5. the first day

Nog steeds moe staarde ik naar het plafond en viel bijna weer in slaap. Het was al 7 uur en vandaag was mijn eerste schooldag. Ik had al een naar gevoel in mijn buik als ik er aan dacht en ik was nog niet eens op school. Ik ging recht opzitten, ademde diep in en stapte uit bed. Ik deed mijn nieuwe pantoffels aan en ging op weg naar de badkamer. Het water was erg warm en ik probeerde me een beetje te ontspannen. Ik droogde me af en keek in de spiegel, ik had blauwe ogen en bruin krullend haar. Nadat ik mijn haar en make-up had gedaan bekeek ik mezelf aandachtig in de spiegel. Zou het zo goed zijn op je eerste schooldag? Nog een tijdje stond ik voor de spiegel maar het had geen zin, het zou toch niet beter worden. Al twee dagen lang was ik aan het overleggen wat ik aan zou doen maar ik wist het nog steeds niet. Ik probeerde veel combinaties en uiteindelijk had ik iets gevonden. Namelijk een rood t-shirt met een donkerblauwe korte spijkerbroek en daaronder droeg ik rode all stars. Nog een keer stond ik minuten lang voor de spiegel en ik vond het wel goed zo. Langer de tijd had ik ook niet want anders kwam ik te laat. Helaas was er geen tijd meer om te ontbijten en ik snelde nadat ik puk had geknuffeld de deur uit.

Op mijn scooter reed ik naar school en hoe dichter bij ik kwam hoe nerveuzer ik werd. Uiteindelijk zette ik mijn muziek maar uit want ik luisterde er toch niet na. Ik reed de bocht om en ik zag het gebouw al meteen staan. Het was veel kleiner als mijn vorige school maar het zag er wel leuk en gezellig uit. Al snel had ik mijn scooter gepakeerd en liep naar de ingang. Als eerst moest ik naar de receptie waar ik mijn boeken en rooster kreeg. De mevrouw van de bali was erg chagarijnig en gaf niet eens antwoord op de vraag waar lokaal 41 was. Langzaam liep ik door de gang opzoek naar lokaal 41 voor mijn eerste les wiskunde maar ik kon hem niet vinden. Zuchtend ging ik op een bankje zitten en bestudeerde ik de kaart die ik had gekregen. Lokaal 41 was niet ver weg maar de les was al wel begonnen. Aarzelend stond ik voor de deur en ademde diep in en ging naar binnen.