Foto bij H7: Shoppen

‘Ben je klaar?’ roept mijn moeder van beneden. ‘Ja, ik kom!’ roep ik terug. Het is een tien minuten rijden naar het centrum. Als we er zijn zie ik meteen een Esprit. ‘Oeh, oeh, ik wil daarheen!’ ‘Haha, is goed!’ Bij de Esprit heb ik al twee leuke shirtjes, een is felgroen met zwarte strepen en op de ander staat de tekst: ‘Happiness isn’t destination, it’s a way of life’, en een broek. Daarna gaan we naar de H&M. Ik zie een heel leuk jurkje. Zwart met witte vlekken. Maar natuurlijk is die er weer niet in mijn maat. We gaan door naar een schoenenwinkel. Daar die ik hele leuke sleehakken. Ze zijn wel heel hoog en ik loop eigenlijk altijd op platte schoenen. Maakt niet uit, ik leer het wel! Het is ondertussen al half twee en we halen een broodje. Als we die ophebben gaan we naar de V&D. mijn moeder gaat even bij de jurkjes kijken. Er staat aan de andere kant een jongen met zijn rug naar me toe. Hij heeft lang, zwart haar wat onder een muts gestoken is. Hij draagt een zwart leren jack en er komt een paars shirt onderuit. Daar onder zit een zwarte jeans. Het ziet er van achteren best wel sexy uit. Ondertussen loop ik gewoon door en als ik dichterbij kom draait hij zich om. Het is Bill! Waarom zag ik dat niet eerder? ‘Hoi’ zeg ik. Hij negeert me totaal en loopt gewoon door. Ik weet zeker dat hij me zag. Kijk, dat hij me niet mag is een ding, maar dan hoeft hij me niet totaal te negeren. Verslagen loop ik naar een rek met shirts. Mijn moeder is er ook weer. ‘Wat is er, lieverd?’ ‘Niks’ Ik kwam gewoon even iemand tegen waarvan ik geen idee heb waarom die me haat. Denk ik erachter aan.
Oke, ik ben dan misschien geen superfan van Tokio Hotel, maar ik heb heus wel eens een interview gezien. Daar leek Bill altijd zo vriendelijk en open. Het tegenovergestelde van nu dus. Misschien is dat wel gewoon allemaal fake. Maar Tom zei dat hij alleen nu zo was. Hmm…

Mijn moeder was begonnen met werken. Ik zat thuis muziek te luisteren, te tekenen of piano te spelen. Soms ging ik de stad in en weer een andere keer ging ik naar Tom en Bill. Of nou ja, eigenlijk naar Tom. Bill ging altijd meteen naar boven of weg. Als hij dat niet deed vond hij het leuk om me te beledigen. Tom heeft al met hem gepraat, maar daar luistert hij niet naar.
Het is een maand later. Mijn moeder komt thuis van haar werk. We zitten te eten. ‘Ik moet je iets vertellen’ zegt ze. ‘Ik moet voor bijna een jaar weg voor mijn werk. Ik moet naar Amerika. Ik weet dat je nog niet veel mensen hier kent en je kan niet met mij mee. Ik heb Simone gevraagd of je bij hun kan blijven.’ Ik ben een beetje verbaasd. Zijn we net verhuist voor haar werk, gaat ze weer weg. ‘Maar zou jij dat wel leuk vinden? Ik weet niet waar je anders heen moet…’ zegt ze nog. ‘Nou, als het moet, dan moet het.’ Zeg ik. ‘Zal ik dan tegen Simone zeggen dat jij het goed vind?’ vraagt mijn moeder opgelucht. ‘Ja, doe maar.’

