Hoofdstuk 81
Yuna
‘Naar binnen. Ik mag hier niet in de stal blijven liggen van jou’ zegt Aiden met een grijns.
‘O wat ben je toch!!’ roept ik en duw hem de stal uit de regen weer in.
Aiden loopt naar binnen en net voordat ik de deur dicht doe zie ik dat Midnight voorzichtig weer de stal in loopt. Ik lach een keer zachtjes, het is toch ook een watje.
In huis is het stil, waarschijnlijk zijn Ben en Jack gaan jagen. Dat is voor nu ook wel het beste. Dit is de eerste keer dat ik Jack niet rustig heb gezien.
Ik help Aiden de trap op en laat hem op bed zakken. Snel loop ik de trap weer af en zoek ik in het keukentje naar een emmer die ik vul met water. Een doek kan ik zo snel niet vinden maar die zal ik nog wel in mijn tas hebben zitten.
Snel loop ik de trap weer op met de emmer water. Als ik de kamer in loop sluit ik de deur en zet de emmer naast zijn bed. Dan loop ik door na de tafel en begin in mijn tas te zoeken.
Aiden komt een stukje overeind. ‘Wat zoek je?’ vraagt hij als ik niet reageer.
‘Dit’ zeg ik als ik het na een paar tellen heb gevonden en weer naar hem toe loop.
‘Hoe komt het dat jij altijd alles bij je hebt?’ vraagt hij als ik de doek in het water stop en hem uitwring.
Ik haal mijn schouders op. ‘Misschien is het een vrouwen ding?’ grinnik ik.
‘Dat zal het zijn ja, net als dat eigenwijze zeker’ grijnst Aiden terwijl hij iets omhoog komt zodat ik zijn bovenkleding uit kan trekken. Ik kijk hem een keer streng aan.
‘Ik bedoelde het goed en dat weet jij ook’ zeg ik terwijl ik mijn aandacht weer richt op de wonden.
Als ik ze zie schrik toch wel een beetje. Diep zijn ze niet dus het zal waarschijnlijk niet lang duren voordat het is genezen.
Als ik bij de laatste wond aankom zie ik dat deze wat dieper is en als ik hem schoonmaak voel ik dat Aiden zich aanspant. Ik kijk hem bezorgt aan.
‘Het is niks hoor’ verzekerd hij me. Ik knik een keer.
‘Ik heb alleen geen verband’ mompel ik na een tijdje.
‘Vind je dat echt nodig?’ zegt hij op een bijna zurende toon.
Ik kijk hem lachend aan. ‘Als jij denkt dat het niet nodig is vind ik het goed hoor. Maar niet zeuren als er iets fout gaat’ zeg ik terwijl ik opsta en de emmer pak.
‘Wat kan er nou fout gaan?’ zucht hij.
‘Dat zal ik je vertellen als het fout gaat, maar ik zeg niet dat het gebeurd. Blijf maar liggen ik kom zo nog wel een keer kijken.’ Nadat ik dit heb gezegd loop ik de kamer uit en sluit de deur.
Net nadat ik de spullen heb opgeruimd gaat de deur open en wordt er gemompeld. Dan lopen Jack en Ben samen de keuken in. Jack gaat aan tafel zitten en blijft naar beneden kijken. Ik kijk Ben verbaast aan maar hij gebaard dat ik het maar moet laten.
‘En gaat hij het overleven?’ zegt Ben na een tijdje. Ik lach een keer.
‘Ik weet wel zeker dat hij het gaat overleven, zo erg is het gelukkig niet’ Ik ga aan tafel zitten.
Verder wordt er niet veel gezegd. Ondertussen wordt het donker en ik eet wat brood wat ik nog had van een paar dagen terug. Jack is bij de openhaard gaan zitten en Ben is nog even naar boven gegaan om bij Aiden te kijken.
Na een tijdje komt hij terug en is hij zoals gewoonlijk weer aan het lezen.
Ik ruim alles weer op en ga zuchtend naast Ben zitten. Na een tijdje ben ik het zat en sta ik weer op. ‘Waar ga je heen?’ vragen de jongens allebei tegelijk.
‘Ik ga naar boven, welterusten’ zeg ik terwijl ik weer doorloop. Er komt van allebei de kanten een welterusten terwijl ik de trap weer op loop.
Ik doe de deur zachtjes open en weer dicht. Aiden ligt te slapen en zo ziet hij er lief uit. Ik loop naar hem toe en druk voorzichtig een kus op zijn wang. Of hij het merkt weet ik niet. Hij zucht een keer maar opent zijn ogen niet. Ik kleed me snel om en blaas de kaars uit die naast mijn bed staat. Ook doe ik het raam dicht. Als dat gedaan is kruip ik mijn bed in.
Er zijn nog geen reacties.