004. Pech
De training was eindelijk tot zijn einde gekomen. In mijn ogen was anderhalf uur training veel te lang voor jongentjes van 6 , maar aangezien ik mezelf vandaag al vaak genoeg voor schut had gezet besloot ik mijn mond te houden.
Toen Tim automatisch mijn hand vastpakte wierp ik een blik op de licht schemerende hemel boven me. Ik gokte dat het net 8 uur was.
'Laten we naar huis gaan, je moeder is vast bezorgd waar je blijft.' glimlachte ik richting mijn neefje. Zijn blauwe ogen stonden vermoeid en pas toen ik zachtjes aan zijn arm trok liep hij langzaam met me mee.
'Kan ik niet gewoon bij jou slapen? mompelde hij vragend. Uit de klank van zijn stem kon ik opmaken dat hij echt geen zin had om naar huis te gaan.
'Natuurlijk lieverd, ik bericht je moeder zo wel even.'
Ik gaf een zachte aai over zijn bol, waarna hij zijn sporttas omhoog hield. Als teken dat ik deze moest vasthouden.
Met opgetrokken wenkbrauwen keek ik hem aan. 'Mankeert er wat aan je handen?'
'Ik ben moe Val..' zuchtte hij met een zeurende ondertoon. Ik lachte toen hij me met een pruillip aankeek.
'Goed dan, maar je moet geluk hebben dat je niet hoeft te fietsen.' grinnikte ik.
'Waarom heb je dan ook geen auto meer?' mopperde hij, meer tegen zichzelf als tegen mij. Ik haalde onverschillig mijn schouders op.
'Mijn auto is kapot gegaan, en ik heb geen geld voor een nieuwe.'
'Hij is niet kapot gegaan, jij hebt hem kapot gereden. Dat is iets anders.'
Ik schoot in de lach door zijn toon, en kon het hem dan ook absoluut niet kwalijk nemen. Ik was op weg geweest naar een vriendin op het moment dat mijn telefoon ging, en toen was daar plotseling dat paaltje geweest.
Hoe graag ik het ook zou willen, ik had geen geld voor de reparatie of een nieuwe auto. En toch vond ik het niet erg om overal op de fiets heen te gaan. Tegen openbaar vervoer had ik ook nooit iets gehad.
Nog voordat ik bij mijn fiets was aangekomen zag ik het al. Kreunend liet ik de sporttas op de grond vallen en bleef met gesloten ogen op mijn plek staan.
Natuurlijk. Hoe kon het ook anders zijn.
'Wat is er?' vroeg Tim geschrokken. Hij trok zachtjes aan mijn hand, wat maakte dat ik mijn ogen weer opende.
Zuchtend wees in naar mijn fiets, mijn vinger gericht op de lekke achterband.
'AH NEE!'
Tim schreeuwde zo hard dat meerdere mensen die nog bij de kantine rondhingen onze kant op keken. Ik glimlachte geruststellend hun kant op en knielde neer bij mijn neefje.
'Sorry, maar ik denk dat we..' - 'Ik ga niet naar huis LOPEN Valerie.'
Ik zuchtte en keek naar de grond. Natuurlijk wou hij niet lopen, hij was hartstikke moe van zijn training. Ik kon ook niks voor elkaar krijgen.
'Wie moet er lopen?' een bekende, lage stem zorgde ervoor dat ik vlug rechtop ging staan.
'Ah, Daley.' glimlachte ik zwak. Dit kon er ook nog wel bij, wat een afgang...
'Wij moeten naar huis lopen omdat haar band lek is.' zuchtte Tim en wuifde met zijn hand naar mijn fiets. Toch zag ik onmiddellijk de blik in zijn ogen veranderen. Daley was en bleef een speler van Ajax.
'Geen auto?' vroeg hij verbaasd en sloeg zijn armen over elkaar.
Ik opende mijn mond om te antwoorden, maar Tim was me voor.
'Heeft ze kapot gereden.'
Hij probeerde het te verbergen, maar ik merkte hoe zijn linker mondhoek steeds een beetje omhoog kroop. Hij leek zich vandaag wel erg te amuseren in mijn bijzijn. Ik kon het hem niet kwalijk nemen, hoe kon iemand zich dan ook zo erg voor schut zetten op 1 dag?
Volgens mij werd ik rood tot achter mijn oren, want het liefste wou ik nu door de grond zakken.
'Ja, het is niet anders. Laten we maar vlug naar huis gaan voordat het echt donker word. Ik haal mijn fiets morgen wel op.' zei ik snel en pakte Tim's bovenarm harder vast dan mijn bedoeling was.
'Hooooo, wacht even. Ik laat jullie echt niet naar huis lopen hoor.' hield hij me bijna schreeuwend tegen. 'Ik breng jullie wel even naar huis joh.'
'Yes.' klonk Tim onmiddellijk. Daley lachte zachtjes door zijn reactie.
Ik bleef aarzelend staan. Aan de ene kant kende ik deze jongen helemaal niet, maar aan de andere kant wist ik dat hij absoluut niemand kwaad zou doen. En ik had bovendien echt geen zin om drie kwartier te lopen.
'Zeker weten?' vroeg ik met opgetrokken wenkbrauwen.
Hij glimlachte en legde zijn hand op mijn schouder. 'Zeker weten. Ik bel straks wel even dat ze je fiets binnen moeten zetten, kan je hem morgen zo ophalen.'
'Dankjewel.' mompelde ik, oprecht dankbaar.
Tim klapte enthousiast in zijn handen en trok Daley nog net niet aan zijn arm mee naar de parkeerplaats.
'Je hebt geluk dat je een hele mooie nicht hebt, Tim.'
Reageer (13)
aaahwieeeeeee daley en valerie en tim is schattigheid
9 jaar geledenGeweldig<3
1 decennium geledenx
I love it!
1 decennium geledenHAHAHA. Daley is wel echt genius bezig. <3
1 decennium geleden*daley
1 decennium geleden