Als is twee dagen later naar Tom ga word de deur opengedaan door Bill. Hij kijkt nu nog pissiger dan altijd. Hij kijkt zo ontzettend dodelijk. Zo blijven we ongeveer een halve minuut staan, die veel langer lijkt te duren. Gelukkig verschijnt Tom achter Bill om te kijken waar iedereen blijft. Bill draait zich om en gaat naar boven. ‘Hee, huisgenoot!’ ‘Hoi, toekomstige huisgenoot’ ‘Ik vind het echt zo leuk dat je bij ons gaat wonen! Je moet echt een keer meekomen als we dan gaan repeteren met de band!’ ‘Haha, ik vind het ook wel leuk, maar ik ga mijn moeder wek missen.’ ‘Ja, dat snap ik, Bill en ik missen onze moeder ook altijd wel als we op tour zijn.’ ‘Wanneer kom je eigenlijk?’ vraagt Tom. ‘Weet ik eigenlijk niet, maar ik geloof over een paar dagen’ We staan nog steeds in de deuropening. Er hangt even een stilte. ‘Mag ik binnenkomen’ ‘O, ja, tuurlijk, sorry!’ We gaan naar de woonkamer. Simone zit daar ook. ‘Hoi, Lisa, leuk dat je binnenkort bij ons komt wonen!’ zegt ze vrolijk. ‘Ja ik vind het ook wel leuk!’ ‘Wil je wat drinken?’ vraagt Tom. ‘Nu pak ik het nog voor je, over een paar dagen mag je dat zelf doen!’ vervolgt hij. ‘In dat geval, doe maar cola.’ Als hij weer terug is vraagt hij: ‘Zullen we naar boven gaan? Kan ik je je toekomstige kamer laten zien.’ ‘Ja, is goed!’ Het is een hele mooie kamer, het heeft dan misschien niet zo’n raam als bij mij thuis, maar er is wel een heel groot raam. Bijna van het plafond tot de grond. De muren zijn blauw, maar er hangt nog niets aan. Daar heb ik dus mijn posters voor. Er is ook een inloopkast. ‘En, wat vind je?’ vraagt Tom hyper. ‘Echt mooie kamer met dat blauw enzo, en dat raam! Echt mooi’ ‘Wat wil je nu doen?’ vraagt Tom. ‘O, je zou nog een keer voor me gaan pianospelen!’ ‘Nou, eigenlijk…’ Hij kijkt me met grote, mooie, puppy ogen aan. Wow, die ogen zijn echt mooi! Dit kan ik niet weigeren. ‘Oke, dan’ ‘Yess!’ Hij trekt me mee naar een andere kamer. Die had ik nog niet gezien. Als hij de deur open doet valt mijn mond open. ‘Wow!’ Er staan een drumstel een paar gitaren en een microfoon. In de hoek staat een enorme, zwarte vleugel. ‘Mooi hè? Hier repeteren we altijd. Het is geluiddicht.’ ‘Echt mooie piano’ ‘Nou, ga spelen dan!’ dringt Tom aan. ‘welk liedje?’ ‘Kan je noten lezen?’ ‘Ja’ ‘Oke, dit is onze bladmuziek. Welke liedjes van ons vind je leuk?’ ‘Uhm… eigenlijk allemaal wel, maar World behind my Walls en Don’t jump vind ik wel heel mooi.’ Tom geeft me de bladmuziek van World behind my Walls. Ik sla een paar noten aan. In het begin gaat het wat moeizaam, maar daarna gaat het steeds beter. Als ik het bijna foutloos heb uitgespeeld kijkt Tom me met open mond aan. Hij zegt niks voor een tijdje. ‘Uhm, Tom, het toch hier een beetje’ zeg ik als hij me nog steeds aanstaart. ‘Ow, sorry. Hoezo, je kan niet zo heel goed spelen? Dat was echt geweldig!’ Ik word rood. Ik kan er nooit tegen als mensen me aanstaren of complimentjes geven. ‘Uhm… dankje’ ‘Oke, nu moet je don’t jump proberen!’ Tom is weer hyper. We gaan nog even door. Daarna is het alweer tijd om te gaan eten en ga ik naar huis.

Bill pov.
*zucht* Nu blijft ze ook nog bij ons wonen. Ik wil naar beneden lopen en loop langs de repetitieruimte. Ook al is hij geluiddicht, toch hoor ik nog heel zacht iemand op een piano. Ik zet de deur op een kier en zie Lisa bijna foutloos World behind my Walls spelen. Wow, dat klinkt goed! Dan gaat ze verder met Don’t jump. Ik blijf staan tot het liedje is afgelopen. Als ze opeens opstaat en hiernaartoe loopt, ren ik zo snel als ik kan terug naar mijn kamer. Ze heeft me niet gezien. Gelukkig!

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen