Foto bij Het verloren volk

Dankbaar nam ze de hete mok aan. Stoom cirkelde erboven in de meest wonderbare vormen. Het meisje liet haar hoofd er boven hangen. De opstijgende lucht nam haar gedachten mee. Alles werd licht, warm. De winter verdween uit haar hoofd.
Rune spoot de slagroom in zo'n zelfde opstijgende wolk neer. Het leek sneeuw, die langzaam verzwolgen werd door de warme chocola.
'Wat doe je nu? Straks word ik nog dik!' Denise deed net alsof ze diep gechoqueerd was.
'Alsof dat wat uitmaakt met al die chocola die jij uit mijn snoepkast steelt'
'Da's waar', zei Denise, die weer rustig aan haar warme chocola begon te nippen. 'Wat eten we vanavond?'
Rune gleed bijna uit over de gesmolten sneeuw op de vloer. 'Waterballet'
Denise trok een wenkbrauw omhoog en een kuil in haar wang. 'Erg grappig. Wat eten we, serieus?'
'Nou', begon Rune; 'Melanie zou...'
Denise's gedachten stortten zich weer terug in haar hoofd. Kriskras botsten ze tegen alle zenuwen aan. Haar neef had een meisje gevonden. Eentje die zij niet eens kende. Waarover hij zelfs nog nooit gesproken had. En nu wou hij al met haar gaan eten? Wat was er mis met eerst eens uitleggen wie die "Melanie" is? Hoe lang kent hij haar eigenlijk al? Een dag?
'... ik weet dat je dat lekker vindt', waren de eerst volgende woorden, die weer boven het geluid van haar eigen gedachten uitkwamen.
'Wat?', vroeg Denise.
'Kip met rijst', antwoordde Rune.
'Wie is Melanie?', vroeg ze kritisch.
Als Rune kon blozen, of verlegen kon over komen, deed hij dat nu. 'Een meisje dat ik ken vanwege een bijbaantje. Ik moest ramen lappen op de basisschool en daar stond zij. Zoals zij met die kinderen was, gewoon echt, wauw! Zonder enige moeite kreeg zij ze allemaal stil en aan het luisteren. Wat geen wonder was met hoe haar stem die woorden kon dragen. Ik moest wel blijven luisteren... Dus in de pauze- We kletsten wat. Ze liep stage daar'
'Gowd... mijn neef is verliefd', besefte Denise zich. Ja, hij had het flink te pakken als zij hem zo hoorde.
Tijdens het huiswerk, ging de bel. Denise liet haar pen midden op het schrift liggen, sloot automatisch het boek en rende naar de voordeur.
'Rune, 't is uw lief, denk ik'
Voor de deur stond een jonge vrouw. Haar zwarte haar zat stijl naar beneden, maar haar lippen waren gebogen in een glimlach.
'Jij moet Denise zijn. Is Rune er ook?', zei de vrouw vriendelijk.
'Rune', gilde Denise ongeduldig door de gang. Met vreemde vrouwen, die plots voor de deur staan, praten was niet haar sterkste kant.
Haar neef kwam onhandig aanlopen. Hij deed zo zijn best om een goede indruk te maken. Zijn haar zat vreemd netjes, hij had een overhemd aan... kortom, hij zag er raar uit. Desondanks hield zijn nichtje haar lach in. Misschien was het die snel gewisselde blik geweest. Zij hadden nooit echt veel moeite gehad elkaar te begrijpen.
'Excuseer mijn nichtje. Ze kan soms...'
'Het is goed, ze lijkt me heel aardig. Hooguit een beetje verlegen'
'Wacht met oordelen', bromde Denise binnensmonds. Omdat het haar verder niks aan ging, ging ze maar weer terug naar haar huiswerk.
Vol verwondering liep Melanie door de kamer. De muur vol planten, met kassen erachter, was niet iets wat in ieder huis voorkwam. Ook de koepel, die boven de eettafel voor licht zorgde, trok de aandacht. Op dit moment was het niet zo heel effectief; de zon ging bijna onder en de helft was ondergesneeuwd. In de woonkamer brandde het warme vuur van de open haard.
'Grappig', mompelde zij terwijl ze tegen een thermometer aantikte. Het was er een die zij maar één keer eerder had gezien. Het was een systeem dat werkte met zout water. Erin zaten bolletjes die elk stonden voor een bepaalde temperatuur. Bij haar ouders thuis hadden ze er ook een. Het onderste bolletje dat naar boven dreef gaf de temperatuur aan.
'Weet je hoe het werkt?', vroeg Rune.
Melanie knikte.
'Er zijn niet veel mensen...'
Melanie grinnikte. 'Mijn ouders vertelden ooit een verhaal. Dat degene die dit konden aflezen geen mensen waren. Het was een oud volk, met kennis van magie. Mensen stammen ervan af, maar zij zijn het vergeten. Jaloers en bang, moorden de mensen de wezens van magie uit. Slechts enkelen zouden dit hebben overleefd. Diegenen weten hoe ze dit moeten aflezen'
Rune's ogen fonkelden vol hoop. Het was waar. Hij had er een gevonden.

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen