13.
Draco.
Na mijn gesprek met June was mijn humeur echt helemaal verpest. Ik had geen zin meer om toe te kijken hoe ze op het podium stond en met Lucas danste, zonder aandacht aan mij te besteden. Ik trok Jolien naar me toe en bracht mijn lippen naar haar oor.
‘Weet je, ik ken je nog maar net, maar het voelt goed om in je buurt te zijn. Ik heb nog nooit iemand als jou leren kennen.’ Fluisterde ik liefjes in haar oor. Ze wierp me een verlegen glimlach toe. ‘Ik vind jou ook leuk.’ Gaf ze verlegen toe. ‘Weet je, er komen nog een heleboel feesten dit jaar. En nu is er helemaal niemand in de leerlingenkamer. Misschien kunnen we daarheen gaan om een beetje te praten?’ vroeg ik haar, ik wierp haar een verleidelijke glimlach toe en hield haar ogen vast met de mijne. Ze bezweek. ‘Tuurlijk.’ Glimlachte ze. Ze nam mijn hand beet en samen zette we koers naar de leerlingenkamer van zwadderich.
Ik staarde naar het plafond terwijl ik nadacht over de avond. Jolien lag over mijn borst heen en leek in een diepe slaap. Ik kon de slaap nog niet vatten maar had ook geen zin meer om naar het feest te gaan. Maar ik had wel honger. Misschien kon ik naar de keukens glippen om daar wat gebak te halen. Voorzichtig legde ik Jolien naast me neer en stond toen op om me aan te kleden. Mijn kleren lagen verspreid over de kamer en met een grijs dacht ik terug aan hoe we elkaar bijna de kleren van het lijf hadden gescheurd toen we uiteindelijk hier beland waren. Ik moest toegeven dat ze best goed geweest was, misschien een zeven en half. Ik trok mijn slaapkamerdeur voorzichtig achter me dicht en slenterde toen door de leerlingenkamer richting de keukens.
De gangen waren verlaten, maar toen ik voorbij de openstaande deuren van de grote zaal liep zag ik wel dat het feest ten einde liep. Al meer dan de helft van de leerlingen waren al vertrokken en er stonden nog maar enkele leerlingen te dansen. Lucas zong ook een veel rustiger lied terwijl June waarschijnlijk weer naar achter was, want ik kon haar nergens zien. Ik slenterde verder richting de keukens en hoopte dat de leerkrachten niet plots het idee hadden gehad om te controleren of de leerlingen na het feest wel rechtstreeks naar hun kamer liepen. Ik had echt geen zin in strafwerk. Ik wilde net de peer op het portret kriebelen toen ik een stem hoorde. Ik keek geschrokken om me heen en hoopte dat het Anderling niet was, die leek er voldoening uit te halen om me strafwerk te geven. Maar de gang was verlaten. Ik haalde opgelucht adem.
‘Maar waarom kunnen we niet gewoon naar huis?’ zuchtte iemand. Ik fronste mijn wenkbrauwen, dat was zeker en vast professor Anderling niet. De stem had heel erg kinds geklonken. ‘Het spijt me, liefje. Dat kan gewoon niet. Ik beloof dat we snel naar huis gaan, maar nu moet je sterk zijn.’ Ik wist echt honderd procent zeker dat dat de stem van June was. De stem leek van de muur tegenover de keukens te komen. Ik keek onderzoekend naar de muur en zag toen een deurklink die me nooit opgevallen was. Het was hier ook zo donker. Voorzichtig duwde ik de klink naar beneden en opende de deur op een spleetje, net genoeg om erdoorheen te gluren. De kamer was enorm en op het eerste zicht een kinderkamer. De muren hadden een lichte kleur lila waarop verschillende bloemen geschilderd waren. Er stonden zes bedden en de hele kamer lag vol met speelgoed. Één meisje van ongeveer vijf jaar speelde samen met twee andere jongens met de treintjes terwijl een andere jongen aan een tafel met stiftjes in de weer was. June stond naast een wiegje met in haar armen een baby. Naast haar stond nog een kind dat duidelijk al iets ouder was dan de rest. Tien, misschien elf jaar oud. ‘Maar ik wil helemaal niet sterk zijn, ik wil naar huis. Sofia huilt de hele dag door, Collin en Alexander maken voortdurend ruzie over Mary, Timo loopt iedereen op te jutten en wild te doen.’ Klaagde de jongen.
‘het spijt me, ik weet dat je het heel zwaar hebt. Maar professor Perkamentus heeft ons erg geholpen door ons hier te laten logeren en daarom help ik hem nu ook. Hou gewoon nog heel eventjes vol. Alsjeblieft? Ik beloof dat het allemaal beter word.’
