Foto bij hoofdstuk 111

Yuna

‘Nou… dit is al vaker voorgekomen en… Aiden heeft me een paar keer gebeten om in leven te blijven’ gooi ik er ineen keer uit. Ik zou mezelf het liefst voor mijn hoofd slaan omdat ik het zo zeg.
‘Hij heeft wat?!’ roept Jack terwijl hij overeind schiet.
Ik durf hem niet aan te kijken. ‘Je hoorde me wel’ zeg ik zachtjes zonder op te kijken.
‘Hoe kan hij dat nou doen?! En hoe kun je het toelaten?’ roept hij uit en begint rondjes te lopen.
‘Ik geloof dat het iets is dat je voor elkaar over hebt’ zeg ik langzaam. Ik kijk op en zie dat Jack me met open mond aankijkt.
‘Je had wel dood kunnen zijn weet je dat!?’ gromt hij.
‘Weet je op wie je nu lijkt?’ zucht ik. Hij kijkt me verbaast aan en schud een keer zijn hoofd.
‘Mijn vader en mijn broer, daar lijk je op. Er is niks gebeurd!’ zeg ik op iets hardere toon.
‘Dus dat is je idee? Je plan?’ zegt hij terwijl hij de gang uitloopt en gaat zitten op een keuken stoel.
Ik knik een keer. ‘We hadden het er een paar dagen geleden al over, maar Aiden wil het niet doen. Hij heeft belooft dat hij het niet meer zou doen’ zeg ik terwijl ik ook op een stoel ga zitten.
Jack zegt niks en staart naar de tafel. Ik zelf weet verder niks te zeggen.

Ineens staat Alana voor ons. ‘Waarom hadden jullie ruzie?’ vraagt ze voorzichtig.
Ik hoor Jack een keer zuchten maar verder komt er niks uit.
‘We hadden het over Aiden’ zeg ik langzaam.
Ze knikt een keer begrijpelijk.
‘Maar kan jij hem dan niet helpen? Jouw bloed is ook goed hoor’ zegt ze als ze gaat zitten zonder haar blik van me af te halen.
Jack springt nog net niet uit zijn vel. En begint te mompelen, wat hij zegt? Geen idee.
Net als ik kijkt Alana hem aan en durft net zoals ik niks te zeggen.
Als hij weer stil is besluit Alana nog even naar buiten te gaan.
‘Ze heeft wel gelijk’ zeg ik.
Jack trekt zijn mond open om wat te zeggen maar ik ben hem voor.
‘Dat weet jij toch ook?!’ roep ik zodat hij zich stil houdt. Hij kijkt me met grote ogen aan en houd inderdaad zijn mond en knikt een keer.
‘Waarom kun je niet iemand doden en meenemen?’ vraag ik voorzichtig om een uitbarsting te voorkomen.
‘Dat kan wel maar heeft geen zin, het bloed is dan niet meer voedzaam genoeg om hem te helpen’ zegt hij boos.
‘Dus heeft het geen zin’ maak ik de zin af.
‘Dan zit er nog maar een ding op’ zucht ik.
Ik weet zeker dat het me moeite gaat kosten Aiden zo ver te krijgen. Jack geeft geen antwoord. Hij zucht een keer, staat op en loopt de keuken uit. Even later hoor ik een deur dicht slaan.
Ik blijf even zitten en kijk naar buiten. Dan sta ik op en loop de trap op naar boven. Na een keer diep inademen doe ik de slaapkamer deur open en doe hem zachtjes weer dicht.
‘Ik hoorde jullie praten’ zucht Aiden zachtjes.
‘Dus je hebt ook gehoord dat Jack niks kan verzinnen waarmee hij je kan helpen’ zeg ik en loop naar het bed toe. Ik ga op de rand zitten en zie hem knikken.
‘Ik baal hier van! Ik beloof het elke keer weer’ gromt Aiden als ik niks meer zeg.
Hij komt iets overeind en gaat tegen de muur aan zitten. Hij kijkt me niet aan en zo blijft het dus weer stil.
‘Misschien moet je het gewoon niet meer beloven?’ zeg ik na een tijdje.
‘Ik neem het je echt niet kwalijk hoor’ zeg ik en pak voorzichtig zijn hand vast.
Hij kijkt me aan en ik krijg zo veel medelijden met hem.

Reageer (2)

  • Pineapple3

    Ahwww

    1 decennium geleden
  • Skynight

    arme Aiden :(
    snel verder :)

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen