Schrijfwedstrijd Erieka: Opdracht 2
Het witte gele licht van de straatlantaarns, die synchroon naast de autoweg in een rijtje stonden, verlichtten de donkere straten. Een kille bries schuurde tegen mijn koude huid aan en een zachte rilling gleed langs mijn ruggengraat heen. Mijn blik had ik op het voetpad gericht, die iets verder verdween in de duisternis. Een zucht gleed langs mijn droge lippen en wreef met mijn handen in mijn ogen. De vermoeidheid stapelde zich langzaam in me op en met moeide hield ik mijn ogen open. Een uur geleden was die vermoeidheid nog ver te zoeken. Zoals altijd kon ik weer niet slapen en op die momenten deed ik niets liever dan rond dwalen in de donkere straten van Antwerpen. Op zoek naar iets wat ik nog niet had gezien of nog niet had opgemerkt, maar deze straat kende ik maar al te goed. Ik had deze straat een naam gegeven: De spook straat. Deze straat was altijd al mijn favoriet geweest. Elke dag op klokslag twaalf uur gingen alle lichten van elke woning, van elke kamer uit. Alleen de lantaarns waren de lichtbron van deze straat. Er werd ook verteld dat als je hier alleen wandelde, dat er vreemde geluiden te horen waren en dat er niets of niemand te zien was. Nog nooit had iemand het verhaal helemaal afgemaakt. Niemand wist hoe het eindigden. Ook al was deze roddel nog vers, stiekem geloofde ik hem niet.
Voetstappen rukte me uit mijn gedachten en geschrokken keek ik over mijn schouder. Een angstig gevoel bekroop mijn lichaam, toen mijn blik kruiste met een onbekende man, die langzaam mijn richting kwam op gewandeld. Ik beet in de binnenkant van mijn wang en voelde hoe mijn hart sneller begon te slaan. Met grote passen liep ik verder en zocht naar een steegje, waar ik me in kon verstoppen. Mijn ogen gleden van links naar rechts en mijn hart deed over uren, toen ik opmerkte dat er geen enkele steeg te vinden was. Met een schuin oog keek ik weer achter me en een schok gleed door mijn lichaam heen, wanneer ik zag dat de man mij van een afstandje volgde. Wanhopig begon ik te rennen, waarbij mijn ademhaling versnelde en ik langzaam uitgeput geraakte. Ik stopte met lopen en hijgend, zakte ik door mijn knieën. Langzaam ademde ik in en uit en keek weer over mijn schouder. Tot mijn verbazing was de man verdwenen en een kleine glimlach speelde rond mijn lippen. Een opgeluchte zucht verliet mijn lippen en in een snelle beweging stond ik weer recht. Zacht geneurie liet mijn trommelvliezen trillen, waarna ik de omgeving inspecteerde. Mijn hart miste een slag toen er niemand te bekennen. Net zoals het verhaal rond ging. Zou het dan toch waar zijn?
Toen ik mijn blik naar een steegje had gericht, die enkele meters verder van mij bevond, leek het geluid zich iets harder te spelen. Nieuwsgierig, maar waakzaam liep ik naar het steegje toe en gluurde van achter een muur naar het mysterieuze steegje. Alleen duisternis was in het steegje te zien en het verhaal begon zich dieper en dieper in mijn gedachten te dringen. Alle symptomen speelden zich af op een rijtje en mijn hart begon weer sneller te slaan, bij de gedachten wat er nog zou volgen. Een zucht gleed over mijn lippen en drukte mijn tanden in mijn onderlip. Een koude hand wikkelde zich om mijn arm en met harde ruk werd ik het steegje ingetrokken. Met een harde knal botste ik met mijn rug tegen de muur en een harde schreeuw verliet mijn mond. Een pijnscheut gleed over mijn ruggengraat. Ik schreeuwde het uit van de pijn, waarna mijn mond werd gesnoerd door een hand. 'Eindelijk heb ik je liefje,' prevelde een zware, maar hese stem tegen mijn oorschelp. Met zijn hele lichaam drukte hij me nog harder tegen de muur aan, zodat ik niet meer weg kon. Met zijn tong likte hij mijn wang en ging zo langzaam naar mijn nek toe. Ik schreeuwde onverstaanbare woorden tegen zijn hand aan en met mijn knie schopte ik hem tegen zijn been. De man begon geamuseerd te lachen en met doordringende ogen keek hij me aan. Dankzij het maanlicht kon ik zijn grote grijns zien, die rond zijn lippen speelde en een kleine schok gleed door mijn lichaam heen, toen ik zag dat het de man van daarnet was. Zijn andere hand had hij op mij borst gelegd en ruw begon hij erin te knijpen. Zo hard als ik kon, begon ik met mijn lichaam te spartelen en probeerde hem van me af te duwen. 'Werk mee liefje,' zei hij, waarna hij zijn lippen ruw op die van mij drukte.
