Een Amerikaanse soldaat heeft bijna een jaar lang gevochten in Vietnam. Een paar dagen voordat hij weer terugkeert naar huis, belt hij zijn ouders. "Hoi pap, ik kom over drie dagen thuis, maar ik wil je om een gunst vragen. Ik heb een vriend die ik graag mee naar huis zou willen nemen," "Okee, jongen", antwoordt zijn vader. "Dat is geen enkel probleem." "Er is wel iets dat je nog over hem moet weten", vervolgt de zoon. "Mijn vriend is een tijdje geleden gewond geraakt. Hij is tijdens een patrouille op een landmijn gestapt. Zijn linkerarm en zijn linkerbeen zijn geamputeerd. Hij heeft geen plek waar hij naar toe kan gaan. Daarom wil ik dat hij bij ons in huis komt wonen." "Het is goed als die jongen een tijdje bij ons komt wonen", zegt de vader. "We kunnen hem vast wel helpen om een huis te vinden waar hij kan wonen." "Nee pap. Je begrijpt me niet goed. Ik wil dat hij permanent bij ons komt wonen." De vader zucht. "Sorry jongen. Dat zal niet gaan. Je weet niet wat je van ons vraagt. Iemand die zo zwaar gehandicapt is, zou een zware last betekenen voor je moeder en mij. Zo iemand past hier niet bij ons in huis. Wij hebben ons eigen leven. Dat begrijp je toch wel? Vergeet die jongen en kom maar gewoon zo snel mogelijk naar huis toe. Ik weet zeker dat hij zich wel redt." De zoon beeindigt het telefoongesprek en zijn ouders horen niets meer van hem. Op de dag dat de jongen thuis zou komen, staan er opeens twee agenten voor de deur. Hun zoon is een uur geleden dood in het centrum van de stad gevonden. Hij is van een gebouw afgesprongen. Zelfmoord. De ontzette ouders worden door de agenten meegenomen naar het mortuarium om hun zoon te identificeren. De ouders herkennen hun zoon. Ook ontdekken ze tot hun grote schrik dat de linkerarm en het linkerbeen van hun zoon geamputeerd zijn.
De zoon was dus zelf die 'vriend'.
i like cookies :Y)