Simon - Deel 2

Simon zette zich in de zetel en ik zette Noa ook in de zetel en ging voor Simon gaan staan.
'Godveromme ga weg! Je hebt hier niets te zoeken. Ik haat....' zei ik maar werd onderbroken door Simon die me heel hard sloeg in mijn gezicht. Hij duwde me naast hem in de zetel en keek naar Noa. Stil nam ik mijn gsm en belde Louis en legde mijn gsm op de zetel naast me.
'Neem alstublieft op.' smeekte ik en niet veel later begon het gesprek. Simon keek naar me en nam mijn hoofd in zijn handen.
'Simon nee!' riep ik maar hij drukte zijn lippen op de mijne. Opeens begon hij heel luid te roepen en ik zag dat Noa hem had gebeten in zijn been. Simon nam Noa bruut op.
'Noa!' riep ik en sprong recht waardoor mijn gsm op de grond viel. Hij zag dat ik aan het bellen was en duwde Noa hard in mijn armen.
'Godverdomme.' zei hij en duwde snel af. Hij pakte Noa terug en zette haar op een stoel en bond haar vast. Daarna trok hij aan mijn haar en duwde me ook op een stoel en bond me ook vast.
'Mama.' zei Noa wenend.
'Zwijg!' riep Simon naar Noa.
'Simon alstublieft.' smeekte ik.
'Zwijg kutwijf.' zei Simon en sloeg hard op mijn kaak. De tranen stroomden over mijn wangen en ik keek naar Noa.
Ik weet niet precies hoelang we daar zaten maar het leken wel uren. Tot er plots op de deur werd geklopt.
'Je bent omsingeld. Geef je over!' riep iemand.
'Als jullie binnenkomen dan vermoord ik ze alle 2!' riep Simon terug.
'Wil je nog een zwaardere straf krijgen?' riep een agent. Maar Simon antwoorde niet.
Toen Simon even niet keek werd er een briefje tegen het raam gehouden.
'Als hij zicht niet overgeeft vallen we binnen 5 minuten binnen. Hou je klaar.' leesde ik.
'Nog 5 minuten.' dacht ik.
Ik werd met de tijd zenuwachtiger. Wat als het uit de hand liep?
Opeens hoorde ik de deur open gaan en 10 agentjes kwamen binnen en hielden hun pistolen gericht op Simon.
Langzaam gingen ze dichterbij en sloegen hem in de boeien.
'Je bent nog niet van me af.' zei Simon terwijl de agent hem naar buiten deed.
'Jij komt de eerste jaren nergens anderd dan je cel.' zei de agent.
Een andere agent kwam naar mij en maakte eerst Noa los en daarna mij.
Ik pakte Noa op en begon te wenen.
'Sorry meisje sorry.' zei ik wenend.
'Gaat het?' vroeg de agent.
'Jaja.' zei ik.
'Kom.' zei de agent en liep mee naar de keuken en gaf ons een glaasje water.
'Danku wel.' zei ik.
'Ik ben Jack.' zei de agent.
'Ik ben Jessica.' zei ik.
'Liefje, Noa!' riep Louis en liep in mijn armen.