O74. Elisa Romaine
Waarschijnlijk zag ik er nu echt stom uit. Ik wist dat mijn ogen wijd open waren en dat mijn mond openstond maar ik leek niet anders te kunnen. Ik was verbaasd, natuurlijk, maar nog meer was ik verdrietig. Nu waren al mijn kansen weg. Het stemmetje in mijn hoofd dat schreeuwde dat ik moest proberen Embry te zoenen was nu doodstil. Ik kon het nu niet proberen. Seth en hij waren beste vrienden, broers. Wanneer Embry nu stierf…
Ik wilde er niet aan denken.
Langzaam probeerde ik te verwerken wat ik had gezien. Embry was in een wolf veranderd. Seth ook. Cecilia had Seth gezoend en hij leefde nog. Hij leefde nog! Ik wilde zo graag blij zijn voor mijn zusje en dat was ik eerlijk waar ook, maar nu overheerste het trieste gevoel.
Ongemerkt stroomden tranen over mijn wangen, toen ik zei: ‘Gefeliciteerd, Cece. Het is je gelukt.’ Ze keek op en lachte naar me, terwijl haar onderlip oncontroleerbaar trilde.
‘Wacht even, Elisa. Je zei toch dat wanneer jij of Cecilia iemand zoenden ze zouden sterven?’ vroeg Embry plots. Hij keek me verward aan.
‘Dat is ook zo, meestal dan,’ fluisterde ik. Aarzelend gaf ik Embry mijn jas en hij trok deze dankbaar aan.
‘Hoe bedoel je meestal dan?’ Beschaamd keek ik weg. Ik had iets voor hem achter gehouden terwijl ik beloofd had de waarheid te zeggen. Hij legde zijn warme hand op mijn wang en draaide mijn gezicht zijn kant op. Zijn warme bruine ogen stonden weer gekwetst. ‘Er is een uitzondering. Een uitzondering waar jij me niets over verteld hebt.’ Zachtjes beet ik op mijn lip. Teder streek hij mijn tranen weg. Zonder dat hij het zelf door had was hij veel te lief voor me.
‘Waarom heb je niets gezegd?’
‘Omdat ik bang was dat je het zou proberen,’ mompelde ik.
‘Wat proberen?’ Ik had een brok in mijn keel. Hoe kon ik hem dit ooit vertellen? Eigenlijk zou ik hem zeggen dat ik dacht dat hij nooit mijn ware liefde kon zijn. Zou hij dan niet nog meer gekwetst zijn.
Mij zoenen. Wanneer mijn ware liefde me zoent, blijft hij leven,’ Ik zweeg even. ‘Dat is er bij Cece en Seth gebeurt. Maar ik wil het risico niet nemen, hoe leuk ik je ook vindt.’
‘Je vindt me leuk?’ Hij grijnsde geamuseerd.
‘Dit is niet grappig.’ Verontwaardigd stompte ik zijn bovenarm, maar hij leek het niet eens te merken. Voor ik het wist had hij mijn pols stevig vast.
‘Absoluut niet.’ Hij knipoogde en trok me tegen zich aan, behoedzaam als altijd, nog steeds bang om mij te breken. Voor het eerst klonk dat dan ook daadwerkelijk logisch.
Hij keek me recht in mijn ogen aan en toen voelde ik zijn warme lippen op de mijne.
Reageer (1)
Awww, zó lief! Snel verder!
1 decennium geleden