Foto bij hoofdstuk 100

wow niet gedacht dat we zo ver zouden komen XD

Aiden
Ik stap op Naur zijn rug en hij loopt ongeduldig heen en weer.
‘Doe je wel voorzichtig?’ vraagt Yuna bezorgd.
‘Ja dat doe ik. Zorg jij maar voor de draken die achter blijven en let goed op Alana.’
Ben stapt ook op zijn draak terwijl Yuna zijn spullen aan geeft.
‘Hebben jullie alles?’ vraagt Yuna weer.
Ik knik en stuur Naur in de goede richting.
‘Maak je geen zorgen. Met de jagers er bij gaat het wel lukken!’ roept Ben en spoort zijn draak aan om te gaan vliegen.
‘Als ze mee willen’ roept Jack snel.
‘Denk je dat je ze kunt vinden?’ vraagt Alana en kijkt me met haar rode ogen aan.
‘Ik kan het je niet beloven maar we zullen ons best doen’ en ik lach naar haar.
‘Jack is bij je dus je kunt met hem gaan jagen’ zegt Ben en kijkt naar Jack.
‘Ja we gaan gewoon samen jagen als het nodig is’ zegt hij lachend en tilt haar van de grond.
‘We moeten nu echt gaan, anders worden de jagers ongeduldig’ zeg ik en Naur stijgt al op.
‘Je hoort vanzelf wel wat van ons!’ roept Ben nog en dan vliegen we weg.

‘Wat moet hij hier!’ gromt Orithil, de leider van de jagers en houd zijn zwaard klaar voor een aanval.
Ben laat rustig zijn draak landen maar ik hou Naur liever in de lucht waar ik snel weg kan als het moet. Ondertussen komen er van alle kanten jagers aangelopen en ik voel me niet echt meer op mijn gemak.
‘We komen jullie om een gunst vragen’ zegt Ben en stapt van zijn draak af.
‘Waarom zouden we jullie helpen?’ vraagt een van de jagers.
‘Er is een vampiers meisje die haar ouders kwijt is. Haar vader is gedood en haar moeder is weg. We willen haar helpen haar moeder te vinden’ zegt Ben.
‘Hoe lang is ze hier al?’ vraagt Orithil en laat zijn zwaard zakken.
‘Een paar dagen’ zegt Ben en gebaard dat ik van mijn draak af moet komen.
Aarzelend laat ik Naur landen. Meteen staan er drie jagers voor mijn neus maar Orithil roept ze meteen terug. Ik zucht van opluchting en loop langzaam naar Ben toe. Ik begin steeds meer te twijfelen of het wel een goed idee is om de jagers mee te vragen.

‘Goed we gaan mee’ zegt Orithil nadat hij het verhaal heeft gehoord en heeft gesproken met de andere jagers.
‘Dat is mooi’ zegt Ben en loopt naar zijn draak toe.
‘Maar we vertrekken morgen pas’ zegt Orithil dan.
Ben draait zich ongelovig om en kijkt Orithil aan. Die haalt alleen zijn schouders op en wil weg lopen. Ben kucht een keer goed hoorbaar en Orithil draait zich weer om.
‘Wat moeten wij nu?’ vraagt hij dan.
‘Slaap maar in het bos!’ roept een jager en ze lopen lachend weg.
Ik zucht en loop weer terug naar Naur. Ze zijn wel heel gastvrij zeg!
‘We hebben geen keuze!’ brult Ben en gaat weer op zijn draak zitten.

Eindelijk hebben we een plek gevonden waar we kunnen slapen en ik laat me van Naur af vallen. Naur gromt een keer blij en gaat dan op de grond liggen. Ben zijn draak doet het zelfde en wij gaan ook allebei liggen.
Ik sluit mijn ogen en luister naar de geluiden van het bos en het jagersdorpje. Er word veel gelachen en ook gepraat over mij.
Ik zucht en draai me om. Waarschijnlijk kan ik zo de hele nacht niet slapen en ben ik morgen waardeloos als we gaan zoeken.
Gelukkig is Naur al wel in slaap gevallen en kan die morgen uitgerust gaan vliegen. Als Naur niet goed kan slapen en lang moet vliegen word hij er alleen maar kribbig van en brand hij weer alles plat als ik niet oplet. Dit wil ik niet hebben waar de jagers bij zijn.

Reageer (2)

  • Skynight

    Op naar de 200! (lol)

    1 decennium geleden
  • Pineapple3

    Een beetje laat, maar gefeliciteerd met je 100e hoofdstuk! :D

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen