Uitstelgedrag
Ik merk zonet dat ik al ruim over mijn limiet van de drie weken zit om een nieuwe column te posten, oops. Reden te meer om me te verdiepen in het onderwerp ‘uitstelgedrag’.
Uitstelgedrag, in het Engels het prachtige woord ‘procrastination’, is iets waar vele mensen mee kampen, ikzelf ook. Taken voor school zijn vaak pas de dag voor de deadline afgewerkt, naar de winkel gaan kan ook een halfuur voor sluitingstijd, dat boek dat ik al jarenlang wil lezen zal wel nog even kunnen wachten, dat verhaal waar ik dringend aan moet werken zal toch eerst plaats moeten maken voor die nieuwe aflevering van de serie waar ik verslaafd aan ben, die vlieg die tracht te ontsnappen uit mijn kamer terwijl het raam duidelijk open staat is veel interessanter dan dat artikel dat ik moet lezen voor school.
Vlak voor ik ga slapen krijg ik vaak van die fantastische ideeën om de volgende dag eens productief te zijn en mijn camera weer eens onder het stof vandaan te halen of eindelijk eens een nieuwe column te schrijven of misschien al eens mijn boeken van school openslaan zodat ik wat beter ben voorbereid op de examens van januari. Uiteindelijk vallen die mooie plannen meestal in duigen.
Het begint al van ’s morgens vroeg: in plaats van onmiddellijk de warmte van mijn bed te verlaten blijf ik nog eventjes liggen, ik kijk de sociale media na om te zien of iemand nog iets interessants heeft gepost en sla de dekens pas van me af na een dik halfuur of langer.
Een ontbijt wordt meestal gevolgd door een veel te lange douche (dat warme water doet altijd zo’n deugd!). En na die douche beland ik meestal weer in bed, laptop om mijn schoot, een aflevering van een of andere serie afspelend op mijn scherm.
In stilte zeg ik altijd tegen mezelf: ‘Na deze aflevering begin ik te doen wat ik gepland heb.’ maar dat komt er zelden of nooit van. Zelfdiscipline is niet iets dat ik bezit.
Soms slaag ik er wel in dat uitstelmonster te verslaan: er zijn van die dagen dat ik ’s morgens wakker wordt, direct mijn bed uitspring en eerst nog ga zwemmen in het stedelijk zwembad vooraleer een gezond ontbijtje naar binnen te spelen en me vervolgens achter mijn bureau te zetten om eindelijk te werken aan die taak voor school of om eindelijk aan dat verhaal verder te schrijven dat al zo lang op me zit te wachten.
Die dagen zijn echter schaars. Het is namelijk veel leuker om lui te zijn en de hele dag series te liggen kijken in plaats van iets productief te doen.
November is echter een maand waarin ik dat uitstelmonster zoveel mogelijk tracht te verslaan: het is namelijk de maand van NaNoWriMo. Een evenement waar ik nu voor de tweede keer aan deelneem. Het helpt me de motivatie te vinden om elke dag aan mijn verhaal te schrijven aangezien ik als ik aan iets deelneem er altijd voor de volle honderd procent wil gaan. Bij NaNo wil dat zeggen: 50.000 woorden bereiken aan het eind van de maand. Het is maar goed dat NaNo bestaat, anders zouden er op mijn computer enkel maar onafgewerkte verhalen staan die hopeloos wachten op mijn aandacht. Nu krijgt tenminste één van hen de kans om een volledig afgewerkt verhaal te worden. Laat ons hopen dat het writersblockmonster samen met het uitstelmonster braafjes in hun holletje blijven tot het einde van de maand.
Reacties (3)
Waarschijnlijk heb je dit al lang geprobeerd, maar ik ga het toch even vragen. Heb je al to do lijstjes geprobeerd?
9 jaar geledenIk herken mezelf hier echt heel erg in, en to do lijstjes werken heel goed voor mij! Het motiveert enorm. Koop gewoon een leuk en klein notitieboekje van de Hema en je kunt er al mee aan de slag. Heel makkelijk (: En je kunt er helemaal je eigen draai aan geven, zoals jezelf belonen met een aflevering van een serie als je met een bepaald onderdeel klaar bent.
En ook succes met je verhaal!
50 duizend in 1 maand, dat is nogal wat! Veel succes daarmee.
9 jaar geledenLeuke column en heel herkenbaar!
9 jaar geledenIk doe ook mee aan NaNoWriMo, zorgt altijd voor een enorme boost vind ik.
Maar ik heb ook tentamenweek, dus dat uitstelgedrag blijft.
Succes met schrijven!