'Dan is het sneller voorbij,' zei hij met een geile ondertoon. Hij drukte zijn onderlichaam dichter naar de mijne toe en ik voelde een harde knobbel tegen mijn lichaam schuren. Een zachte kreun verliet zijn mond, waarbij ik voelde hoe hij zijn hand onder mijn shirt stopte en wild aan mijn bh begon te trekken. Weer drukte hij zijn lippen vol lust op de mijne, waarna ik weer hard begon te schoppen en te schreeuwen. Een brandende pijn stapelde zich op in mijn wang, toen de man me een harde klap gaf. 'Werk mee,' zei hij dreigend en ik voelde zijn hand in mijn broek glijden. Met zijn andere hand wurgde hij met de knoop van mijn broek. Vloekend bleef hij prutsen en eenmaal hij de knoop had los gekregen, trok hij mijn broek in één ruk naar beneden. Gillend begon ik weer te spartelen en drukte mijn benen tegen elkaar. De man trok zijn broek zonder enige moeite af, zijn ondergoed volgend. Meteen sloot ik mijn ogen en voelde de tranen achter mijn ogen branden . Wanhopig begon ik te huilen, toen ik voelde dat de man mij bij mijn haren vastgreep. Hij dwong me op mijn knieën te gaan zitten en enkele seconden later voelde ik hoe hij zijn hele lid in mijn mond stak. Hard stootte hij diep in mijn mond en hoe dieper hij ging, des te meer ik begon te kokhalzen. Happend naar adem, voelde ik hem diep in me gaan en tranen stroomden over mijn wangen. De pijn die heel mijn lichaam overmeesterd had stapelde zich langzaam op en de vuile smaak van zijn penis die mijn smaakpapillen had verwoest. Een harde kreun verliet de man zijn mond en in één ruk haalde hij zijn penis uit mijn mond. Opgelucht haalde ik adem, waarna ik nog harder begon te huilen. 'Laat me alstublieft gaan,' smeekte ik op mijn knieën. De man begon hard te lachen en trok aan mijn arm, om me zo terug recht te zetten.
'We zijn bijna klaar,' fluisterde hij in mijn oor, waarna hij me terug tegen de muur duwde en mijn benen in een snelle beweging spreidden. Snel rukte hij mijn onderbroek naar beneden en keek geamuseerd naar mijn half naakte lichaam. Huilend wachtte ik op een reactie en beet op de binnenkant van mijn wang. Hij zette een stap dichter naar mij toe en ik voelde zijn erectie tegen mijn onderbuik schuren. Met zijn hand streelde hij mijn wang en glimlachend keek hij me aan. 'Dit gaat even pijn doen,' zei hij sussend, waarna hij zonder enige waarschuwing bij me binnen stootte. Ik schreeuwde het uit van de pijn en huilend, keek ik toe hoe de man kreunend zijn ding deed. Hij voerde het ritme in een top snelheid en pijnscheuten gleden over mijn ruggengraat heen, naar mijn hersenen toe. Hard begon de man te roepen en al snel haalde hij zijn lid uit me en begon zich ruw af te trekken. Zijn witte goedje liet hij over mijn benen stromen en lachend trok hij zijn kleding terug aan. 'Dag liefje,' zei hij zwoel in mijn oor en ging er van door. Huilend zakte ik door mijn benen en ging op de koude grond zitten. Vernederd begon ik te snikken en keek doelloos voor me uit.
'Zoë?' Verward keek ik op.
Zoë!' Een harde knal galmde door mijn gehoorgangen heen en geschrokken schoot ik overeind en keek ik in de blauwe ogen van mijn zus. 'Is alles oke?' Vroeg ze iet wat bezorgd.
'Ik hoorde je schreeuwen tot in mijn kamer.' Ik knikte en dwong mijn mondhoeken te krullen. Glimlachend verliet ze mijn kamer, waarna ik me zuchtend terug liet vallen op mijn kussen. Ik wreef het zweet van mijn voorhoofd en beet op mijn onderlip. Waarom deze droom altijd terug kwam wist ik niet. Was het een teken, een waarschuwing? Waren de verhalen, de roddels over die straat dan toch waar? Was het dan toch gevaarlijk om 's nachts door die straat te wandelen. Het antwoord wist ik niet, maar ik was er wel zeker van. Als ik de volgende keer niet kan slapen, ga ik zeker en vast niet meer wandelen in die bekende, donkere straten.
Er zijn nog geen reacties.