De jonge zuchtte en knikte. ‘Collin, Mary en Alexander hebben nieuwe kleren nodig. Ze zijn de laatste weken verschrikkelijk gegroeid.’ Zei de jongen. June zuchtte. ‘Ik zal zien wat ik kan doen. En nu is het tijd om te gaan slapen. Het is al héél lang bedtijd geweest. Hop, iedereen zijn bed in.’ Beval June terwijl ze de kinderen bestraffend, maar toch lachend aankeek. De baby in June’s handen begon te huilen en sussend wreef June over haar wangen. De baby stopte bijna meteen met huilen en greep de vingers van June. Haar kleine vingertjes sloten zich om haar pink en ze leek te hopen dat ze die nooit meer los moest laten. Maar jammer voor haar legde June haar bijna meteen terug in haar wieg, waarna ze haar teder onderstopte. God, ik had June nooit echt als een moederfiguur gezien. Wie waren deze kinderen? Waren dit allemaal haar broertjes en zusjes?
‘June, wil je een slaapliedje zingen?’ smeekte het ander meisje. June glimlachte en knikte terwijl ze op het uiteinde van haar bed ging zitten. ‘Maar daarna allemaal slapen, hé?’ De kinderen knikten braaf en gingen als bewijs onder hun lakens liggen. ‘Goed dan, welk lied moet ik zingen?’ vroeg ze.
‘Dat van mama.’ Zei een van de jongens meteen, ik schatte hem een jaar of zes, zeven. June fronste haar wenkbrauwen, maar knikte toch.
‘Goed dan.’ Zuchtte ze.
Ze verzette zich een beetje en begon toen te zingen, en ik stond met mijn mond vol tanden. Ze had de hele avond op het podium gezongen, maar niet zoals dit. Dit lied zat echt vol met emoties en was echt verbazingwekkend hoog. Het was het mooiste wat ik ook had gehoord.
(Christina Aguilera - The Voice Within)
‘Young girl don’t cry
I’ll be right here when your world starts to fall
Young girl it’s alright
Your tears will dry, you’ll soon be free to fly
When you’re safe inside your room you tend to dream
Of a place where nothing’s harder than it seems
No one ever wants or bothers to explain
Of the heartache life can bring and what it means
Chorus:
When there’s no one else, look inside yourself
Like your oldest friend just trust the voice within
Then you’ll find the strength that will guide your way
You’ll learn to begin to trust the voice within
Young girl don’t hide
You’ll never change if you just run away
Young girl just hold tight
Soon you’re gonna see your brighter day
Now in a world where innocence is quickly claimed
It’s so hard to stand your ground when you’re so afraid
No one reaches out a hand for you to hold
When you lost outside look inside to your soul
Chorus
Life is a journey
It can take you anywhere you choose to go
As long as you’re learning
You’ll find all you’ll ever need to know
(be strong)
You’ll break it
(hold on)
You’ll make it
Just don’t forsake it because
No one can tell you what you can’t do
No one can stop you, you know that I’m talking to you
Chorus
Young girl don’t cry I’ll be right here when your world starts to fall
Het lied liep ten einde en bijna alle kinderen lagen al te slapen. Ze zuchtte en ik zag dat ze enkele tranen weg veegde. Ik wilde naar binnen gaan en haar troosten, maar dat zou ze vast niet fijn vinden. Ze had veel moeite gedaan om deze kinderen te verzwijgen, dus ze zou het vast niet fijn vinden als ze me zag. Ze liep van bed naar bed om iedereen wat beter onder te stoppen en ging dan nog even bij de baby kijken, die intussen ook al lag te slapen. Ik zag dat ze nog steeds huilde. O god, wat wilde ik haar graag in mijn armen houden om haar te troosten. Bijna had ik de deur opengegooid om naar haar toe te lopen, toen een luide kuch me deed opschrikken, waardoor ik voorover viel, de kamer binnen. June keek geschrokken op en achter me in de deuropening stond natuurlijk Lucas. ‘Het feest was afgelopen dus ik dacht, laat ik nog maar even komen kijken.’ Zei hij droog terwijl hij over me heen stapte. Ik sloeg beschaamd mijn ogen neer en ik voelde het bloed naar mijn wangen stijgen. ‘Ik was op weg naar de keukens en ik hoorde je en ik deed het niet expres maar ik zag…’ ratelde ik, maar uiteindelijk wist ik niet goed wat zeggen. Ik stond voorzichtig op en keek aarzelend op naar June. Deze keek me kwaad aan. ‘Maak dat je wegkomt, nú.’ De dreiging in haar stem was zo angstaanjagend dat ik me snel omdraaide en uit de voeten maakte.
Er zijn nog geen reacties.