukendeur. Die is gewoon open. Alleen het omheinende hek zal waarschijnlijk een probleem worden. Ik sluip over het grasveld. Jezus. Jezus. Jezus. Waar ben ik mee bezig?!? Adrenaline bonkt door mijn lichaam. De stilte op het erf is oorverdovend. De oude boerderij -mijn huis- is een lichtbaken in het volstrekte duister. Ik ontwijk de lichtbundels die op het grasveld schijnen, totdat ik uiteindelijk aankom bij het hek. Het is net een gevangenismuur. Inclusief de prikkeldraad. Ik weet dat ik nog niet veilig ben. Ik moet nu doorzetten. Nú. Ik zet mezelf af tegen te grond en kom halverwege met mijn handen. Ik grijp het gevlochten staal beet en zoek houvast met mijn voeten. Het ijzer snijdt in mijn vingers, maar ik voel het amper. Zodra ik bij de prikkeldraad kom grijp ik me vast aan een plek zonder prikkels. De draad geeft een stuk mee en ik glij weg. Twee seconden lang hang ik met maar een hand aan het hek. Dan trek ik me weer op en gooi me door de prikkeldraad. Alles lijkt in slowmotion te gebeuren. Ik voel de stekels mijn kleren en huid doorboren en lange krassen achterlaten. Even hang ik stil. Dan val ik met een rotvaart naar beneden. Ik beland met een klap op mijn rug en de lucht wordt uit mijn longen geslagen. Maar de volgende ademteug die ik neem is in vrijheid. Het is gelukt! Ik ben eruit! Dat geeft me nieuwe energie en ik spring op, om met een vaart door het aangrenzende maïsveld te gaan rennen.

Reageer (4)

  • ImagineDay

    Wauw... super mooi geschreven (: x

    1 decennium geleden
  • Kareltjuh

    Beetje midden in de nacht lopen schrijven..

    1 decennium geleden
  • Radiate

    nieuwe aboo<3

    1 decennium geleden
  • Debussy

    Spannend!!!!!!!!!!
    Snel verder??!!!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen