Mijn sonnet voor nederlands
Mijn sonnet voor nederlands
Ik ben in deze stad helemaal alleen.
‘K sla af naar een verlaten straat.
Moeders roepen hun kinderen, het is al laat.
Maar waar moet ik heen?
Ik wist wie en waar ik was, tot jij verdween.
Denk je dat, dat zomaar gaat?
Mijn hoofd is gevuld met onbegrip en haat.
Ik ben overal, overal zo alleen.
Ik wil weer terug naar hoe het vroeger was
Maar men kan niet terug alleen maar voort.
Dat moet je accepteren, fluistert het gras.
Snel gooi ik al mijn oude gedachtes overboord.
Ik weet weer wie ik ben en ik versnel mijn pas.
Nu ben je slechts een naam, zoals het hoort.
Er zijn nog geen reacties.