Negen uur ’s ochtends, bos, jaren ’70 gebouwen, veel mensen. Ik blijk het fantastisch te vinden. Ik heb altijd al een voorliefde voor het vreemde gehad, maar naar mate ik ouder word, versterkt dit alleen maar. Ik krijg meer interesse voor kunst, en dan in vrijwel alle soorten. De laatste tijd lijk ik de ene epifanie na de andere te hebben. Het fascineert mij en houdt mij bezig.
Zo ook deze zaterdag. Prachtig weer, voor het eerst dit jaar. Ik had echter besloten de hele dag binnen te zitten en mij te laten voorlichten over vervolgopleidingen. Dit was echter geen straf, mede door de eerder genoemde bouwkunst.
De hele universiteit was groot, grauw en grijs. Vloeren waren gemaakt van een soort beton met grind, wanden bestonden uit grijze bakstenen. Zelfs de stoelen in de collegezalen waren grijs. De vrolijke kleuren en afbeeldingen die ik kende van mijn middelbare school ontbraken volledig. De enige versiering of opfleuring die er was, was een kruisbeeld. Dit was ook vreemd voor mij, ondanks het feit dat ik op een Christelijke school zit. Naast grijs en depressief bleek deze universiteit ook nog eens Katholiek te zijn.
Al dit boven genoemde kon de pret echter niet drukken. Ik vond het fantastisch. Het deed mij denken aan de fascistische bouwkunst die wij al eerder bij KCV hadden behandeld. (Voor de duidelijkheid: ik ben geen fascist!) De gebouwen deden wat ze moesten doen. Ze zorgden ervoor dat mensen zich nietig voelden. Ze lieten zien dat wat er in de gebouwen gebeurde van groot belang was. Mij hadden ze na één aanblik al overrompeld. Ik wist het zeker: die gebouwen riepen mij bijna.
En dan het bos naast de campus. Rustig, lieflijk en vol dingen die niet bedoeld waren om te onderdrukken of om te overtuigen. Zo aan het begin van de lente begon alles net groen te worden en hier en daar kropen de bloemen uit de grond. Voor meer mensen is, denk ik, dit het idee van schoonheid. Ik deel hun mening.
Op de universiteitscampus werden beide gecombineerd. Ik kwam in een vreemde wereld terecht. Statige, grauwe gebouwen tussen het lieflijk groen. Het was verwarrend en leek mensen tot nadenken te zetten. De omgeving had zijn doel bereikt. Nadenken leek mij namelijk een gewenste activiteit voor (toekomstige) studenten.
Ik kan er alleen niet achter komen waarom ik alles zo intrigerend vond. Misschien komt het door de verhalen die ik hoor. Misschien komt het doordat de omgeving rond mijn vertrouwde middelbare school ongeveer gelijk is. Misschien ben ik raar, depressief en niet meer te redden.
Als dit laatste waar is, dan heb ik één troost. Iemand moet het complex bedacht hebben. Er is nog iemand met hetzelfde idee van schoonheid als ik. Hoera.

Reacties (3)

  • Insomniac

    Heel tof geschreven! Jij zou in tijdschriften moeten schrijven! :)

    1 decennium geleden
  • Candela

    AH, dat einde vin ik zó mooi. (:

    1 decennium geleden
  • Wynter

    Subtiele schoonheden herkennen alleen de experts.

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen