Verlamd

Verblind door een waas van haat en nijd,
Die zijn wereld steeds weer verlammen.
Uit al zijn bewegingen spreekt verbetenheid,
Na het verwerpen van ieder verlangen.

Geleid door nietszeggende gedachten,
Die nooit meer spreken van geluk.
Hij spaart urenlang zijn krachten,
Maar maakt alles wat hij aanraakt stuk.

En de woede tegen iedereen en hem zelf,
Zonder dat hij ooit iets fout heeft gedaan.
Nu hij bij iedere poging het onderspit delft,
Lukt het hem niet meer om op te staan.

Als verlamd door zijn pijn en zijn zorgen,
Weet hij de weg door zijn doolhof niet meer.
En als hij toch vecht naar de dag van morgen,
Lukt dat hem waarschijnlijk niet nog een keer.

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen