Chapitre Douze
Ik ben echt in een schrijfbui voor dit verhaal namelijk, haha. Erg veel inspiratie!
Amelia Rousseau
Op woensdagmiddag besluit ik niet naar huis te gaan na school, maar ga ik weer wat door de stad lopen. Twee weken ben ik nogal een wrak geweest. Luca heeft helemaal niks van zich laten horen en mij twee werken genegeerd. Vanochtend heb ik de sweaters en knotjes die ik de hele tijd gedragen heb, maar verruild voor een fatsoenlijke outfit. Het mag dan wel comfortabel zitten zo'n sweater, ik voel me er niet echt comfortabel in. Alsof ik een zwerver ben. Ines heeft vandaag een lange dag, dus ze zal me vast niet missen, en daarbij ben ik de laatste tijd niet echt een leuk gezelschap voor haar geweest. Vorige week, nadat ze me meegenomen had naar het park, ben ik de hele tijd alleen nog maar chagrijnig geweest. Als ik haar was had ik mezelf al lang het huis uit geschopt. Misschien vrolijk ik een beetje op van het door Parijs wandelen. Je raakt er nooit aan gewend, en het is ook zo groot. De wind waait door mijn haar en de lucht begint langzaam donkerder te worden. Shit! Het gaat toch niet re- Het weer slaat nog sneller om, dan dat ik kan denken. Al snel voel ik een paar regendruppels op me vallen en kijk ik omhoog naar de lucht. En nu ben ik ook nog zo ver van huis! Ik besluit hier in een café naar binnen te lopen. Die aan de overkant ziet er wel leuk uit. Ik loop er wel eens langs, maar ben er nog niet binnen geweest. Nadat ik naar links en recht gekeken heb, waar het verkeer vast staat, steek ik over en probeer ik een beetje op m'n hakken er naar toe te rennen. Niet echt een geweldig tempo, maar het gaat wel sneller dan gewoon lopen. Ik wil naar binnen, maar op dat moment komt er ook een groep mannen, jongens, tja, het zit er een beetje tussenin. Ik schat ze rond een jaar of 22 / 23.
"Sorry", zeg ik en ik stap automatisch al achteruit als we tegelijk de deur open willen maken.
"Nee, dames eerst", zegt een van hen. Ik kijk in zijn bruine ogen die me lief aankijken. Volgens mij stond hij ook naast me in de lift, toen we beide op het knopje wilde drukken. Hij houdt de deur voor me open en laat mij eerst binnen. Wat een gentlemen, en dan ook nog in een net pak. Dat was aardig. Ik loop binnen op zoek naar een tafeltje op aan het raam.
Ik leg m'n jas naast me neer, en ondersteun m'n hoofd op m'n hand als ik naar buiten kijk. Volgens mij ben ik net op tijd binnen, want het regent nu echt pijpenstelen. Mensen die op straat lopen klappen hun paraplu uit of zoeken voor een schuilplaats. Echt herfstweer! En dat terwijl ik eindelijk eens niet meer zo humeurig ben.
"Wilt u wat bestellen, jongedame?", vraagt de ober aan mij.
"Een warme chocomel met slagroom graag", antwoord ik met een glimlach. Hij knikt en gaat weer verder. Die warme chocomel met slagroom heb ik wel verdiend vind ik. Vraag me niet waarom, maar daar trakteer ik mezelf dan maar even op. Word ik tenminste nog een beetje vrolijk. Ik werp snel een oog op m'n mobiel, maar geen sms'jes of andere berichten. Als ik m'n chocomel krijg leg ik m'n mobiel naast me neer, en pak ik m'n tekenblok en potlood erbij.
Reageer (3)
Well hello Mr. Payne!
1 decennium geledenVinden we niet erg ;d x
1 decennium geledenIk denk niet dat ik dat erg vind
1 decennium geleden