Hoofdstuk 80
Aiden
Yuna trekt de deur achter zich dicht en ik hoor hoe ze naar de stallen loopt. Met een zucht laat ik me weer achterover in de stoel zakken.
‘Bespeur ik daar wat jaloezie?’ vraagt Jack als Ben de kamer uit is.
‘Ik weet het niet’ zeg ik langzaam en staar naar de grond.
‘Is het niet verstandig om toch naar de stallen toe te gaan?’ vraagt Ben dan ineens.
Ik kijk hem vragend aan en hij gaat naast me zitten in een van de andere stoelen.
‘Er zijn jagers buiten, dat weet je nog?’ en hij gebaart dat ik moet opschieten.
‘Ja, ze is koppig maar ik zou haar zeker niet meer alleen laten’ zegt Jack en kijkt uit het raam naar buiten.
Ineens klinkt er lawaai vanuit de stallen en we schieten alle drie overeind.
‘Yuna!’ schreeuw ik en vlieg naar buiten.
Ben en Jack volgen snel en we zijn binnen een paar seconde bij de stallen. Ben geeft me een zwaard en ik trek de deur open. Midnight komt meteen de stal uitrennen en loop Jack bijna omver. Met open mond blijf ik staan kijken. Op het eerste moment zie ik Yuna niet eens staan, zo veel jagers zijn er binnen.
‘Laat Yuna gaan!’ schreeuwt Ben en zwaait met zijn zwaard.
Ik werp een kwade blik naar hem en storm dan de stal binnen. De Jagers gaan meteen in de aanval. Al snel vind ik de leider van de groep en haal uit met mijn zwaard. Hij word pissig en begint als een dolle om zich heen te zwaaien.
Na een tijdje hebben we alle ze allemaal wegjagend en laat ik me uitgeput op de grond zakken. Yuna komt meteen naast me zitten en kijkt me bezorgd aan.
‘Wat is er?’ vraag ik hijgend.
‘Je…Je bloed’ zegt ze trillend.
Geschrokken kijk ik naar Jack en zie dat zijn ogen bloedrood zijn. Hij zet een stap naar achter richting de deur en er ontsnapt een grom uit zijn mond.
‘Ik denk dat we moeten gaan’ zegt Ben tegen Jack zonder zijn blik van me los te maken.
Ben sleurt Jack mee de stallen uit en Yuna en ik blijven alleen achter. Ineens begint Yuna aan mijn kleding frunniken.
‘Wat doe je?!’ grom ik en pak haar handen vast.
‘Je bent gewond en ik wil je helpen’ zegt ze geschrokken.
Met grote ogen kijk ik haar aan. Niet wetend wat ze bedoeld. Yuna heeft het in de gaten en laat haar handen weer zakken. Voorzichtig bekijk ik mezelf maar kan geen verwondingen vinden. Ik heb eerlijk gezegd ook nergens pijn.
‘Waar dan?’ zeg ik een beetje angstig en laat Yuna haar gang gaan.
Mijn kleding hangt al aan stukken aan mijn bovenlijf en al snel worden de verwondingen zichtbaar. Het zijn er veel maar ze zijn niet diep. Daarom voel ik het ook niet eens. Ik ga wat rechter zitten en voel dan de pijn door me heen gaan. Ik kreun een keer en Yuna kijkt me bezorgd aan.
‘Kom, ik help je naar binnen’ zegt Yuna en wil me overeind helpen.
‘Wacht nee!’ en ze trekt me omhoog.
‘Waarom niet?!’ gilt ze bijna. ‘Je kunt hier niet blijven liggen.’
‘En Jack dan?!’
‘Laat Jack. Die is met Ben weg en jij hebt hulp nodig!’ roept ze een beetje boos.
‘Ik heb geen hulp nodig!’ grom ik en ze laat me weer los.
Yuna zet een paar stappen terug en kijkt me geschrokken aan.
‘Het spijt me. Zo bedoelde ik het niet’ fluister ik en sluit mijn ogen.
Met pijn en moeite sta ik op en loop naar de deur toe.
‘Wat ga je doen?’ vraagt Yuna en komt snel naar me toe gelopen.
‘Naar binnen. Ik mag hier niet in de stal blijven liggen van jou’ zeg ik met een grijns.
‘O wat ben je toch!!’ roept Yuna en duwt me de stal uit.
Reageer (1)
Dit schreeuwt toch gewoon om nog een hoofdstukje? C;
1 decennium geleden