De Aarde

De Aarde


De ontwakende nacht,
de prachtige maan.
Iets is ver boven,
in ons geweten ontstaan.

We ontwikkelden tot iets groots,
en hadden ons verwend.
Maar niemand die er was,
had de aarde goed gekend.

De aarde van veraf,
een kleine blauwe bal,
nog minder dan een stip.
In het verre, donkere heelal.

De aarde zweefde daar,
in die eindeloze hal,
Hij wachtte op de tweede,
de tweede grote knal.

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen